Wijzigingswet Mediawet (bevorderen gezamenlijke strategie en duidelijke regie met betrekking tot programmering landelijke publieke omroep, aanbrengen helderder afbakening tussen toezicht, bestuur en professionele werkprocessen binnen de organisatie van d
Wet van 16 juli 2005, houdende wijziging van de Mediawet in verband met het bevorderen van een gezamenlijke strategie en duidelijke regie met betrekking tot de programmering van de landelijke publieke omroep, alsmede het aanbrengen van een helderder afbakening tussen toezicht, bestuur en professionele werkprocessen binnen de organisatie van de landelijke publieke omroep
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Mediawet te wijzigen in verband met het bevorderen van een gezamenlijke strategie en duidelijke regie met betrekking tot de programmering van de landelijke publieke omroep, alsmede het aanbrengen van een helderder afbakening tussen toezicht, bestuur en professionele werkprocessen binnen de organisatie van de landelijke publieke omroep;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel I
[Wijzigt de Mediawet.]
Artikel II
De voorzitter en de andere leden van de raad van toezicht, bedoeld in artikel 18a, van de Mediawet, worden in afwijking van het derde lid van genoemd artikel voor de eerste maal benoemd voor een termijn die eindigt op 1 september 2008. Onze Minister kan deze termijn met ten hoogste twee jaren verlengen.
Artikel III
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst, met uitzondering van artikel I, onderdeel T, dat in werking treedt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. Artikel I, onderdeel AA, werkt terug tot en met 31 december 2003.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven te Tavarnelle, 16 juli 2005
Beatrix
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap , M. C. van der Laan
Uitgegeven de eenendertigste augustus 2005
De Minister van Justitie ,
j
P. H. Donner