Wet tot vaststelling van afdeling 7.4.6 van het Burgerlijk Wetboek (huur van bedrijfsruimte)
Wet van 21 november 2002 tot vaststelling van afdeling 7.4.6 van het Burgerlijk Wetboek (huur van bedrijfsruimte)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de vijfde afdeling van de zevende titel van Boek 7A van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot de huur van bedrijfsruimte te vervangen door een nieuwe zesde afdeling van de vierde titel van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Huurwet in te trekken;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel I
[Wijzigt Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek.]
Artikel II
[Wijzigt Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek.]
Artikel III
De Huurwet wordt ingetrokken.
Artikel IV
[Wijzigt Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek.]
Artikel V
[Wijzigt Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek.]
Artikel VI
[Wijzigt de Onteigeningswet.]
Artikel VII
[Wijzigt de Wet op het voortgezet onderwijs.]
Artikel VIII
[Wijzigt de Wet op het primair onderwijs.]
Artikel IX
[Wijzigt de Wet op de expertisecentra.]
Artikel X
[Wijzigt de Tijdelijke wet huurkoop onroerende zaken.]
Artikel XI [Vervallen per 01-08-2003]
Artikel XII
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, met dien verstande dat artikel 290 lid 1 tot de inwerkingtreding van het bij Koninklijke Boodschap van 8 juni 1995 ingediende wetsvoorstel tot vaststelling en invoering van afdeling 7.1.12 (huurkoop onroerende zaken) van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, als volgt luidt:
1
De bepalingen van deze afdeling zijn van toepassing op huur en verhuur van bedrijfsruimte.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven te 's-Gravenhage, 21 november 2002
Beatrix
De Minister van Justitie, J. P. H. Donner
Uitgegeven de negentiende december 2002
De Minister van Justitie,
j
P. H. Donner