Vaarplichtwet
Artikel 21
Met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie wordt gestraft de vaarplichtige aan wie overeenkomstig artikel 5 door Onze Minister de aanwijzing is gegeven, dienst te doen aan boord of ten behoeve van een schip en die:
a
zich zonder toestemming van de kapitein van boord verwijdert;
b
zich niet op het tijdstip, hem aangegeven door degene in wiens dienst hij is of door degene, die in de dienst boven hem is gesteld, aan boord bevindt;
c
anders dan buiten zijn schuld zijn dienst niet naar behoren vervult;
d
de orde aan boord verstoort;
e
zich aan boord bevindt onder zodanige invloed van alcoholhoudende drank of enig verdovend middel, dat hij zijn taak niet naar behoren kan vervullen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.