
Vaarplichtwet
Artikel 10
1
Indien de kapitein gegronde reden heeft om aan te nemen dat het verblijf van een zeeman op het schip de orde aan boord of de veiligheid van het schip in gevaar brengt, kan hij deze in iedere haven, waar zulks is toegestaan, aan land doen zetten of de toegang tot het schip weigeren.
2
Indien de kapitein van oordeel is dat het vrije verblijf van een zeeman aan boord om een of meer van de redenen als in het eerste lid bedoeld niet langer verantwoord is, kan hij deze doen insluiten.
In dat geval doet de kapitein de zeeman in de eerste haven, waar zulks is toegestaan, aan land zetten.
3
Onze Minister bevordert zoveel mogelijk, dat zeelieden, die ingevolge de toepassing van het bepaalde in de vorige leden achterblijven buiten het land van hun herkomst, zo spoedig mogelijk naar dat land worden teruggebracht.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.