Luchtvaartwet
Artikel 37e
1
De exploitant van een luchtvaartterrein is gehouden een plan op te stellen met betrekking tot de beveiliging van het luchtvaartterrein. Het plan behoeft de instemming van Onze Minister van Justitie in overeenstemming met Onze Minister. Het plan wordt op hun verzoek, onder het stellen van een redelijke termijn, aangepast.
2
Het plan, bedoeld in het eerste lid, omvat onder meer:
a
de plichten, verantwoordelijkheden, maatregelen en procedures die zijn vastgesteld met het oog op de beveiliging van het luchtvaartterrein;
b
de bijzondere procedures en maatregelen voor situaties als bedoeld in artikel 37ad, eerste lid;
c
de maatregelen en procedures in geval van dreiging van onwettige daden van geweld, bomalarm, kaping of gewapende aanvallen op het luchtvaartterrein en
d
andere bij algemene maatregel van bestuur te bepalen onderwerpen.
3
De exploitant van een luchtvaartterrein informeert uit eigen beweging Onze Minister en Onze Minister van Justitie indien het plan door omstandigheden niet kan worden uitgevoerd of daarin wijzigingen worden aangebracht. Hij verstrekt desgevraagd Onze Ministers informatie over de beveiliging van het luchtvaartterrein.
4
Indien een onderdeel van het plan niet wordt uitgevoerd, kan Onze Minister van Justitie de exploitant van een luchtvaartterrein een aanwijzing geven die ertoe strekt zo veel mogelijk het oorspronkelijk in het plan aangegeven niveau van beveiliging te benaderen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.