
Luchtvaartwet
Artikel 37c
1
De exploitant van een luchtvaartterrein treft de nodige voorzieningen om te voorkomen dat personen of bagage aan boord van een luchtvaartuig gaan zonder dat deze zijn onderworpen aan een controle overeenkomstig paragraaf 3.
2
De exploitant van een luchtvaartterrein is verplicht te beschikken over:
a
voldoende en passende detectieapparatuur voor de uitoefening van de controle door het beveiligingspersoneel overeenkomstig paragraaf 3;
b
een ruimte voor vertrekkende passagiers die zodanig is ingericht dat gecontroleerde passagiers en handbagage zijn afgeschermd en een vermenging met niet gecontroleerde personen en voorwerpen niet mogelijk is;
c
een ruimte voor onderzoek van bagage en dieren bestemd voor vervoer en
d
een afsluitbare en beveiligde ruimte bestemd voor het bewaren van verdachte bagage.
3
Onze Minister van Justitie kan, in overeenstemming met Onze Minister, nadere regels stellen met betrekking tot de voorzieningen die zijn vereist ter beveiliging van de burgerluchtvaart.
4
Onze Minister van Justitie kan de exploitant van een luchtvaartterrein een aanwijzing geven inzake de aanschaf van detectie-apparatuur indien deze apparatuur redelijkerwijs niet als passend kan worden beschouwd.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.