Advocatenwet
Artikel 2c
1
De advocaat die overeenkomstig artikel 2a is ingeschreven, is bevoegd om naast het voeren van de titel advocaat zijn oorspronkelijke beroepstitel in de officiële taal of in een van de officiële talen van de staat van herkomst te voeren.
2
Indien de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst of de tuchtrechter aldaar de uitoefening van het beroep advocaat tijdelijk of blijvend heeft ontzegd is de betrokken advocaat van rechtswege niet meer bevoegd om in Nederland zijn beroep onder zijn oorspronkelijke beroepstitel uit te oefenen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
-
LJN AB3329, Hoger beroep, 200005216/1.
Rechtsoort
Bestuursrecht overig
Datum uitspraak
01-08-2001
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Hoger beroep
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Raad van StateRechter is niet bevoegd om een advocaat toe te wijzen aan een partij. Afwijzing verzoek van appellant om vrijstelling van de verplichting om als stagiaire bij een patroon kantoor te houden. Anders dan appellant betoogt is noch in art. 18, eerste lid Grondwet, noch in art. 8:24, eerste lid Awb noch...