Advocatenwet
Artikel 13
1
De rechtzoekende die niet of niet tijdig een advocaat bereid vindt hem zijn diensten te verlenen in een zaak, waarin vertegenwoordiging door een advocaat is voorgeschreven dan wel bijstand uitsluitend door een advocaat kan geschieden, kan zich wenden tot de deken van de orde van advocaten in het arrondissement waar de zaak moet dienen, met het verzoek een advocaat aan te wijzen.
2
De deken kan het verzoek alleen wegens gegronde redenen afwijzen. Hij kan een aanwijzing op grond van bijzondere redenen wijzigen of intrekken.
3
Binnen zes weken na de bekendmaking van de beschikking, houdende afwijzing van het verzoek, kan de belanghebbende beklag doen bij het hof van discipline. Op de behandeling van het beklag zijn de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing.
4
De aangewezen advocaat is verplicht zijn diensten te verlenen.
5
De advocaat, door het bureau rechtsbijstandvoorziening als raadsman toegevoegd, is verplicht als zodanig op te treden of zich overeenkomstig artikel 46 van het Wetboek van Strafvordering te doen vervangen, zolang niet een gekozen raadsman is opgetreden of op de voet van artikel 45 van het Wetboek van Strafvordering een ander is toegevoegd.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
-
LJN AU7182, Hoger beroep, 200503655/1
Rechtsoort
Bestuursrecht overig
Datum uitspraak
30-11-2005
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Hoger beroep
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Raad van StateBij brief van 14 juli 2003 heeft het bureau Rechtsbijstandvoorziening van appellant (hierna: het bureau) het verzoek van [verzoeker] om een andere advocaat aan te wijzen afgewezen. -
LJN BA9935, Hoger beroep, 2200115006
Rechtsoort
Straf
Datum uitspraak
06-07-2007
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Hoger beroep
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Gerechtshof 's-GravenhageToegevoegd raadsman legt ter zitting in hoger beroep de verdediging neer van de niet verschenen verdachte, omdat hij zich onvoldoende voorbereid heeft op een inhoudelijke verdediging. Gezien de omstandigheden acht het hof de toevoeging van een andere raadsman in deze niet nodig in het belang van de verdachte.