Wet op de Registeraccountants
Artikel 54h
1
De uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven houdt de gronden in en wijst de voorschriften aan, waarop zij rust.
2
De uitspraak wordt door de voorzitter van de kamer, die de uitspraak heeft gedaan, en de griffier ondertekend. Indien de voorzitter zich in de onmogelijkheid bevindt de uitspraak te ondertekenen, geschiedt zulks door het oudst benoemde gewone of plaatsvervangende lid, dat de uitspraak mede gewezen heeft. Indien de griffier zich in de onmogelijkheid bevindt, wordt daarvan instede van de ondertekening melding gemaakt.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
-
LJN AT7300, Eerste aanleg - enkelvoudig, AWB 03/577
Rechtsoort
Bestuursrecht overig
Datum uitspraak
19-08-2003
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Eerste aanleg - enkelvoudig
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
College van Beroep voor het bedrijfslevenWet op de Registeraccountants Raad van tucht Amsterdam