Wet marktordening gezondheidszorg
Artikel 95
1
De zorgautoriteit legt geen bestuurlijke boete op:
a
voor zover de overtreding niet aan de overtreder kan worden verweten;
b
voor zover voor de overtreding een rechtvaardigingsgrond bestond;
c
indien aan de overtreder wegens dezelfde overtreding reeds eerder een bestuurlijke boete is opgelegd, dan wel een kennisgeving als bedoeld in artikel 94, vierde lid, aanhef en onderdeel a, is gedaan;
d
indien tegen de overtreder wegens dezelfde gedraging:
1
een strafvervolging is ingesteld en het onderzoek ter terechtzitting is begonnen; of
2
het recht tot strafvordering is vervallen ingevolge artikel 74 of 74c van het Wetboek van Strafrecht, dan wel ingevolge artikel 76 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.
2
Indien de gedraging tevens een strafbaar feit is, wordt zij aan de officier van justitie voorgelegd, tenzij bij wettelijk voorschrift is bepaald, dan wel met het openbaar ministerie is overeengekomen, dat daarvan kan worden afgezien.
3
Voor een gedraging die aan de officier van justitie moet worden voorgelegd, legt de zorgautoriteit slechts een bestuurlijke boete op indien:
a
de officier van justitie haar heeft medegedeeld ten aanzien van de overtreder zowel van strafvervolging als van toepassing van artikel 74 van het Wetboek van Strafrecht af te zien; of
b
zij niet binnen dertien weken een reactie van de officier van justitie heeft ontvangen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.