
Wet buitengewoon pensioen 1940-1945
Artikel 30
Een tijdelijk buitengewoon pensioen, verleend op grond van artikel 16, eerste en derde lid, of een blijvend buitengewoon pensioen, verleend op grond van artikel 16, vijfde lid, houdt op met de door de Raad te bepalen datum, wanneer de vermiste of hij, te wiens aanzien bij rechterlijk vonnis verklaard is rechtsvermoeden van overlijden te bestaan, in leven blijkt te zijn.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.