Meststoffenwet
Artikel 55
1
Indien de ernst van de overtreding of de omstandigheden waaronder zij is begaan daartoe aanleiding geven, wordt zij aan het openbaar ministerie voorgelegd.
2
Voor een overtreding als bedoeld in het eerste lid kan Onze Minister alsnog een bestuurlijke boete opleggen indien:
a
het openbaar ministerie heeft medegedeeld van strafvervolging tegen de overtreder af te zien, of
b
sedert het voorleggen ervan dertien weken zijn verstreken en geen reactie van het openbaar ministerie is ontvangen.
3
Indien ter zake van een overtreding aan de overtreder een bestuurlijke boete is opgelegd, dan wel een mededeling als bedoeld in artikel 65, tweede lid, onderdeel a, is verzonden, heeft dit dezelfde rechtsgevolgen als een kennisgeving van niet verdere vervolging als bedoeld in artikel 246, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
-
LJN AT7546, Cassatie, 00145/05 E
Rechtsoort
Straf
Datum uitspraak
30-08-2005
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Cassatie
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Hoge RaadVerbeterde lezing door HR van kennelijke vergissing wetgever. Art. 1a.1° WED moet wat betreft de periode van 1-1-98 tot 17-2-99 worden gelezen met verbetering van de misslag dat deze bepaling toen verwees naar art. 14 Meststoffenwet in plaats van naar art. 55 Meststoffenwet. -
LJN AV0547, Hoger beroep, 24-001291-02
Rechtsoort
Straf
Datum uitspraak
26-01-2006
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Hoger beroep
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Gerechtshof LeeuwardenUit hetgeen verdachte heeft verklaard blijkt, dat hij op zoek was naar een uitbreiding van landbouwgrond met het oog op het zich verwerven van meer mestproductierechten. Dat doel kon hij bereiken door het gaan pachten van grond, die in alle opzichten voldeed aan voormelde definities uit de Meststoffenwet...