Luchtvaartwet
Artikel 55
1
Indien een verbod, als bedoeld in artikel 38, geheel of gedeeltelijk wordt opgeheven, kan de exploitant van het luchtvaartterrein van:
a
de eigenaren der terreinen,
b
de rechthebbenden op een beperkt recht waaraan de terreinen zijn onderworpen,
waarop het verbod rustte, de waardevermeerdering vorderen, welke voor deze onroerende zaken ten aanzien van deze personen uit deze opheffing voortvloeit, tot, in geval van gehele opheffing, ten hoogste het bedrag, dat bij de oplegging van het verbod als schadevergoeding werd toegekend.
2
De vordering moet binnen een jaar na de inwerkingtreding van de opheffing worden ingesteld.
3
De artikelen 50, tweede lid, 53, eerste lid, en 54 zijn van overeenkomstige toepassing.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.