Faillissementswet
Artikel 261
1
Een vordering onder een opschortende voorwaarde kan op de lijst gebracht worden voor haar waarde bij de aanvang der surseance.
2
Indien de bewindvoerders en de schuldeisers het niet eens kunnen worden over deze waardebepaling, wordt zodanige vordering voor het volle bedrag voorwaardelijk toegelaten.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.