
Jurisprudentie
BJ6146
Datum uitspraak2009-08-11
Datum gepubliceerd2009-08-26
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Haarlem
Zaaknummers157571/2009-1595
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-08-26
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Haarlem
Zaaknummers157571/2009-1595
Statusgepubliceerd
Indicatie
Adoptie. De rechtbank overweegt ten aanzien van de adoptie van de ongeboren vrucht als volgt. Indien het verzoek tot adoptie vóór de geboorte van het kind is ingediend en alle vereiste bijlagen zijn overgelegd, dient de beslissing op het verzoek pas dan te worden uitgesproken als de geboorteakte van het betreffende kind is ontvangen. De rechtbank overweegt daartoe dat een behoorlijke identificatie van het adoptief kind slechts gewaarborgd kan worden indien de naam en de overige geboortegegevens van het kind (zoals vermeld in de geboorteakte) in de adoptiebeschikking staan vermeld.
Uitspraak
RECHTBANK HAARLEM
Sector civiel
familie- en jeugdrecht
adoptie
zaak-/rekestnr.: 157571/2009-1595
beschikking van de enkelvoudige kamer voor familiezaken van 11 augustus 2009
gegeven op het verzoek van:
[naam verzoekster],
wonende te [plaats],
hierna mede te noemen: verzoekster,
advocaat: mr. D.E.J. Maes, kantoorhoudende te Haarlem.
strekkende tot adoptie van:
[naam kind],
geboren op [datum] 2009 te [plaats].
1 Verloop van de procedure
Voor het verloop van de procedure verwijst de rechtbank naar de volgende stukken:
- het op 12 mei 2009 ter griffie van deze rechtbank ontvangen verzoekschrift, met bijlagen;
- de brief met bijlagen van de advocaat van verzoekster van 10 juni 2009;
- de brief met bijlagen van de advocaat van verzoekster van 10 juli 2009.
2 De vaststaande feiten
Uit de overgelegde bescheiden blijkt het volgende:
- de minderjarige is geboren op [datum] 2009 te [plaats] als zoon van [naam moeder], hierna mede te noemen: de moeder.
- de minderjarige is verwekt door middel van kunstmatige inseminatie met het semen van een onbekende donor;
- de moeder is van rechtswege belast met het gezag over de minderjarige;
- verzoekster en de moeder hebben sinds 2004 een affectieve relatie en zijn op [datum] 2009 te Haarlem gehuwd.
3 Beoordeling van het verzoek
3.1 De moeder stemt in met het verzoek tot adoptie.
3.2 De rechtbank heeft op grond van de overgelegde stukken de overtuiging dat de gevraagde adoptie in het kennelijk belang van de minderjarige is, zodat, nu ook overigens aan wettelijke voorwaarden is voldaan, het verzoek voor toewijzing vatbaar is.
3.3 De minderjarige is het eerste kind tot wie verzoekster en de moeder in familierechtelijke betrekking komen te staan.
3.4 Het verzoek tot adoptie is ingediend vóór de geboorte van de minderjarige met daarbij het uitdrukkelijke verzoek de adoptie uit te spreken voordat de minderjarige geboren zou worden. De advocaat van verzoekster heeft in dit geval gewezen op de wijzigingen van de artikelen in het Burgerlijk Wetboek betreffende de adoptie, die het volgens haar mogelijk maken een adoptie van de ongeboren vrucht uit te spreken. Het voordeel hiervan zou zijn dat, indien de beschikking reeds voor de geboorte in kracht van gewijsde is gegaan, de minderjarige direct vanaf de geboorte de twee vrouwen als ouders heeft.
3.5 De rechtbank overweegt ten aanzien van de adoptie van de ongeboren vrucht als volgt. Indien het verzoek tot adoptie vóór de geboorte van het kind is ingediend en alle vereiste bijlagen zijn overgelegd, dient de beslissing op het verzoek pas dan te worden uitgesproken als de geboorteakte van het betreffende kind is ontvangen. De rechtbank overweegt daartoe dat een behoorlijke identificatie van het adoptief kind slechts gewaarborgd kan worden indien de naam en de overige geboortegegevens van het kind (zoals vermeld in de geboorteakte) in de adoptiebeschikking staan vermeld.
3.6 Ten overvloede merkt de rechtbank op dat het verzoekschrift in het onderhavige geval is ingediend in op [] mei 2009, terwijl de uitgerekende datum [] augustus 2009 was. Het uitspreken van de adoptie vóór de geboorte van het kind zou slechts het door de advocaat beoogde resultaat hebben indien de betreffende beschikking vóór de geboortedatum ingeschreven is in de registers van de Burgerlijke Stand. Dat resultaat kon in ieder geval niet worden bereikt omdat er minder dan drie maanden liggen tussen het tijdstip van indiening van het verzoek en de uitgerekende datum. Artikel 1: 20e lid 1 BW bepaalt immers dat de griffier van het college waarvoor de zaak aanhangig was, niet eerder dan drie maanden na de dag van de beschikking een afschrift aan de Burgerlijke Stand zendt. De beschikking kon derhalve niet eerder dan drie maanden na de dagtekening worden ingeschreven in de registers van de Burgerlijke Stand. Zelfs al zou de beschikking in deze zaak op de dag van de indiening van het verzoek gegeven zijn, dan nog was inschrijving niet eerder mogelijk dan op 12 augustus 2009, derhalve ná de uitgerekende datum.
4 Beslissing
De rechtbank:
Spreekt uit de adoptie van de minderjarige van het mannelijk geslacht:
[naam kind],
geboren op [datum] 2009 te [plaats],
door verzoekster voornoemd.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.C.M. Swinkels, tevens kinderrechter, en in het openbaar uitgesproken ter terechtzitting van 11 augustus 2009, in tegenwoordigheid van mr. R.C.M. Gerritsen-Martens als griffier.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.