
Jurisprudentie
BJ6130
Datum uitspraak2009-06-12
Datum gepubliceerd2009-08-27
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureKort geding
Instantie naamRechtbank Zwolle
Zaaknummers157250 / KG ZA 09-214
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-08-27
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureKort geding
Instantie naamRechtbank Zwolle
Zaaknummers157250 / KG ZA 09-214
Statusgepubliceerd
Indicatie
Toewijzing vordering tot nakoming onroerendgoedtransactie.
Uitspraak
vonnis
RECHTBANK ZWOLLE-LELYSTAD
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 157250 / KG ZA 09-214
Vonnis in kort geding van 12 juni 2009
in de zaak van
1. [eiser]
wonende te [plaats 1],
2. [eiser 2]
wonende te [plaats 2],
eisers,
advocaat mr. R.M. Köhne,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde]
gevestigd te Zwolle,
gedaagde,
advocaat mr. A.J. van der Kolk.
Partijen zullen hierna [eisers] en [gedaagde] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de producties 1 t/m 44 van [eisers]
- de mondelinge behandeling op 3 juni 2009, waarbij partijen hun standpunten mede aan de hand van ter zitting overgelegde pleitnota’s hebben toegelicht.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil
2.1. [eisers] vordert primair veroordeling van [gedaagde] om binnen 5 dagen na betekening van dit vonnis, althans binnen een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen termijn, mee te werken aan het verlijden van de akte van overdracht - al dan niet op basis van de koopakte van 30 oktober 2007 - door één van de notarissen (of een waarnemer) van Het Notarieel te Zwolle tegen gelijktijdige betaling door [gedaagde] aan [eisers] van de koopsom ad EUR 6.000.000,00, op straffe van een dwangsom van EUR 20.000,000 per dag of gedeelte van een dag dat [gedaagde] met de nakoming van het vonnis in gebreke mocht blijven. Zij vordert voorts veroordeling van [gedaagde] in de kosten van dit kort geding.
2.2. [gedaagde] voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
3. De beoordeling
3.1. Van het spoedeisend belang bij het gevorderde is in voldoende mate gebleken.
3.2 Eerder is tussen partijen geprocedeerd en beslist zoals weergegeven in het kort gedingvonnis van de voorzieningenrechter van deze rechtbank van 15 januari 2009 (zaaknummer 151178 / KG ZA 08-542).
3.3 In die procedure heeft [gedaagde], net als in de onderhavige procedure, als meest verstrekkende verweer betoogd dat tussen partijen (uiteindelijk) geen koopovereenkomst tot stand is gekomen met betrekking tot gedeelten van het perceel grond gelegen aan de [adres] te [plaats], kadastraal bekend gemeente [plaats], sectie S nummer [nummer]
3.4 Dit verweer is in rechtsoverweging 4.2 van het kort gedingvonnis van 15 januari 2009 verworpen. In het voornoemde vonnis is door de voorzieningenrechter geoordeeld dat een bodemrechter tot de slotsom zal komen dat tussen partijen met betrekking tot het genoemde perceel een mondelinge koopovereenkomst tot stand is gekomen, die vervolgens is vastgelegd in de per email d.d. 30 oktober 2007 door notaris C.J. Melsbach te Zwolle aan partijen toegezonden concept koopakte. Hetgeen [gedaagde] ter zitting van 3 juni 2009 heeft aangevoerd ter volharding van haar standpunt dat (uiteindelijk) geen koopovereenkomst tussen partijen tot stand is gekomen met betrekking tot perceel [nummer] geeft geen aanleiding om anders te oordelen dan overwogen in rechtsoverweging 4.2 van het voornoemde vonnis.
3.4 De stelling van [gedaagde] dat 1 oktober 2008 niet anders gezien kan worden dan een fatale termijn voor de levering is niet juist. In artikel 4 lid 1 van de concept koopakte staat vermeld dat de leveringsakte op 1 november 2008 voor de notaris zal worden verleden en op verzoek van koper kan worden uitgesteld tot uiterlijk 31 januari 2009. Daarin staat voorts dat de koper verkoper uiterlijk op 1 september 2008 schriftelijk dient te berichten dat hij van zijn recht op uitstel gebruik maakt en daarbij de beoogde gewijzigde leveringsdatum aangeeft. [gedaagde]’ directeur [naam] heeft reeds bij brief van 6 juni 2008 aan [eisers] voorgesteld om de leveringsdatum uit te stellen tot 15 januari 2009, overigens tegen een rentevergoeding van 3%, zodat niet valt in te zien dat aan [gedaagde] een beroep toekomt op
1 oktober 2008 als fatale termijn.
3.5 Het standpunt van [gedaagde] dat zij [eisers] bij brief d.d. 22 januari 2009 rechtsgeldig in gebreke heeft gesteld is evenmin juist. Die brief kan alleen al niet als een ingebrekestelling worden beschouwd, nu daarin geen redelijke termijn voor nakoming is gesteld en gesteld noch gebleken is dat zich één van de uitzonderingen genoemd in artikel 6:83 BW voordoet. Bovendien was [gedaagde] op 22 januari 2009 zelf in verzuim, nu zij weigerde de in december 2008 door [gedaagde 1] getekende en naar [gedaagde] opgestuurde koopakte mee te tekenen en was op 22 januari 2009 al duidelijk dat de goedkeuringsverklaring van de provincie (saneringsbeschikking) op korte termijn zou worden afgegeven.
3.6 Nu - anders dan ten tijde van het sub 3.2. omschreven kort geding - de goedkeuringsverklaring inmiddels door de provincie is afgegeven en anders dan [gedaagde] stelt, een opleveringsrapport ter beschikking van [gedaagde] is gesteld althans onder haar handbereik lag (en ligt), dient de conclusie te zijn dat sprake is van bouwrijpe grond en dat [gedaagde] gehouden is om op korte termijn medewerking te verlenen aan de levering door [eisers] van de in de concept koopakte van 30 oktober 2007 genoemde percelen grond aan [gedaagde].
3.8 De primaire vordering zal, gelet op het vorenstaande, worden toegewezen met inachtneming van het navolgende.
3.9 De aan de veroordeling verbonden dwangsom van EUR 20.000,00 per dag of gedeelte van een dag zal worden gemaximeerd op EUR 1.500.000,00.
3.7. [gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eisers] worden begroot op:
- dagvaarding EUR 85,98
- vast recht 262,00
- salaris advocaat 904,00 (2 punten maal tarief II)
Totaal EUR 1.251,98
4. De beslissing
De voorzieningenrechter
4.1. veroordeelt [gedaagde] uiterlijk op 31 augustus 2009 mee te werken aan het verlijden van de akte van overdracht van de in de (concept) koopakte van 30 oktober 2007 genoemde percelen grond op basis van de (concept) koopakte van 30 oktober 2007 door één van de notarissen (of een waarnemer) van Het Notarieel te Zwolle, tegen gelijktijdige betaling door [gedaagde] aan [eisers] van de koopsom ad
EUR 6.000.000,00,
4.2. bepaalt dat [gedaagde] voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij in strijd handelt met het onder 4.1 bepaalde, aan [eisers] een dwangsom verbeurt van EUR 20.000,00, tot een maximum van EUR 1.500.000,00,
4.3. veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van [eisers] tot op heden begroot op EUR 1.251,98,
4.4. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
4.5. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J. van der Hulst en in het openbaar uitgesproken op 12 juni 2009.