Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ5623

Datum uitspraak2009-08-05
Datum gepubliceerd2009-08-19
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank 's-Hertogenbosch
Zaaknummers193670 / HA ZA 09-1195
Statusgepubliceerd


Indicatie

Intellectuele eigendom. Vordering tot vergoeding volledige proceskosten afgewezen. Toepassing artikel 1019h Rv naar doel en strekking van de Handhavingsrichtlijn. De vordering strekkende tot verval van de inschrijving van een ouder merk van gedaagde met het oog op een door eiseres gewenste inschrijving van haar eigen jonger merk kan niet worden aangemerkt als een vordering die strikt genomen strekt tot handhaving van intellectuele-eigendomsrechten. Artikel 1019h Rv blijft in deze zaak buiten toepassing.


Uitspraak

vonnis RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 193670 / HA ZA 09-1195 Vonnis van 5 augustus 2009 in de zaak van [L], wonende te [woonplaats], eiseres, advocaat mr. Ph.C.M. van der Ven, tegen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid BUCAN INTERNATIONAL B.V., gevestigd te Soerendonck, gemeente Craenendonk, gedaagde, niet verschenen. 1. De procedure 1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: - de dagvaarding - het tegen gedaagde verleende verstek. 1.2. Ten slotte is vonnis bepaald. 2. De beoordeling 2.1. Nu gesteld noch gebleken is dat partijen bij overeenkomst uitdrukkelijk zijn afgeweken van de in artikel 4.6. Benelux-verdrag inzake de intellectuele eigendom (merken en tekeningen of modellen) (BVIE) opgenomen bepalingen met betrekking tot de territoriale bevoegdheid van de rechter, is de Nederlandse rechter bevoegd van de vordering kennis te nemen, omdat gedaagde in Nederland is gevestigd. 2.2. Als gesteld en niet weersproken gaat de rechtbank er vanuit dat gedaagde het woordmerk LONNEKE als Benelux merk heeft ingeschreven onder nummer 622100 voor waren en diensten in de klassen 3, 9, 14, 16, 18, 35, 39, 41, 42, 43, 44 en 45. Eveneens is onweersproken gesteld dat gedaagde gedurende een ononderbroken tijdvak van vijf jaren zonder geldige reden geen normaal gebruik van het merk LONNEKE heeft gemaakt binnen het Benelux-gebied voor de waren of diensten waarvoor het merk is ingeschreven. 2.3. Nu eiseres ook voldoende belang heeft gesteld bij het verval van de uit de voornoemde inschrijving voortvloeiende rechten op het woordmerk LONNEKE ENGEL, komt de rechtbank de vordering tot vervallenverklaring van het merkrecht niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal deze op de voet van artikel 2.26 lid 2 BVIE aanhef en sub a worden toegewezen evenals het medegevorderde bevel tot doorhaling van de inschrijving. 2.4. Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Voor toewijzing van de volledige proceskosten ingevolge artikel 1019h Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) bestaat in deze procedure onvoldoende grond. Artikel 1019h Rv maakt deel uit van een reeks wettelijke bepalingen (in een nieuwe titel 15 Rv) die op 1 mei 2007 in werking traden ter uitvoering van de Richtlijn nr. 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (verder: de Handhavingsrichtlijn). Die richtlijn beoogt de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten te harmoniseren teneinde inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten in het algemeen en grootschalige namaak en piraterij in het bijzonder effectiever te kunnen bestrijden. Artikel 1019h Rv moet naar doel en strekking van de Handhavingsrichtlijn worden toegepast. De onderhavige procedure - die strekt tot verval van de inschrijving van een ouder merk van gedaagde met het oog op een door eiseres gewenste inschrijving van haar eigen jonger merk - kan niet worden aangemerkt als een procedure die strikt genomen strekt tot handhaving van intellectuele-eigendomsrechten. Daarmee blijft artikel 1019h Rv hier buiten toepassing. De rechtbank begroot de kosten - met toepassing van het gebruikelijke liquidatietarief - aan de zijde van eiseres op: - dagvaarding EUR 85,98 - vast recht 262,00 - salaris advocaat 452,00 (1,0 punt × tarief EUR 452,00) Totaal EUR 799,98 3. De beslissing De rechtbank 3.1. verklaart het door gedaagde als Benelux-merk onder nummer 622100 voor waren en diensten in de klassen 3, 9, 14, 16, 18, 35, 39, 41, 42, 43, 44 en 45 ingeschreven woordmerk LONNEKE vervallen, 3.2. beveelt de doorhaling van de voormelde inschrijving onder nummer 622100 van het woordmerk LONNEKE, 3.3. veroordeelt gedaagde in de proceskosten, aan de zijde van eiseres tot op heden begroot op EUR 799,98, 3.4. verklaart dit vonnis voor wat betreft de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad, 3.5. wijst het meer of anders gevorderde af. Dit vonnis is gewezen door mr. W.M. Callemeijn en in het openbaar uitgesproken op 5 augustus 2009.