Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ3476

Datum uitspraak2009-06-11
Datum gepubliceerd2009-07-23
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureVoorlopige voorziening
Instantie naamRechtbank Amsterdam
Zaaknummers429479 / KG ZA 09-1182
Statusgepubliceerd


Indicatie

Gelijktijdige behandeling van vordering tot ontruiming van verschillende kraakpanden. In zaak KG ZA 09-1182 wordt verstek verleend jegens alle gedaagden omdat niemand ter zitting is verschenen. In een andere, gelijktijdig behandelde, zaak (KG ZA 09-952) is één van de gedagvaarde krakers verschenen. Hij heeft verweer gevoerd, ook voor de in deze procedure niet verschenen gedaagden. Aan dat verweer wordt echter voorbij gegaan. Een ieder die een eigen belang heeft bij weigering van de gevraagde voorziening dient dit immers kenbaar te maken door te verschijnen ter zitting in kort geding. Alleen dan kan worden vastgesteld of de door een ander aangevoerde omstandigheden op de thans niet verschenen gedaagde van toepassing zijn.


Uitspraak

vonnis RECHTBANK AMSTERDAM Sector civiel recht, voorzieningenrechter zaaknummer / rolnummer: 429479 / KG ZA 09-1182 SR/RV Vonnis in kort geding van 11 juni 2009 in de zaak van de stichting WONINGSTICHTING EIGEN HAARD, gevestigd te Amsterdam, eiseres bij dagvaarding van 6 mei 2009, advocaat mr. I.M.C.A. Reinders Folmer, tegen HEN DIE VERBLIJVEN IN DE ONROERENDE ZAAK GELEGEN AAN DE KUIPERSSTRAAT 129-huis, 129-I en 129-II (1073 EP) TE AMSTERDAM, gedaagden, niet verschenen. 1. De procedure Ter terechtzitting van 5 juni 2009 heeft eiseres gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding. Vervolgens heeft eiseres verzocht vonnis te wijzen. Tegen de niet verschenen gedaagden is verstek verleend. Ter zitting is namens eiseres verschenen mr. M.G. van der Vliet-Blokziel, advocaat te Almere. 2. De beoordeling 2.1. De gevorderde machtiging om de ontruiming zo nodig zelf te doen uitvoeren met behulp van de sterke arm van justitie zal worden afgewezen, omdat zij ingevolge artikel 556 lid 1 en artikel 557 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) overbodig is. 2.2. Het gevorderde komt voor het overige niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal als volgt worden toegewezen. De gevorderde nakosten zijn voorwaardelijk toewijsbaar. 2.3. In de zaak met rolnummer KG ZA 09-952 die tegelijkertijd is behandeld met deze zaak, is nog aangevoerd dat er in de onderhavige panden ook gezinnen woonachtig zijn waardoor er een noodtoestand zou ontstaan bij ontruiming op korte termijn. Daarnaast is in die zaak aangevoerd dat bij de gebruikers van de onderhavige panden de verwachting is gewekt dat overleg zou worden gevoerd. In de onderhavige zaak zal aan die argumenten voorbij worden gegaan nu niemand is verschenen en een behoorlijke procesorde meebrengt dat argumenten in de desbetreffende procedure en niet daarbuiten naar voren worden gebracht. 2.4. Gedaagden zullen als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van eiseres worden, gelet op de gelijktijdige behandeling met de zaak KG ZA 09-952, begroot op EUR 263,50 aan salaris advocaat en EUR 262,-- aan vast recht, te vermeerderen met de advertentiekosten verschuldigd op grond van artikel 61 Rv. 3. De beslissing De voorzieningenrechter 3.1. veroordeelt gedaagden om uiterlijk 14 juni 2009, na de betekening van dit vonnis, met al het hunne en al de hunnen de woningen gelegen aan de Kuipersstraat nrs. 129-huis, 129-I en 129-II (1073 EP) te Amsterdam te ontruimen en ontruimd te houden, en de respectieve woningen geheel leeg en ontruimd ter beschikking van eiseres te stellen; 3.2. bepaalt dat deze veroordeling binnen de in art. 557a lid 3 Rv genoemde termijn van één jaar ook ten uitvoer zal kunnen worden gelegd tegen een ieder die zich ten tijde van de tenuitvoerlegging daar bevindt of daar binnentreedt en telkens wanneer dat zich voordoet; 3.3. veroordeelt gedaagden in de proceskosten, aan de zijde van eiseres tot op heden begroot op EUR 525,50, te vermeerderen met een voorwaardelijke veroordeling tot voldoening van het nasalaris advocaat begroot op € 131,-- zonder betekening en € 205,-- met betekening, alsmede te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na betekening van dit vonnis tot de dag der algehele voldoening en de advertentiekosten verschuldigd op grond van artikel 61 Rv; 3.4. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad; 3.5. wijst het meer of anders gevorderde af. Dit vonnis is gewezen door mr. Sj.A. Rullmann, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. R. Verloo, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 11 juni 2009.?