Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BF3701

Datum uitspraak2008-09-26
Datum gepubliceerd2008-09-30
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Haarlem
Zaaknummers15/740648-07
Statusgepubliceerd


Indicatie

Skimming. Deelnemen criminele organisatie. Fotovergelijkend onderzoek. De rechtbank acht bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal met twee of meer verenigde personen waarbij de verdachte en zijn mededader(s) zich de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van verbreking en tezamen en in vereniging opzettelijk een betaalpas, bedoeld voor het verrichten van betalingen langs geautomatiseerde weg, valselijk hebben opgemaakt, meermalen gepleegd. Voorts acht de rechtbank bewezen dat de verdachte een poging heeft gedaan tot het tezamen en in vereniging opzettelijk een betaalpas, bedoeld voor het verrichten van betalingen langs geautomatiseerde weg, valselijk opmaken en dat hij heeft deelgenomen aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven. De rechtbank veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 42 maanden.


Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM Sector Strafrecht Locatie Haarlem Meervoudige strafkamer Parketnummer: 15/740648-07 Uitspraakdatum: 26 september 2008 Tegenspraak Strafvonnis Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 12 september 2008 in de zaak teg[verdachte]verdachte], geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], zonder vaste woon-of verblijfplaats hier ten lande, thans gedetineerd in PI Utrecht - HvB locatie Nieuwegein, te Nieuwegein. 1. Tenlastelegging Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging, tenlastegelegd dat: Feit 1 (zaaksdossier 15) hij op of omstreeks 25 mei 2007 te IJmuiden, gemeente Velsen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit de Hema heeft weggenomen twee, althans een of meer pinapparaten, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Hema B.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming; Feit 2 primair hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 02 december 2006 tot en met 27 januari 2007 te Dordrecht en/of 's-Gravenhage en/of Gorinchem en/of Alkmaar en/of Purmerend en/of Papendrecht, althans (op verschillende plaatsen) in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en), althans alleen, (telkens) opzettelijk (een) betaalpas(sen), (een) waardekaart(en), enige andere voor het publiek beschikbare kaart(en) of voor het publiek beschikbare drager(s) van identiteitsgegevens, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen of andere prestaties langs geautomatiseerde weg, te weten een of meer betaalpas(sen)/bankpas(sen), (telkens) valselijk heeft opgemaakt of heeft vervalst, (immers hebben/heeft hij, verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens) valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van een of meer originele betaalpas(sen)/bankpas(sen) die (telkens) zijn aangeboden aan pinautomaten van de ABN-AMRO bank in voornoemde plaatsen in of omstreeks voornoemde periode, gekopieerd/geladen naar/op (een) kaart met magneetstrip (whitecard), tengevolgde waarvan met die laatstgenoemde [valse of vervalste] betaalpas(sen)/bankpas(sen) electronische opnamen werden gedaan ten laste van de rechtmatige eigena(a)r(en) van die originele betaalpas(sen)/bankpas(sen)) zulks (telkens) met het oogmerk zichzelf of een ander te bevoordelen. Subsidiair hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 02 december 2006 tot en met 27 januari 2007 te Amsterdam en/of Dordrecht en/of 's-Gravenhage en/of Gorinchem en/of Alkmaar en/of Purmerend en/of Papendrecht, althans (op verschillende plaatsen) in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en), althans alleen, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een of meer geautomatiseerde werken, te weten (telkens) een pinautomaat van de ABN-AMRO bank, of in een deel daarvan, is binnengedrongen, waarna verdachte en/of zijn mededader(s) vervolgens (telkens) gegevens, die waren opgeslagen, werden verwerkt of werden overgedragen door middel van dat/die geautomatiseerd(e) werk(en) waarin verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) wederrechtelijk bevond(en), (telkens) voor zichzelf of een ander heeft overgenomen, afgetapt of opgenomen (immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens) apparatuur op en/of aan en/of in een geldautomaat aangebracht/geplaatst, waardoor (telkens) in die geldautomaat ingevoerde bankgegevens gekopieerd/overgenomen konden worden). Feit 3 (zaaksdossier 11) Primair Hij op of omstreeks 29 januari 2007 te Almere, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk (een) betaalpas(sen), (een) waardekaart(en), enige andere voor het publiek beschikbare kaart(en) of voor het publiek beschikbare drager(s) van identiteitsgegevens, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen of andere prestaties langs geautomatiseerde weg, te weten een of meer betaalpas(sen)/bankpas(sen), valselijk heeft/hebben opgemaakt of heeft/hebben vervalst met het oogmerk zichzelf of een ander te bevoordelen, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) geprobeerd een geldautomaat van de ABN-AMRObank open te breken met behulp van gereedschap, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; Subsidiair Hij op of omstreeks 29 januari 2007 te Almere, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door hem verdachte en/of een of meer van zijn mededaders voorgenomen misdrijf om opzettelijk en wederrechtelijk in een of meer geautomatiseerde werken van de ABN-AMRObank, of in een deel daarvan, binnen te dringen en/of vervolgens gegevens, die waren opgeslagen, werden verwerkt of werden overgedragen door middel van dat/die geautomatiseerd(e) werk(en) voor zichzelf of een ander over te nemen, af te tappen of over te nemen, immers, heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) voornoemde automaat geprobeerd open te breken met behulp van gereedschap, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid. Feit 4 (zaaksdossier 18 en 18A) hij in of omstreeks de periode vanaf april 2006 tot en met april 2007 te 's-Gravenhage, Dordrecht, Gorichem, Badhoevedorp, Alkmaar, Purmerend, Almere, Lisse, Hoofddorp, Amsterdam, Breda, Papendrecht, althans Nederland en/of in Roemenië en/of in Frankrijk en/of in Duitsland en/of in het buitenland heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten (onder andere) [medeverdachte[medeverdachte 1 ] en/of [medeverdac[medeverdachte 2 ] en/of [medeverdach[medeverdachte 3 ], welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten (het) (meermalen) - plegen van computervredebreuk (art. 138a WvSr.) - opzettelijk valselijk opmaken of vervalsen van een betaalpas en/of opzettelijk gebruik maken en/of voorhanden hebben van een valse of vervalste betaalpas (art. 232 WvSr.) - diefstal door middel van een valse sleutel (art. 311 WvSr.) - voorhanden hebben van stoffen/voorwerpen, wetende dat zij bestemd zijn tot het plegen van enig in artikel 232, eerste lid, omschreven misdrijf (art. 234 WvSr.). Feit 5 (zaaksdossier 18 en 18a) Hij in of omstreeks de periode vanaf mei 2007 t/m 18 oktober 2007 te IJmuiden, gemeente Velsen en/of Haarlemmermeer en/of Amsterdam en/of Alkmaar en/of Rotterdam en/of Badhoevedorp en/of Zandvoort, althans in Nederland en/of in Roemenie in het buitenland heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten (onder andere) [naa[naam 1 ] en/of [naa[naam 1 ] en/of [naam 3 ] en/of [naam 4 ] en/of [naam 4 ], welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten (het) (meermalen) - plegen van computervredebreuk - diefstal dmv valse sleutel - diefstal dmv verbreking - voorhanden hebben van stoffen/voorwerpen, wetende dat zij bestemd zijn tot het plegen van enig in art. 232, eerste lid, omschreven misdrijf. 2. Voorvragen De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging. Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het openbaar ministerie De raadsman voert aan dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. Daartoe stelt hij dat de start van het onderzoek schimmig is geweest, dat in de aanvangsfase van het onderzoek vormen zijn verzuimd en dat in strijd met de wet bewijs is vergaard. Immers, op het moment dat de identiteitsgegevens van verdachte bij Hotel Van der Valk werden gevorderd, ontbrak een objectieve verdenking jegens [verdachte]. Voorts ontbrak een juiste vordering ex artikel 126 nc/uc Sv. Voor de verkrijging van de camerabeelden van Hotel Van der Valk bestond evenmin enige grondslag en ook daarvoor ontbreekt de vordering ex artikel 96a Sv. Ten slotte zijn ook de kluisjes in Hotel Van der Valk op onrechtmatige wijze doorzocht: blijkens zijn getuigenverklaring heeft de heer [getuige] van Hotel Van der Valk in opdracht van de politie één van de kluizen leeggehaald, terwijl hiervoor geen machtiging van de officier van justitie was verkregen. De rechtbank verwerpt het verweer en overweegt daartoe als volgt. Uitgangspunt ingevolge HR 30 maart 2004, NJ 2004, 376 is, dat artikel 359a Sv een bevoegdheid en niet een plicht formuleert en daarmee aan de rechter die een vormverzuim heeft vastgesteld de mogelijkheid geeft af te zien van het toepassen van een van de daar bedoelde rechtsgevolgen en te volstaan met het oordeel dat een onherstelbaar vormverzuim is begaan. Voorts geldt op grond van voornoemd arrest dat niet ontvankelijk verklaring van het openbaar ministerie in de vervolging slechts in uitzonderlijke gevallen in aanmerking komt. Daarvoor is alleen plaats ingeval het vormverzuim daarin bestaat dat met de opsporing of vervolging belaste ambtenaren ernstig inbreuk hebben gemaakt op beginselen van een behoorlijke procesorde waardoor doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van de verdachte aan diens recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak is tekortgedaan. Naar het oordeel van de rechtbank is daarvan geen sprake. Weliswaar is uit het dossier niet eenduidig op te maken wanneer en op welke wijze de politie de identiteitsgegevens van [verdachte] en het beeldmateriaal heeft verkregen, maar daaruit volgt wel dat zich al enkele skimmingsincidenten hadden voorgedaan (onder meer bij Scapino te Sassenheim en het La Place restaurant nabij Hotel Van der Valk), dat daarbij mogelijk Roemenen waren betrokken, dat [verdachte] al vaker in Hotel Van der Valk had verbleven (19 tot 22 december 2006 en 12 tot 13 mei 2007 waarbij mogelijk een kopie van zijn identiteitsbewijs in de administratie van het hotel terecht is gekomen), en dat er in een kluis waarbij Roemenen betrokken waren, een ontkoppeld pinapparaat is aangetroffen. Gelet hierop moet ervan uit gegaan worden dat de politie bij haar onderzoek weliswaar vormfouten heeft gemaakt die niet te herstellen zijn, althans haar handelingen onvoldoende duidelijk in processen-verbaal heeft gerelateerd, maar kan niet worden geconcludeerd dat hierdoor doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van verdachte aan diens recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak is tekortgedaan. Voor wat betreft het doorzoeken van de kluisjes (waarbij tevens wapens werden aangetroffen), gaat de rechtbank uit van de juistheid van hetgeen verbalisanten daarover in hun ambtsedig opgemaakte proces-verbaal en ter terechtzitting hebben verklaard. De doorzoeking heeft derhalve niet op onrechtmatige wijze plaatsgevonden. Gelet op het voorgaande is een niet-ontvankelijkheidsverklaring van het openbaar ministerie niet aan de orde. 3. Bewijs 3.1 Vrijspraak Met betrekking tot feit 2, zaak 5, acht de rechtbank de betrokkenheid van verdachte niet bewezen. Ten aanzien van feit 5 overweegt de rechtbank als volgt. Uit het dossier komt naar voren dat verdachte contact heeft met [naa[naam 1 ] en zijn broer [naa[naam 1 ]. Van enig contact met [naam 3 ] en [naam 4 ] blijkt niets uit het dossier. Het hebben van contact met een tweetal personen duidt nog niet op een gestructureerd samenwerkingsverband tussen verdachte en de genoemde andere personen. Van enige betrokkenheid van het plegen van strafbare feiten door verdachte samen met een of meer van de genoemde personen blijkt evenmin uit het dossier. Of dit gestructureerde samenwerkingsverband tussen de broers [naam 1 ], [naam 3 ] en [naam 4 ] bestaat, is een vraag die hier overigens buiten beschouwing kan worden gelaten. Ook ziet de rechtbank geen bewijs voor de stelling dat verdachte ook bekend is met of onder de naam [naam 5 ]. Naar het oordeel van de rechtbank is derhalve niet bewezen hetgeen verdachte als feit 5 ten laste is gelegd. Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken. 3.2 Bewezenverklaring De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de overige tenlastegelegde feiten heeft begaan, in dier voege dat: Feit 1 (zaaksdossier 15) hij op 25 mei 2007 te IJmuiden, gemeente Velsen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit de Hema heeft weggenomen twee pinapparaten, geheel of ten dele toebehorende aan Hema B.V., waarbij verdachte en zijn mededader(s) de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van verbreking. Feit 2 (zaaksdossiers 5, 8, 9, 10 en 22) hij in de periode van 02 december 2006 tot en met 27 januari 2007 te Dordrecht en Gorinchem en Alkmaar en Purmerend en Papendrecht, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk betaalpassen, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen langs geautomatiseerde weg, valselijk heeft opgemaakt, (immers hebben hij, verdachte en zijn mededaders valselijk de oorspronkelijke (magneetstrip)gegevens van originele betaalpassen die zijn aangeboden aan pinautomaten van ABN-AMRO bank in voornoemde plaatsen in voornoemde periode, gekopieerd/geladen naar/op kaarten met magneetstrip (whitecard), tengevolge waarvan met die laatstgenoemde valse betaalpassen electronische opnamen werden gedaan ten laste van de rechtmatige eigenaren van die originele betaalpassen), zulks met het oogmerk zichzelf of een ander te bevoordelen. Feit 3 (zaaksdossier 11) hij op 29 januari 2007 te Almere, tezamen en in vereniging met een anderen, opzettelijk betaalpassen, bestemd voor het verrichten of verkrijgen van betalingen langs geautomatiseerde weg, te weten een of meer betaalpassen valselijk heeft opgemaakt met het oogmerk zichzelf of een ander te bevoordelen, immers hebben verdachte en zijn mededaders geprobeerd een geldautomaat van ABN-AMRObank open te breken met behulp van gereedschap, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid. Feit 4 (zaaksdossier 18 en 18A) hij in de periode vanaf 2 december 2006 tot en met april 2007 te 's-Gravenhage, Dordrecht, Gorichem, Badhoevedorp, Alkmaar, Purmerend, Almere, Lisse, Hoofddorp, Amsterdam, Breda, Papendrecht en in Roemenië en in Frankrijk en in Duitsland en/of in het buitenland heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten (onder andere) [medeverdachte[medeverdachte 1 ] en [medeverdac[medeverdachte 2 ] en [medeverdach[medeverdachte 3 ], welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten het meermalen - plegen van computervredebreuk (art. 138a WvSr.), - opzettelijk valselijk opmaken van een betaalpas en opzettelijk gebruik maken en voorhanden hebben van een valse betaalpas (art. 232 WvSr.), - diefstal door middel van een valse sleutel (art. 311 WvSr.), - voorhanden hebben van stoffen/voorwerpen, wetende dat zij bestemd zijn tot het plegen van enig in artikel 232, eerste lid, omschreven misdrijf (art. 234 WvSr.). Voorzover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging. Hetgeen aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken. 3.3 Bewijsmiddelen De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het tenlastegelegde feit op grond van de navolgende bewijsmiddelen: * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte door Equens Nederland B.V. d.d. 21 november 2007 (dossierpagina 1734, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Wij doen aangifte van skimming in de periode van 2 december 2006 tot en met 29 januari 2007 op verschillende locaties te Dordrecht, Gorinchem, Alkmaar, Purmerend en Almere. In Almere zijn geen opnames gedaan, het betrof slechts een poging tot skimming. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte door Equens Nederland B.V. d.d. 29 april 2008 (dossierpagina 1149, [naam]I), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Wij doen aangifte van skimming op 9 december 2006 te Papendrecht. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte door de HEMA (dossierpagina 3053, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Op 25 mei 2007 kwam een medewerker erachter dat er een pinautomaat was verdwenen. Ik kwam erachter dat er nog een tweede pinautomaat bij de kassa's was verdwenen en dat een derde al was losgekoppeld. Ik ben de camerabeelden gaan kijken en zag twee mannen die duidelijk te zien zijn als zij twee pinautomaten weghalen. Bij binnenkomst loopt een derde persoon mee, maar deze is verder niet op de beelden te zien. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte door Equens Nederland B.V. d.d. 20 juli 2007 (dossierpagina 3074, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Wij kregen bericht dat een betaalterminal was aangetroffen in een bagagekluis in hotel Van der Valk te Schiphol. Uit onze administratie blijkt dat deze in de Hema te IJmuiden gestaan zou moeten hebben. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen, inclusief bijlagen (dossierpagina 31, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Op 25 mei 2007 werd door de filiaalhouder van HEMA te IJmuiden melding gedaan van diefstal van 2 betaalterminals. De verdachten zouden op camerabeelden zijn vastgelegd. Bij vergelijking van deze beelden met de beelden die we eerder hebben gekregen van het Van der Valk hotel Schiphol bleek overeenkomst tussen de man bij de HEMA gekleed in spijkerbroek en zwart t-shirt met witte prints en de man op de beelden van het hotel gekleed in spijkerbroek en gestreepte trui. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 55, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: De kluisjes in het Van der Valk hotel waarin de betaalterminals gevonden waren, bleken gehuurd door 2 mannen, [verdachte] en Ramniceanu. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 40, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Op 24 mei 2007 is er een storing geconstateerd bij de bagagekluizen in de kluisruimte van hotel Van der Valk te Schiphol. Bij controle bleek dat in een van deze kluizen een tas zat met enkele betaalterminals, een van deze betaalterminals was losgeschroefd en de bijbehorende draden hingen er los bij. Deze kluis bleek gehuurd te zijn door een man met de Roemeense nationaliteit. Op 29 mei 2007 verschenen twee mannen aan de balie, zij hadden problemen met hun bagagekluis, dit betrof de kluis waar eerder de betaalterminals in aangetroffen zijn. Een van de mannen die zich legitimeerde was [verdachte]. Verbalisant heeft de camerabeelden bekeken uit de HEMA te IJmuiden. Op deze beelden zijn twee mannen te zien. Beide mannen lopen naar een onbemande kassa en doen of ze belangstelling hebben voor de artikelen rondom de kassa. De eerste man pakt de pinautomaat bij de kassa weg en stopt deze in de voor hem, door de tweede man geopende tas. De tweede man blijkt, na vergelijking met beelden uit het Van der Valk hotel, [verdachte] [verdachte]. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen inclusief bijlagen (dossierpagina 156, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: In Pension Amici in Zandvoort hebben 4 Roemeense mannen gelogeerd tussen 17 mei 2007 en 8 juni 2007. Zij reden in een rode Vauxhall met Engelse kentekenplaat en waren vaak bezig met elektronische apparatuur. De eigenaar van het pension herkende op de foto's die hem getoond zijn door verbalisanten verdachte [verdachte]. Verbalisanten zijn tevens naar de beheerder, mevrouw [naam], van de huurwoning aan de [adres] te Badhoevedorp gegaan. Op of rond 15 januari 2007 kwamen 2 mannen uit Bulgarije met haar in contact, zij herkende [verdachte] op de foto als een van deze mannen. Hij zou zich [naam] hebben genoemd. Haar zoon, [getuige], herkent op de politiefoto [verdachte] tevens als de persoon zich no[naam] [naam]. De neef van [naam] die later bij hem kwam wonen aan de [adres] herkent hij op de foto als [medeverdacht[naam] [naam] heeft kledingstukken in de woning aan de [adres] achtergelaten, waaronder een zwart jack (combinatie trui/bodywarmer) met hoge kraag. Als bijlage is toegevoegd een foto van bovengenoemd jack, p. 169. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van inbeslagname en bevindingen (dossierpagina 134, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: In de op 12 juli weggesleepte rode Vauxhall Astra zijn verschillende goederen aangetroffen. Het betreft een tas met mogelijk voorzetplaten van geldautomaten. Tevens is een rugzak gevuld met skimmingsapparatuur aangetroffen en een sporttas met gereedschap en papieren. Ook is een tas met daarin een laptop aangetroffen. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 768, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Door [verdachte] werd bij het Van der Valk hotel het telefoonnummer [telefoonnummer] opgegeven. Bij controle van de auto op 9 mei 2007 werd door [verdachte] opgegeven [telefoonnummer]. De zoon van de verhuurster van het perceel [adres] herkende [verdachte] op de foto en gaf als bij hem bekend telefoonnummer van [verdachte], tevens het nummer [telefoonnummer] op. Het telefoonnummer [telefoonnummer] was in gebruik tussen 23 april 2007 en 15 juni 2007. Het telefoonnummer [telefoonnummer] was in gebruik tussen 25 april 2007 en 6 juni 2007. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 791, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Uit de aangifte van de HEMA te IJmuiden blijkt dat op 25 mei 2007 tussen 15.00 en 16.00 uur de 2 pinautomaten zijn gestolen. Uit historische verkeersgegevens blijkt dat op vrijdag 25 mei 2007 om 14.46 uur het telefoonnummer [telefoonnummer] in IJmuiden een zendmast aanstraalde vlak bij de HEMA. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 1685, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Door verbalisanten zijn alle camerabeelden van vermeende skimmingsactitiviteiten verzameld, het betreft allemaal pinautomaten van de ABN-AMRO bank. Een tweede verbalisant bekeek de beelden en hem viel een aantal personen op: [verdachte], [medeverdachte 3 ], [medeverdachte 1 ], [medeverdachte 2 ]. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen d.d. 13 november 2007, gezichtherkenningsonderzoek (dossierpagina 1690, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Verdachte, [medeverdachte 2 ] en [medeverdachte 3 ] zijn mogelijk te zien op de beelden van 02-12-2006 op de tijdstippen gelegen tussen 09.36.49 en 09.38.29 en tussen 18.17.15 en 18.18.23 uur, bij de pinautomaat op het Van Eesterenplein te Dordrecht. Verdachte en [medeverdachte 3 ] zijn waarschijnlijk te zien op de camerabeelden van de geldautomaat op de Drossaartstraat te Gorinchem op 13-01-2007 op de tijdstippen gelegen tussen 09.17.40 en 09.19.30 uur en tussen 11.28.31 en 11.29.13. Verdachte, [medeverdachte 3 ], [medeverdachte 2 ] en [medeverdachte 1 ] zijn waarschijnlijk te zien op de camerabeelden van de geldautomaat op de Wendelaarstraat te Alkmaar op 24-01-2007 op de tijdstippen tussen 09.54.42 en 09.59.08 uur en tussen 19.57.23 en 19.58.07 uur. Verdachte, [medeverdachte 3 ], [medeverdachte 1 ] en [medeverdachte 2 ] zijn waarschijnlijk te zien op de camerabeelden van de geldautomaat op de Overlandstraat te Purmerend op 27-01-2007 tussen 10.05.15 en 12.08.27 uur. Verdachte, [medeverdachte 3 ] en [medeverdachte 2 ] zijn waarschijnlijk te zien op de camerabeelden van de geldautomaat op Bordes te Almere-Stad op 29-01-2007, op tijdstippen gelegen tussen 09.39.30 en 09.40.41 uur. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 3068, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Uit nader onderzoek bij het Van der Valk hotel te Schiphol bleek dat de Roemenen die op de camerabeelden te zien waren, na het aantreffen van de betaalterminals op 24 mei 2007 nog meerdere dagen in hotel verbleven. Op 18 juli 2007 hebben wij een onderzoek ingesteld bij de bagagekluizen, kluis nummer 19 was open. [getuige], hoofd boekhouding, opende op eigen initiatief de deur van de kluis verder en haalde daaruit 2 plastic tassen, waarin wapens zaten. In kluis 18 werd een grijze coolbag aangetroffen met daarin betaalterminal van het merk Hypercom. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 3090, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Op 09-01-2007 werden [verdachte] en [medeverdachte 2 ] op grond van de Opiumwet aangehouden in Schiedam. Op 12-01-2007 werden [verdachte], [medeverdachte 2 ], [medeverdachte 1 ] en [medeverdachte 3 ] gecontroleerd in Gorinchem toen zij in een BMW reden met een Duits kenteken. Op 04-02-2007 werden [verdachte], [medeverdachte 3 ], [medeverdachte 1 ] en [medeverdachte 2 ] gecontroleerd toen zij in een rode Vauxhall Astra, met Engelse kentekenplaat met nummer [kenteken] (de rechtbank neemt aan dat per abuis een 3 in dit kentekennummer ontbreekt), reden. Deze auto was tijdens een vechtpartij in Engeland gesignaleerd. Op 07-02-2007 waren [medeverdachte 3 ], [verdachte], [medeverdachte 2 ] en [medeverdachte 1 ] aan de grens tussen Frankrijk en Engeland, zij reden in een auto met een Engels kenteken met nummer [kenteken]. Op 05-07-2007 zijn [medeverdachte 1 ] en [medeverdachte 3 ] aangehouden naar aanleiding van een poging tot skimming gepleegd bij een geldautomaat in Lisse. Uit telefoongegevens van [verdachte] blijkt dat hij in Badhoevedorp en Zandvoort is geweest. [verdachte] en [medeverdachte 1 ] bleken in Badhoevedorp een wonin[adres]es] gehuurd te hebben en [verdachte] heeft later aan de [adres] in Zandvoort een woning gehuurd. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 3290, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Door hotelpersoneel is verklaard dat zij Oost-Europese mannen betaalterminals in lockers hadden zien plaatsen. Hiervan zijn videobeelden beschikbaar. Een van de mannen die op deze beelden zichtbaar is, was de persoon die melding maakte van de storing in de bagagekluis. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 3308, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Op 12 juli 2007 werd in Zandvoort een rode Vauxhall Astra, voorzien van een Engelse kentekenplaat met nummer [kenteken], weggesleept. In deze auto is onder andere skimapparatuur aangetroffen en een agenda met een groot aantal adressen van ABN-AMRO banken in Nederland. Onder andere in Purmerend de Overlandstraat 606. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (dossierpagina 3421, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Getuige [getuige] is gehoord en er zijn foto's gemaakt van de in de flat in Badhoevedorp achtergelaten kleding. Dezelfde dag zag ik enkele foto's van beveiligingscamera's in Alkmaar en Gorinchem. Ik herkende [medeverdachte 3 ] op deze beelden en de bodywarmer combinatie die hij daar droeg kwam overeen met de in de flat aangetroffen kleding. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 mei 2008, gezichtherkenningsonderzoek (dossierpagina 1043, [naam]I), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Verdachte en [medeverdachte 3 ] zijn mogelijk te zien op de beelden van de geldautomaat op de Veerweg te Papendrecht op 09-12-2006, op de tijdstippen gelegen tussen 09.13.10 en 11.09.39 uur. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor van medeverdachte [medeverdachte[medeverdachte 1 ] (dossierpagina 3367, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Ik zat met [medeverdachte 3 ] in de auto. We zijn wat rondgereden en bij toeval in Lisse terecht gekomen. Ik wilde geld uit de pinautomaat halen. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor medeverdachte [medeverdachte[medeverdachte 1 ] (dossierpagina 263, [naam]I), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Verdachte geeft aan toch schuldig te zijn. Ik moest diensten verrichten voor de mensen van wie ik geld had geleend. Ik moest geld pinnen en dan kwam er een chauffeur aan wie ik het geld gaf. Ik ontving een pakketje met gekloonde kaarten, wij communiceerden dan via internet. Die kaarten komen uit Engeland vermoed ik. Ik moest wachten tot er contact met mij werd opgenomen via internet. Ik was niet zo intelligent dat ik opdrachten kreeg om een apparaat te plaatsen. Het hing van de kaart af hoeveel ik pinde. Ik kreeg de kaarten met de pincode erop geschreven, of ik kreeg kaarten en dan kreeg ik via internet de codes. Ik kreeg hiervoor geld om te overleven. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor medeverdachte [medeverdachte[medeverdachte 1 ] (dossierpagina 256, [naam]I), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Ik ben meerdere keren in NL geweest. Onder andere in april 2006. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor medeverdachte [medeverdac[medeverdachte 2 ] (dossierpagina 319, [naam]I), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Ik ken [medeverdachte 3 ], [medeverdachte 1 ] en [verdachte]. Ik wil bekennen dat ik een korte tijd geskimd heb. Zaak 5: ik herken mezelf op 3 foto's van de print 12A. Ik heb deelgenomen aan het plaatsen van skimmingsapparatuur daar. De ene keer dan plaatste ik het en de andere keer haalde ik het ervan af. Eigenlijk wordt het gewoon met plakband vastgemaakt. Dit doen we om gegevens van creditcards af te halen. Daarnaast hadden we de pincode nodig, we gebruikten ook de camera. We hebben elkaar dit onderling geleerd. Het apparaat dat we plaatsten was al voorhanden. Het apparaat dat erop wordt geplaatst kan alleen worden toegepast op een bepaald soort bankautomaat, in dit geval ABN AMRO. Over het algemeen staat er iemand op de uitkijk. Ter plaatse bekijken we wie het kopieerapparaat plaatst. Discussies over de werkzaamheden hebben plaatsgevonden in het huis, in de groep. Data van de passen wordt gestolen door een apparaat op de automaat te plaatsen. Het apparaat werd via een kabel verbonden met de (draagbare) computer waar de gegevens op geladen werden. Vervolgens werden ze op andere kaarten geplaatst. Er was geen vaste rolverdeling, iedereen deed wat hij kon. De winst werd verdeeld. Zaak 9: Ik herken mezelf. Het lijkt erop dat ik een apparaat plaatste of het eraf haalde. Zaak 10: Het lijkt erop dat ik dat ben. Het is mogelijk dat ik skimapparatuur plaats, of we controleren of zo'n automaat werkt en we er een apparaat erop kunnen plaatsen. Ik kom vanaf 2006 in Nederland. Ik zou de kaarten moeten geven aan iemand die ik zou ontmoeten op ongeveer de plaats waar ik gearresteerd ben. Ik had niet speciaal een vaste rol. Ik heb bepaald dat ik de apparatuur moest plaatsen. We waren het gewoon eens over wie wat moest doen. Ik was niet de leider. Ik ben terug gegaan naar Roemenie toen [medeverdachte 1 ] en [medeverdachte 3 ] nog in NL waren. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor verdachte (dossierpagina 3383, [naam]), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Ik ben met [medeverdachte 2 ] naar Nederland gekomen. [medeverdachte 1 ] kwam ons van Schiphol halen. * het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor van verdachte (dossierpagina 215), inhoudende - zakelijk weergegeven - onder meer het navolgende: Via het adres van internet van [medeverdachte 1 ] kreeg ik kaarten. Ik moest geld pinnen. [medeverdachte 1 ] vroeg of ik met hem mee wilde. Ik wist wat voor bankkaarten het waren. De bewijsmiddelen zijn, ook in onderdelen, telkens slechts gebruikt ten aanzien van het feit waarop zij blijkens hun inhoud betrekking hebben. 3.4 Bewijsoverwegingen Feit 1 Ter zitting betoogt de raadsman dat de bewakingsbeelden van het Van der Valk hotel als bewijsmateriaal uitgesloten dienen te worden nu deze onrechtmatig zijn verkregen. Subsidiair voert de raadsman aan dat de man op de beelden uit het hotel en op de beelden uit de HEMA IJmuiden niet zijn cliënt betreft. Daarnaast voert de raadsman aan dat uit een proces verbaal van bevindingen blijkt dat de telefoon van zijn cliënt in de buurt van het HEMA filiaal is geweest op de dag van de diefstal, maar dat dit nog niet wil zeggen dat zijn cliënt daar aanwezig was. De rechtbank verwerpt het verweer. Uitgangspunt ingevolge HR 30 maart 2004, NJ 2004, 376, is dat bewijsuitsluiting uitsluitend aan de orde kan komen indien het bewijsmateriaal door het verzuim is verkregen en komt in aanmerking indien door de onrechtmatige bewijsgaring een belangrijk (strafvorderlijk) voorschrift of rechtsbeginsel in aanzienlijke mate is geschonden. Ook bij bewijsuitsluiting gaat het overigens om een bevoegdheid van de rechter, waarvan de uitoefening in de eerste plaats moet worden beoordeeld in het licht van de wettelijke beoordelingsfactoren van artikel 359a lid 2 Sv en van de omstandigheden van het geval. De rechtbank is van oordeel dat gelet op hetgeen zij onder 2 heeft overwogen, de omstandigheden van het onderhavige geval niet van dien aard zijn dat zij leiden tot bewijsuitsluiting. Daarbij komt dat tenminste een (belangrijk) deel van het door de rechtbank gebruikte bewijsmateriaal niet is verkregen als het rechtstreeks resultaat van de opsporingshandelingen waarbij het vormverzuim is begaan. Ten aanzien van de overig gevoerde verweren overweegt de rechtbank het volgende. De rechtbank gaat uit van het ambtsedig proces-verbaal van bevindingen inclusief bijlagen, waar verbalisant verdachte herkent op de beelden van het Van der Valk hotel en de camerabeelden uit de HEMA te IJmuiden als zijnde dezelfde persoon. Daarnaast beziet de rechtbank het proces-verbaal van bevindingen met betrekking tot de analyse van de telefoon van verdachte. Hieruit blijkt dat de telefoon van verdachte ten tijde van de diefstal in de buurt van de HEMA in IJmuiden aanwezig was. Tezamen met de herkenning van verdachte op de videobeelden uit dezelfde HEMA concludeert de rechtbank dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte de diefstal van de betaalterminals gepleegd heeft. Feit 2 en feit 3 De raadsman voert ter terechtzitting het volgende verweer aan. Het fotovergelijkend onderzoek uitgevoerd door [deskundige] dient te worden uitgesloten van het bewijs. De raadsman wijst op professor Wagenaar die stelt dat de herkenning van videostill's of foto's door verbalisanten gedaan in een soortgelijke casus, niet deugdelijk is geschied. Er is immers geen controle geweest met behulp van onschuldige figuranten. Een dergelijke controle heeft in de onderhavige zaak evenmin plaatsgevonden. Daarnaast blijkt van contact tussen [deskundige] en het onderzoeksteam voordat [deskundige] de foto's had beoordeeld. Dit kan leiden tot onderlinge beïnvloeding. Voorts meent de raadsman dat [deskundige] niet als expert kan worden aangemerkt. Derhalve is de beoordeling van de foto's amateuristisch en subjectief. Ook heeft [deskundige] onduidelijke foto's met behulp van fotoshop verduidelijkt. De raadsman stelt dat de foto's hierdoor juist vervormen en dat een vertekend beeld ontstaat waardoor vals-positieve identificaties worden uitgelokt. Ten slotte voert de raadsman aan dat [deskundige] de zwakste vorm van herkenning gebruikt, 'mogelijk'. Dit geeft, meent de raadsman, een eventualiteit aan, niets meer en niets minder. De rechtbank verwerpt dit verweer en overweegt daartoe als volgt. De raadsman heeft bepleit dat de herkenning van de op de foto's afgebeelde personen gebeurt op de wijze als door Wagenaar beschreven. De rechtbank laat in het midden of de door Wagenaar voorgestelde werkwijze, waarbij bijna een laboratoriumachtige situatie wordt gecreëerd, de beste methode van herkenning is; in ieder geval is het naar het oordeel niet de enige bruikbare methode. Anders dan Wagenaar en de raadsman is de rechtbank van oordeel dat bij de beoordeling van de beelden ook acht mag worden geslagen op de context waarin de personen worden afgebeeld. De foto's dienen op zichzelf, maar ook in samenhang met elkaar bezien te worden. Op de foto's zijn veelal dezelfde personen waar te nemen die in dezelfde compositie voor de pinautomaat op de beelden staan. Op de beelden is tevens waar te nemen dat verdachte meerdere malen een soort lederen jack (met rits) aanheeft met hieronder een t-shirt met letteropdruk. De bevindingen van [deskundige] heeft hij neergelegd in een ambtsedig proces-verbaal van bevindingen. Verdachte wordt in dit proces-verbaal op enkele foto's herkend door [deskundige]. Daarbij wordt door de raadsman niet weersproken dat zijn cliënt op de beelden te zien is: slechts de methode van onderzoek wordt door de raadsman bestwist. Zoals bij ieder proces-verbaal is het aan de rechter om vast te stellen in hoeverre een proces-verbaal bijdraagt aan de bewezenverklaring. De rechtbank heeft het proces-verbaal op zijn inhoud en conclusies getoetst. De rechtbank ziet derhalve geen reden het proces-verbaal gezichtsherkenning uit te sluiten van het bewijs. In het geval van verdachte leidt deze toetsing tot het oordeel dat de rechtbank bewezen acht dat verdachte als mededader moet worden aangemerkt van de in feit 2 en 3 beschreven feiten, met dien verstande dat zij onvoldoende bewezen acht dat verdachte voorkomt op de beelden die betrekking hebben op feit 2, zaak 5. De rechtbank overweegt dat verdachte, tezamen en in vereniging met anderen, heeft geskimd en geld heeft gepind. Wellicht zal een deel van de personen met wie verdachte dit feit mede heeft gepleegd niet bekend zijn. De geskimde gegevens zijn op een lege pas, een zogenaamde whitecard, gezet om op deze manier het pinnen mogelijk te maken. Wie daadwerkelijk de gegevens op de whitecards heeft gezet, doet niet ter zake nu de groepering waar verdachte toe behoorde kennelijk het doel had te skimmen en met de op deze manier verkregen gegevens geld te pinnen. Naar het oordeel van de rechtbank kan het niet anders dan dat verdachte en zijn mededaders in ieder geval de middelen daartoe hebben verstrekt en hebben meegeprofiteerd van de winst die deze transacties hebben opgeleverd, zodat zij als medeplegers het geheel aan skimmingshandelingen hebben verricht. De rechtbank acht derhalve het valselijk opmaken van betaalpassen door het kopiëren van gegevens van betaalpassen op zogenaamde whitecards, en daarna het met deze whitecards geld opnemen, wettig en overtuigend bewezen. Ook de poging hiertoe acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen. Feit 4 Ten aanzien van het onder feit 4 tenlastegelegde, deelneming aan een criminele organisatie, voert de raadsman van verdachte aan dat verdachte hiervan dient te worden vrijgesproken. Ten eerste stelt hij daartoe dat het proces-verbaal opgemaakt door [deskundige] niet als bewijs gebruikt kan worden. Ten tweede stelt hij dat in het dossier een proces-verbaal is opgenomen waaruit blijkt dat zijn cliënt slechts sporadisch contact zou hebben gehad met de medeverdachten, op grond waarvan niet kan worden geconcludeerd tot deelneming aan een criminele organisatie. Ten derde stelt de raadsman dat de skimmingsvoorwerpen die in de rode Vauxhall Astra zijn gevonden nog niet het bewijs vormen dat zijn cliënt heeft deelgenomen aan een criminele organisatie. De auto stond immers niet op naam van verdachte noch zijn medeverdachten en verder is de auto op 12 juli 2007 uit Zandvoort weggesleept terwijl [verdachte] reeds op 10 juli 2007 met Eurolines naar Italië is vertrokken. Het is heel goed mogelijk dat tussen die twee data een ander die skimmingsvoorwerpen in de auto heeft gelegd, aldus de raadsman. De rechtbank verwijst ten aanzien van het proces-verbaal gezichtsherkenning kortheidshalve naar het hiervoor met betrekking tot feit 2 en 3 overwogene. Voor het overige overweegt zij als volgt. Uit de camerabeelden van de verschillende geldautomaten blijkt dat verdachte contact heeft met verschillende personen. Dit zijn veelal dezelfde personen. Medeverdachten [medeverdachte 3 ] en [medeverdachte 2 ] zijn tezamen naar Nederland gekomen, waar zij werden opgehaald door medeverdachte [medeverdachte 1 ]. [medeverdachte 1 ] heeft verder met verdachte samengewoond in de woning aan de [adres] te Badhoevedorp: getuige [getuige] herkende hen beide op de politiefoto's. Ook zijn verdachte, [medeverdachte 3 ], [medeverdachte 1 ] en [medeverdachte 2 ] in Engeland gecontroleerd terwijl zij in dezelfde auto zaten. Verdachte is meerdere malen in deze auto gecontroleerd. In de periode van 17 mei 2007 tot en met 8 juni 2007 heeft verdachte een woning gehuurd aan de [adres] 19 te Zandvoort. De rode Vauxhall Astra met het Engelse kenteken waar verdachte verschillende malen in heeft gezeten, is op 12 juli 2007 weggesleept uit Zandvoort. Op 10 juli 2007 is een persoon genaamd [verdachte], voorletters onbekend, via Brussel naar Italië gereisd. Slechts twee dagen later is de auto waarin verdachte verschillende malen is gesignaleerd, versleept vanuit Zandvoort, de plaats waar hij een tijd heeft gewoond. Dat verdachte op het moment dat de auto werd versleept mogelijk niet in Nederland verbleef, is voor de rechtbank geen aanleiding een relatie tussen verdachte en de auto inclusief de in deze auto aangetroffen skimmingsapparatuur uit te sluiten. Op de beelden bij de geldautomaten is zichtbaar dat iedere persoon een eigen rol heeft binnen de groep. De handelingen die gepleegd worden, bestaan uit het plaatsen van platen op geldautomaten en het later weer verwijderen van deze platen. Tevens blijkt uit de camerabeelden dat door middel van passen geld wordt opgenomen bij deze automaten. De verdachten staan op vrijwel iedere foto op ongeveer dezelfde plaats voor en naast de geldautomaat. Verdachte staat veelal links in beeld; op een van de beelden is te zien dat hij platen aangeeft en op een ander beeld lijkt hij tevens de persoon die whitecards in de automaat stopt. [medeverdachte 3 ] is herkend als de persoon die op de foto's vaak te zien is met gereedschap in zijn hand: hij bevestigt de platen op de automaat of verwijdert deze. Ook is een aantal maal te zien dat hij pasjes, zogenaamde whitecards, in de automaat stopt om geld op te nemen. [medeverdachte 1 ] staat veelal rechts in beeld om, naar het lijkt, de persoon recht voor de geldautomaat af te schermen. Tevens is te zien dat hij eenmaal whitecards in de geldautomaat stopt. [medeverdachte 2 ] lijkt tevens degene die geld opneemt door middel van whitecards. Ook is hij op verscheidene foto's de persoon die platen van de automaat verwijdert of ze erop zet. Hij geeft daarnaast tijdens zijn verhoren bij de politie toe zichzelf op verschillende foto's te herkennen. Uit de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2 ] blijkt dat er altijd een persoon op de uitkijk staat. Uit het vorenstaande volgt dat verdachte en zijn medeverdachten hun eigen rol hebben binnen de organisatie. Tevens moet sprake zijn van samenwerking tussen de verdachten onderling: telkens zijn zij op dezelfde tijd tezamen bij de geldautomaat aanwezig en hebben zij de benodigde platen, gereedschap en passen bij zich. Dit moeten zij van te voren afgesproken hebben. Voorts volgt uit het dossier dat zij vervoermiddelen tot hun beschikking hebben om zich te verplaatsen. Ook uit de onder [medeverdachte 3 ] en [medeverdachte 2 ] aangetroffen hoeveelheid valse betaalpassen en de in de weggesleepte Vauxhall Astra aangetroffen skimmingsattributen blijkt van samenwerking tussen verdachten. De rechtbank komt tot de conclusie dat sprake is van een organisatie waarbinnen iedere persoon zijn rol heeft en waarbinnen een gemeenschappelijk doel wordt nagestreefd. Verdachten nemen door het manipuleren van geldautomaten geld op met geskimde pinpassen. Gelet op bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat sprake is van een gestructureerd en duurzaam samenwerkingsverband. Ten aanzien van de periode waarin de criminele organisatie heeft bestaan overweegt de rechtbank als volgt. Verdachte en zijn mededaders zijn te zien op camerabeelden bij verschillende geldautomaten. Echter, eerst op 2 december 2006 zijn [verdachte] en [medeverdachte 2 ] op de camerabeelden te zien. Op 12 mei 2006 wordt [medeverdachte 1 ] voor het eerst op de camerabeelden waargenomen en reeds op 8 april 2006 is [medeverdachte 3 ] te zien op de camerabeelden. De rechtbank overweegt dat nu eerst op 2 december 2006 alle verdachten op camerabeelden te zien zijn, dit het eerste tijdstip vormt waarop de rechtbank bewezen acht dat de criminele organisatie bestaat. 4. Strafbaarheid van de feiten Het bewezenverklaarde levert op: Feit 1 Diefstal met twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige en zijn mededader(s) zich de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van verbreking. Feit 2 Teazmen en in vereniging opzettelijk een betaalpas, bedoeld voor het verrichten van betalingen langs geautomatiseerde weg valselijk opmaken, meermalen gepleegd. Feit 3 Poging tot het tezamen en in vereniging opzettelijk een betaalpas, bedoeld voor het verrichten van betalingen langs geautomatiseerde weg valselijk opmaken. Feit 4 Het deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven. 5. Strafbaarheid van verdachte Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dus strafbaar. 6. Motivering van sancties en van overige beslissingen 6.1 De vordering van de officier van justitie De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten en gevorderd dat verdachte terzake zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden met aftrek van de tijd die verdachte reeds in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Ten aanzien van de onder verdachte in beslag genomen goederen vraagt de officier van justitie onttrekking aan het verkeer van de goederen die betrekking hebben op skimmingshandelingen en verbeurdverklaring voor de overige goederen. 6.2 Hoofdstraf Bij de beslissing over de straf die aan verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. In het bijzonder heeft de rechtbank het navolgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan deelname aan een criminele organisatie die zich langdurig op omvangrijke schaal en op professionele wijze bezighield met skimming. Skimming is een vorm van criminaliteit die veel schade aanricht bij financiële instellingen en gebruikers van bancaire producten. Daarnaast wordt het vertrouwen dat door de consument en de acceptant in het betaalnetwerk en in de pinpas moet kunnen worden gesteld ondermijnd door skimmingsactiviteiten. Dit kan grote economische en maatschappelijke gevolgen hebben. Verdachte heeft deelgenomen aan verschillende skimmingsactiviteiten. Tevens heeft hij, tezamen met een onbekend gebleven persoon, bij een filiaal van de HEMA te IJmuiden twee pinautomaten gestolen. Voorts neemt de rechtbank in overweging dat het aantal meldingen van skimmingsactiviteiten, volgens opgave van de officier van justitie, in 2007 ten opzichte van 2006 is verdubbeld. Nog steeds is een stijgende lijn waar te nemen met betrekking tot de opgave van skimmingsactiviteiten. Bij het bepalen van de strafmaat is in aanmerking genomen dat verdachte deze feiten puur uit winstbejag heeft gepleegd en vermoedelijk alleen met dit doel naar Nederland is gekomen. De rechtbank neemt tevens in aanmerking de diefstal van de pinautomaten bij de HEMA en de lange periode waarin verdachte de activiteiten heeft ontplooid. Het aan verdachte onder feit 5 tenlastegelegde kan echter niet wettig en overtuigend bewezen worden. Door het wegvallen van dit feit en de bewezenverklaring van een kortere periode van deelname aan de criminele organisatie zal de door de rechtbank op te leggen straf enigszins lager uitvallen dan door de officier van justitie geëist is. Op grond van het vorenoverwogene is de rechtbank van oordeel dat een vrijheidsbenemende straf van na te noemen duur moet worden opgelegd. 6.3 Vordering benadeelde partij De benadeelde partij HEMA BV t.a.v.: Mevr. [benadeelde partij] heeft een vordering tot schadevergoeding van € 1.855,20 ingediend tegen verdachte wegens materiële schade die zij als gevolg van het onder 1 tenlastegelegde feit zou hebben geleden. De gestelde schade bestaat uit: kosten voor de aanschaf van nieuwe betaalterminals, de installatie van deze betaalterminals in de winkel, het op cd-rom plaatsen van de beelden van de bewakingscamera, vergoeding uren salariskosten zoeken en beveiligen van camerabeelden. De rechtbank is van oordeel dat deze schade tot een bedrag van € 1.184,45 eenvoudig is vast te stellen en rechtstreeks voortvloeit uit het als feit 1 bewezenverklaarde feit. Dit bedrag is als volgt opgebouwd: de kosten voor twee nieuwe betaalterminals bedragen € 990,- en de installatie hiervan bedraagt € 194,45. In zoverre zal de vordering dan ook worden toegewezen. De rechtbank zal hetgeen meer of anders is gevorderd, afwijzen. 6.4 Schadevergoedingsmaatregel De rechtbank stelt vast dat verdachte jegens de benadeelde partij naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het als feit 1 bewezenverklaarde is toegebracht. Daarom zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte opleggen tot het bedrag waartoe de vordering van de benadeelde partij is toegewezen, te weten € 1.184,45. 6.5 Verbeurdverklaring De rechtbank is van oordeel dat de onder verdachte inbeslaggenomen en niet teruggegeven voorwerpen, te weten een blauwe FILA tas en een Nokia oplaadapparaat, dienen te worden verbeurd verklaard. Uit het onderzoek op de terechtzitting is gebleken dat de bewezenverklaarde feiten met behulp van die aan verdachte toebehorende voorwerpen is begaan of voorbereid. 6.6 Onttrekking aan het verkeer (36c) De rechtbank is van oordeel dat de inbeslaggenomen voorwerpen, te weten de voorwerpen uit de Vauxhall Astra en alle voorwerpen gerelateerd aan skimming, dienen te worden onttrokken aan het verkeer. Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat het de bewezenverklaarde feiten met betrekking tot die voorwerpen is begaan en is voorbereid. Het ongecontroleerde bezit van voormelde, inbeslaggenomen voorwerpen is in strijd met het algemeen belang. 7. Toepasselijke wettelijke voorschriften De volgende wetsartikelen zijn van toepassing: 33, 33a, 36c, 36f, 45, 57, 140, 310, 311, 232 van het Wetboek van Strafrecht. 8. Beslissing De rechtbank: Spreekt verdachte vrij van de hem onder 3.1 tenlastegelegde feiten. Verklaart bewezen dat verdachte de tenlastegelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.2 vermeld. Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij. Bepaalt dat de bewezenverklaarde feiten de hierboven onder 4. vermelde strafbare feiten opleveren. Verklaart verdachte hiervoor strafbaar. Veroordeelt verdachte wegens dit feit tot een gevangenisstraf voor de duur van tweeënveertig (42) maanden. Bepaalt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de thans opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voorzover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht. Wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij HEMA BV t.a.v.: Mevr. [benadeelde partij] geleden schade tot een bedrag van € 1.184,45 en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag aan HEMA BV t.a.v.: Mevr. [benadeelde partij], voornoemd, rekeningnummer [rekeningnummer], tegen behoorlijk bewijs van kwijting. Wijst af het meer of anders gevorderde. Legt verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van het slachtoffer Hema BV t.a.v.: Mevr. [benadeelde partij] de verplichting op tot betaling aan de staat van een bedrag van € 1.184,45, bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door 23 dagen hechtenis. Bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij, voornoemd, in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de staat en dat betalingen aan de staat in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij. Verklaart verbeurd: - 1.00 STK Tas Kl:blauw, FILA sport - 1.00 STK Oplaadapparaat, NOKIA telefoon - 1.00 DS Doos MARLBORO leeg pakje marlboro goudkleurig verpakking - 1.00 STK Rugzak - 2.00 STK Zonnebril dames - 1.00 STK Bescheiden gebruiksaanw.VauxhallAstra, certificaat Vosa - 1.00 STK Verzekeringsbewijs VAUXHALL ASTRA [kenteken] - 1.00 STK Kaart visite APK-keuring-station Langsom Amsterdam Sloten - 1.00 STK Tas MPM plastic - 15.00 STK Cd-Rom met trance, house en rapmuziek - 1.00 STK Diverse LABELLO lippenbalsem Onttrekt aan het verkeer: -1.00 STK Multimeter, HAPE MI-5 digitale multimeter - 1.00 DS Doos Kl:wit, doosje met lampje en stekkers - 1.00 STK Zakmes, ROLSTON + mesjes in doosje - 1.00 STK Container, plastic met rode schroefdop met electronica onderdee - 1.00 DS Doos, PHILIPS cd-rom met CD opschrift 1 en Ran - 3.00 STK Band, TESA plakband - 1.00 STK Tapeband, BISON 2-zijdig - 1.00 STK Soldeerbout, IRODA - 1.00 STK Gereedschap, mini-schroevedraaiersetje in zwart plastic doosje - 1.00 POT Plamuur, FIBERPLAS polyester plamuur - 6.00 STK Soldeernaald behorende bij soldeerapparaat - 5.00 STK Diverse 4 minischroevedraaiers + mesje voor stanleym - 3.00 STK Cd-Rom, CD-R Pian, Via Michelin, USB to Serial - 1.00 STK Beitel, BAHCO 424P - 1.00 STK Diverse LUX spijkertrekker/minibreekijzer - 1.00 STK Kaartlezer pmr/ta32 + usb kabel en tasje - 1.00 STK Kaartlezer pmr/ta32 + USB kabel en tasje - 1.00 STK Soldeerbout SOLDERPRO 50 iroda - 1.00 STK Soldeerpistool SOLDERPRO 50 iroda - 1.00 STK Kaartlezer, ONBEKEND pc-kabel serial - 1.00 STK Diverse pc stekker en snoer serial - 1.00 STK Vijl ERGO - 1.00 STK Vijl LUX - 1.00 STK Plamuurmes ONBEKEND - 1.00 STK Videocamera ARCHOS - 1.00 STK Knijptang LUX 160mm - 2.00 STK Diverse TESA 2 doosjes Powerstrips - 1.00 STK Draad IRODA soldeer - 1.00 STK Diverse printplaat met lampje en schakelaartje - 1.00 STK Diverse 1 tube verharder pasta - 1.00 STK Oplaadapparaat Kl:grijs, ORA travel, snoer en stekker bewerkt - 1.00 STK Snoer Kl:zwart draagsnoer met clip - 1.00 STK Schroevedraaier 1 mini schroevedraaier zwart heft - 5.00 STK Batterij GP pak met 5 batterijen, afkomstig uit Bukarest - 1.00 STK Kaart X kaartje van verpakking, opschrift: Magnet - 1.00 STK Knijptang PRAXIS miniknijptang - 1.00 STK Knijptang LUX blauw handvat - 1.00 STK Knijptang LUX blauw handvat - 2.00 STK Tapeband Kl:rood/wit isolatie, 2 rollen isolatietape - 1.00 TUB Lijm, PATTEX seconde - 2.00 STK Vijl LUX met rood heft - 2.00 STK Schuifmaat Kl:grijs plastic - 1.00 STK Lijm BISON component - 2.00 STK Schaar zwart en groen - 1.00 STK Mes STANLEY stanley - 1.00 STK Diverse onbekend app.vermoedelijk adapter met 3 oplaadpunt - 1.00 STK Diverse voor aansluiting op een computer - 1.00 STK Diverse voorzetmond van geldautomaat - 1.00 STK Enveloppe leeg, met engelse tekst Acte Masina - 1.00 STK Enveloppe Kl: wit met straatnamen in nederland, oa. Haarlem - 1.00 STK Enveloppe Kl:wit leeg met tekst in vreemde taal (mogl.kleuren - 1.00 STK Snoer usb - 1.00 STK Enveloppe Kl:wit met straatnamen in nederland oa weesp - 1.00 STK Enveloppe Kl:wit met straatnamen in nederland o.a. heemstede - 1.00 STK Kaart FALK autokaart autokaart van Nederland - 1.00 STK Lamp UNIPART halogeen reserve halogeen autolamp - 1.00 STK Enveloppe Verpakking - 1.00 STK Agenda OPZIJ 2007 - 1.00 STK Kasboek ATLANTA - 1.00 STK Gereedschap SILVERLINE houtsnijset, bestaande uit 6 messen - 1.00 STK Diverse potje met opschrift Metronidazol 250mg 7kl s - 2.00 STK Soldeernaald soldeerpooltjes - 2.00 STK Cd-Rom MINI DISC - 4.00 STK Bankafschrift NATWEST National Westminster Ba[naam] [naam] - 1.00 STK Schroevedraaier mini schroevedraaier - 2.00 TUB Lijm snellijm tubes a 3 gr. - 1.00 STK Band Kl:wit rolletje wit tape - 2.00 STK Schrijfgerei BIC/SAKURA ballpoint Bic en stift Sakura - 1.00 STK Tas Kl:zwart EMINENT laptop - 1.00 STK Laptop computer DELL PP01L9 zonder harde schijf - 1.00 STK Adapter DELL behorende bij laptop - 1.00 STK Diverse opzetstuk van geldautomaat ABN-AMRO,+blw.han - 1.00 STK Toetsenbord voor geldautomaat incl. toetsenpaneel - 1.00 STK Diverse plaat voor toetsenbord geldautom.excl.toetsenpanee Gelast de teruggave aan verdachte van: - 2.00 STK Kaart, ESPRIT clubcard, 5745720834 / 5654051386 9. Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum Dit vonnis is gewezen door mr. Rutten, voorzitter, mr. Dijk en mr. Minderhoud, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. De Witte, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 26 september 2008. Parketnummer: 15/740648-07 Inzake: [verdachte] blad 20 vonnis