Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BD9442

Datum uitspraak2008-08-06
Datum gepubliceerd2008-08-06
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRaad van State
Zaaknummers200707462/1
Statusgepubliceerd


Indicatie

Bij besluit van 18 september 2007 heeft het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden (hierna: het college) met toepassing van artikel 8.23, eerste lid, van de Wet milieubeheer de vergunning welke aan [vergunninghouder] krachtens deze wet was verleend voor een houthandel met windturbine aan de [locatie] te [plaats], welke vergunning bij besluit van 16 augustus 2005 was gewijzigd, opnieuw gewijzigd, door een voorschrift in te trekken en twee voorschriften toe te voegen. Dit besluit is op 20 september 2007 ter inzage gelegd.


Uitspraak

200707462/1. Datum uitspraak: 6 augustus 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak in het geding tussen: 1. [appellanten sub 1], beiden wonend te [woonplaats], 2. [appellant sub 2], wonend te [woonplaats], en het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden, verweerder. 1. Procesverloop Bij besluit van 18 september 2007 heeft het college van burgemeester en wethouders van Leeuwarden (hierna: het college) met toepassing van artikel 8.23, eerste lid, van de Wet milieubeheer de vergunning welke aan [vergunninghouder] krachtens deze wet was verleend voor een houthandel met windturbine aan de [locatie] te [plaats], welke vergunning bij besluit van 16 augustus 2005 was gewijzigd, opnieuw gewijzigd, door een voorschrift in te trekken en twee voorschriften toe te voegen. Dit besluit is op 20 september 2007 ter inzage gelegd. Tegen dit besluit hebben [appellanten sub 1] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 19 oktober 2007, en [appellant sub 2] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 30 oktober 2007, beroep ingesteld. Het college heeft een verweerschrift ingediend. De Stichting Advisering Bestuursrechtspraak voor Milieu en Ruimtelijke Ordening heeft desverzocht een deskundigenbericht uitgebracht. De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige. De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 18 juli 2008, waar het college, vertegenwoordigd door mr. A.L. Bennen en C. Meppelink, is verschenen. 2. Overwegingen 2.1. De gewijzigde voorschriften hebben slechts betrekking op de windturbine. 2.2. Ingevolge artikel 20.1, eerste lid, van de Wet milieubeheer kan, voor zover hier van belang, een belanghebbende tegen een besluit op grond van deze wet beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Ingevolge artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. 2.3. Wanneer krachtens de Wet milieubeheer een vergunning wordt gewijzigd, zijn onder meer de eigenaren en bewoners van percelen waarop milieugevolgen van het bestreden besluit kunnen worden ondervonden belanghebbenden. De afstand tussen de woning van [appellant sub 2] en de windturbine bedraagt ongeveer 675 meter, de woningen van [appellanten sub 1] zijn op grotere afstand van de windturbine gelegen. Het is niet aannemelijk dat zij daar milieugevolgen van de windturbine kunnen ondervinden. [appellanten sub 1] en [appellant sub 2] zijn dientengevolge geen belanghebbenden in de zin van artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht. 2.4. De beroepen zijn niet-ontvankelijk. 2.5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding. 3. Beslissing De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State Recht doende in naam der Koningin: verklaart de beroepen niet-ontvankelijk. Aldus vastgesteld door mr. J.M. Boll, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. A.J. Kuipers, ambtenaar van Staat. w.g. Boll w.g. Kuipers lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van Staat Uitgesproken in het openbaar op 6 augustus 2008 271-433.