Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BD9191

Datum uitspraak2008-04-29
Datum gepubliceerd2008-08-04
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamGemeensch. Hof van Justitie v.d. Ned. Antillen en Aruba
ZaaknummersEJ 580/06 - H 305/07
Statusgepubliceerd


Indicatie

Geschil over terugbetaling cursuskosten na ontslag op staande voet.


Uitspraak

Registratienummer: EJ 580/06 - H 305/07 Uitspraak: 29 april 2008 GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN EN ARUBA Beschikking in de zaak van: de naamloze vennootschap KEYCOMP COMPUTER SYSTEMS N.V., gevestigd op Curaçao, oorspronkelijk verzoekster in conventie, verweerster in reconventie, thans appellante , gemachtigde: mr. S.M. Saleh, - tegen - [Geïntimeerde] wonende op Curaçao, oorspronkelijk verweerder in conventie, verzoeker in reconventie, thans geïntimeerde, gemachtigde: mr. C.M. Lin Tsung. Partijen worden hierna "Keycomp" en "[Geïntimeerde]" genoemd. 1. Het verloop van de procedure 1.1 Op 4 december 2006 en 4 juli 2007 heeft het Gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen, zittingsplaats Curaçao (verder: GEA), tussen partijen beschikkingen gegeven. Voor hetgeen in eerste aanleg is gesteld en verzocht, de procesgang aldaar en de overwegingen en beslissingen van het GEA wordt verwezen naar die beschikkingen. 1.2 Keycomp is in hoger beroep gekomen van de beschikking van 4 juli 2007 door op 15 augustus 2007 een beroepschrift ("akte van hoger beroep tevens memorie van grieven") in te dienen, met producties. Hierin heeft zij twaalf (niet correct doorgenummerde) grieven tegen de beschikking aangevoerd en toegelicht. Haar conclusie strekt ertoe dat het Hof de beschikking zal vernietigen en haar verzoeken alsnog zal toewijzen, met veroordeling van [Geintimeerde] in de proceskosten in beide instanties. 1.3 Bij verweerschrift, met producties, heeft [Geintimeerde] de grieven bestreden en geconcludeerd tot bevestiging van de bestreden beschikking, met veroordeling van Keycomp in de proceskosten. 1.4 Op de voor schriftelijk pleidooi nader bepaalde dag hebben de gemachtigden van partijen pleitnotities overgelegd. Aan die van Keycomp zijn producties gehecht, die voordien in afschrift waren toegezonden. Beschikking is aangezegd tegen heden. 2. De grieven Voor de grieven wordt verwezen naar het beroepschrift. 3. De beoordeling 3.1 Uit de toelichting bij grief I blijkt dat Keycomp niet betwist dat partijen van inzicht verschilden over de wijze waarop Iseeyou diende te worden geleid en dat de verhouding tussen partijen op 15 december 2005 al behoorlijk verstoord was. De betwisting bij grief II dat [Geintimeerde] op 14 februari 2006 in overspannen toestand verkeerde, is in het licht van de overgelegde producties (met name de e-mailberichten van 23 december 2005 van de partner van [Geintimeerde], van 23 januari 2006 van [Geintimeerde] zelf en van 23 april 2006 van Stouthandel, alle (onder meer) aan de vader van [Geintimeerde]) onvoldoende gemotiveerd, zodat dit als vaststaand dient te worden aangenomen. Met de klacht in grief III dat de feitenvaststelling onvolledig is, worden de vastgestelde feiten niet betwist. Voor het overige zijn geen grieven gericht tegen de door het GEA bij beschikking van 4 juli 2007 onder 3.2 als vaststaand aangenomen feiten. De vaststelling komt het Hof juist voor. Het Hof gaat daarom van die vaststelling uit. Voorzover nodig voor de beoordeling, zal het Hof hieronder nog verdere feiten vaststellen. 3.2 De grieven IV tot en met X zijn gericht tegen de overwegingen op grond waarvan het GEA de vordering van Keycomp tot betaling van NAF. 15.152,- in verband met door [Geintimeerde] genoten opleidingen en trainingen heeft afgewezen. Zij lenen zich voor gezamenlijke bespreking. 3.3 In verband met de door [Geintimeerde] gevolgde cursus Site Core vordert Keycomp NAF. 12.500,-. [Geintimeerde] heeft betwist dat Keycomp voor deze cursus heeft moeten betalen. De bewijslast van die stelling berust bij Keycomp. Keycomp heeft bij pleidooi in hoger beroep de stelling dat zij de cursus heeft betaald, toegelicht met een constructie met CTB, maar uit deze toelichting volgt niet dat de cursuskosten voor rekening van Keycomp zijn gekomen en zij is niet met bewijsstukken onderbouwd. Gelet hierop dient deze post te worden afgewezen. In verband met de door [Geintimeerde] gevolgde cursus ASP.NET vordert Keycomp NAF. 5.000,-. [Geintimeerde] heeft gesteld dat hij deze cursus met zes anderen volgde. In eerste aanleg (zitting 27 februari 2007 "reactie op conclusie van antwoord", p. 1) heeft Keycomp zelf gesteld dat de cursus was opgezet voor twee mensen en dat anderen ook een deel van de lessen hebben gevolgd. Gelet hierop is in redelijkheid een bedrag van NAF. 1.500,- toe te rekenen aan opleidingskosten ten behoeve van [Geintimeerde]. De overige opleidingskosten die in de "reactie op conclusie van antwoord" zijn genoemd, zijn bij grief X, waarin gesteld is dat de totale opleidingskosten NAF. 17.500,- bedragen, kennelijk niet gehandhaafd. Voorzover de gevorderde opleidingskosten het bedrag van NAF. 1.500,- overschrijden, dienen zij dus als onvoldoende gespecificeerd en onderbouwd te worden afgewezen. 3.4 Nu [Geintimeerde] op 6 maart 2006 - dus binnen vierentwintig maanden na aanvang van de arbeidsovereenkomst op 1 maart 2005 - op staande voet is ontslagen, is voldaan aan de voorwaarden waaronder Keycomp volgens artikel 5 van de arbeidsovereenkomst aanspraak kan maken op terugbetaling van de opleidingskosten. Indien uitvoering zou zijn gegeven aan de overeenkomst van 15 december 2005 zou de arbeidsovereenkomst zijn geëindigd per 1 juni 2006 en zou de arbeidsovereenkomst dus langer dan twaalf maanden hebben geduurd zonder dat [Geintimeerde] op staande voet zou zijn ontslagen. In dat geval zou dus niet zijn voldaan aan de voorwaarden waaronder Keycomp volgens artikel 5 van de arbeidsovereenkomst aanspraak kan maken op terugbetaling van de opleidingskosten. [Geintimeerde] mocht daarom aan de overeenkomst van 15 december 2005 niet de verwachting ontlenen dat geen beroep zou worden gedaan op artikel 5 van de arbeidsovereenkomst indien hij voor 1 juni 2006 op staande voet zou worden ontslagen, zoals is gebeurd. 3.5 Onvoldoende feiten en omstandigheden zijn gesteld of gebleken op grond waarvan het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid aanvaardbaar zou zijn dat de onderhavige vordering tot NAF. 1.500,- wordt toegewezen. 3.6 De eerste grief XI is gericht tegen de afwijzing van de vorderingen die het GEA onder het kopje "schadevergoeding" heeft behandeld. Deze zijn in hoger beroep opgebouwd als volgt: A. boete NAF. 5.000,- B. kosten van onderzoek door Elgersma en Stouthandel NAF. 7.500,- kosten van website voor Oryc NAF. 28.800,- C. gederfde inkomsten aan uitbreiding website voor Upgrade International US$ 9.121,- Ad A. Artikel 2 van de arbeidsovereenkomst van 22 november 2004 behelst een boetebeding ten behoeve van Keycomp. Dat beding is nietig ingevolge artikel 7A:1613s, leden 3 en 6 BW. De vordering tot betaling van de boete zal daarom worden afgewezen. Ad B. Keycomp heeft gesteld dat Elgersma en Stouthandel 60 uur hebben moeten besteden aan extra werk, omdat [Geintimeerde] niets heeft gedaan om zijn activiteiten over te dragen, hoewel op 15 december 2005 was overeengekomen dat hij daarvoor zijn best zou doen. Voorts heeft Keycomp gesteld dat [Geintimeerde] niets nuttigs heeft gedaan aan de opdracht van Oryc om een website te ontwerpen of om die opdracht over te dragen en dat Keycomp daardoor twee personen heeft moeten inschakelen om de website af te maken. Deze verwijten aan [Geintimeerde] betreffen de wijze waarop hij de hem krachtens de arbeidsovereenkomst opgedragen werkzaamheden heeft uitgevoerd, zodat buiten de in art. 7A:1615da BW bedoelde gevallen geen schadevergoeding uit toerekenbare tekortkoming kan worden gevorderd. Voorzover Keycomp een beroep doet op art. 7A:1615da BW, faalt dat, omdat uit de door Keycomp gestelde feiten en omstandigheden niet kan volgen dat de gestelde schade het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid. Weliswaar staat vast dat [Geintimeerde] opzettelijk voor Elgersma en Stouthandel verborgen heeft gehouden dat hij in verband met de opdracht van Oryc een reis naar de Bahama's had gepland, maar gesteld noch gebleken is dat door die handelwijze de gestelde schade is veroorzaakt. Keycomp heeft niet voldoende duidelijk gesteld dat de gevorderde schade het gevolg is van de onregelmatige opzegging van de dienstbetrekking (en dus niet van de wijze waarop [Geintimeerde] zijn werkzaamheden heeft uitgevoerd), zodat de vordering kennelijk niet ziet op volledige schadevergoeding als bedoeld in art. 7A:1615o lid 3 BW. Ad C. Keycomp heeft gesteld dat [Geintimeerde] een inbreuk heeft gemaakt op haar eigendoms- en auteursrechten door voor Upgrade International een website uit te breiden. [Geintimeerde] heeft betwist dat Keycomp de eigendomsrechten en/of auteursrechten op de voor Upgrade International gemaakte website heeft. Het hangt van de tussen Keycomp en Upgrade International gemaakte afspraken af aan wie deze rechten toekomt. Keycomp heeft daarover niets gesteld. Daarom dient deze vordering uit onrechtmatige daad te worden afgewezen. 3.7 Voorzover Keycomp bezwaar heeft tegen afwijzing van andere door haar in eerste aanleg gevorderde posten, heeft zij dat in hoger beroep onvoldoende duidelijk gemaakt. Ambtshalve heeft het Hof dergelijke bezwaren niet. 3.8 De tweede grief XI mist zelfstandige betekenis, zodat het Hof die verder niet bespreekt. 3.9 Op grond van de hiervoor onder rov. 3.3-3.5 weergegeven overwegingen zal een aanvullend bedrag worden toegewezen. Daartoe zal de bestreden beschikking gedeeltelijk worden vernietigd. De toewijzing van het aanvullende bedrag laat onverlet dat Keycomp als de hoofdzakelijk in het ongelijk gestelde partij dient te worden beschouwd. Daarom dient de proceskostenveroordeling in eerste aanleg in stand te blijven en zal Keycomp ook worden veroordeeld in de proceskosten in hoger beroep. Ook voorzover bij de bestreden beschikking verzoeken zijn toegewezen, dient de beschikking in stand te blijven. BESLISSING: Het Hof: vernietigt de beschikking waarvan beroep, doch alleen voorzover daarbij hetgeen anders of meer is verzocht, is afgewezen; en in zoverre opnieuw rechtdoende: veroordeelt [Geintimeerde] tot betaling aan Keycomp van een bedrag van NAF. 1.500,-, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 mei 2006 tot de dag der algehele voldoening; wijst het meer of anders gevorderde af; bevestigt de beschikking waarvan beroep voor het overige; verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad; veroordeelt Keycomp in de kosten van dit hoger beroep, aan de zijde van [Geintimeerde] gevallen en tot op heden begroot op NAF. 6.600,00 aan salaris voor de gemachtigde. Deze beschikking is gegeven door mrs. G.E.M. Polkamp, G.C.C. Lewin en F.J.P. Lock, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba en ter openbare terechtzitting van het Hof op Curaçao uitgesproken op 29 april 2008 in tegenwoordigheid van de griffier.