Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB8299

Datum uitspraak2007-11-21
Datum gepubliceerd2007-11-21
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Utrecht
Zaaknummers238632/ HA ZA 07-1991
Statusgepubliceerd


Indicatie

Verkoop van illegale software via computerwinkel. Rechtsmacht / toepasselijk recht op grond van BVIE en Berner Conventie. Vorderingen tot schadevergoeding op te maken bij Staat en winstafdracht, beiden toegewezen.


Uitspraak

vonnis RECHTBANK UTRECHT Sector handels- en familierecht zaaknummer / rolnummer: 238632 / HA ZA 07-1991 Vonnis van 21 november 2007 in de zaak van de rechtspersoon naar het recht van de staat Washington, Verenigde Staten van Amerika, MICROSOFT CORPORATION, gevestigd te Redmond, Washington (Verenigde Staten van Amerika), eiseres, procureur: mr. E.H. de Jonge-Wiemans, tegen [gedaagde], handelend onder de naam [winkel], wonende te [woonplaats], gedaagde, niet verschenen. 1. De procedure 1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: - de dagvaarding - het tegen gedaagde verleende verstek. 1.2. Ten slotte is vonnis bepaald. 2. De beoordeling 2.1. Nu eiseres een rechtspersoon naar vreemd recht is en haar vordering uit dien hoofde een internationaal karakter draagt, dient allereerst de vraag te worden beantwoord of de Nederlandse rechter bevoegd is van de vordering kennis te nemen. De rechtbank beantwoordt die vraag bevestigend en wel op grond van artikel 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) en art. 4.6 Beneluxverdrag inzake de intellectuele eigendom (BVIE), nu gedaagde zijn woonplaats heeft in Nederland. 2.2. Ten aanzien van het op de onderhavige vordering toepasselijke recht overweegt de rechtbank als volgt. Voorzover eiseres haar vordering heeft gebaseerd op haar gedeponeerde merkrecht is de BVIE van toepassing. Voorzover eiseres een beroep doet op haar auteursrecht , dient de beoordeling daarvan – ingevolge de Berner Conventie voor de bescherming van Werken van Letterkunde en Kunst – plaats te vinden naar Nederlands recht. Voorzover de onderhavige vordering is gebaseerd op een (andere) door eiseres gestelde onrechtmatige daad van gedaagde, dient de bepaling van het toepasselijke recht plaats te vinden aan de hand van de Wet Conflictenrecht Onrechtmatige Daad (WCOD). Ingevolge artikel 3 WCOD worden verbintenissen uit onrechtmatige daad beheerst door het recht van de Staat op welks grondgebied de daad plaatsvindt. De gestelde onrechtmatige daad van gedaagde heeft plaatsgevonden in Nederland, zodat op de onderhavige vordering Nederlands recht van toepassing is. 2.3. De gevorderde dwangsom zal worden beperkt en aan een maximum worden gebonden, en de termijn om aan de gevorderde bevelen te voldoen zal worden verruimd, als volgt. 2.4. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten zal worden toegewezen na verloop van een redelijke termijn (14 dagen) na de datum van dit vonnis. 2.5. Eiseres vordert gedaagde te veroordelen tot betaling van de beslagkosten. Deze vordering is gelet op het bepaalde in art. 706 Rv toewijsbaar. De beslagkosten worden begroot op EUR 481,43 voor verschotten. 2.6. Het gevorderde komt de rechtbank voor het overige niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal als volgt worden toegewezen. 2.7. Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Het bedrag aan gevorderde daadwerkelijk gemaakte proceskosten komt de rechtbank onjuist berekend voor. De rechtbank zal de proceskosten op na te melden wijze toewijzen, waarbij in aanmerking wordt genomen dat in plaats van het liquidatietarief ingevolge art. 1019h Rv een bedrag zal worden toegewezen gelijk aan dat van de overgelegde urendeclaraties. De kosten aan de zijde van eiseres worden begroot op: - dagvaarding EUR 70,85 - overige explootkosten 0,00 - vast recht 251,00 - getuigenkosten 0,00 - deskundigen 0,00 - overige kosten 0,00 - salaris procureur 1.896,30 (conform declaraties) Totaal EUR 2.218,15 3. De beslissing De rechtbank 3.1. gebiedt gedaagde na betekening van dit vonnis iedere openbaarmaking en/of verveelvoudiging van de in punt 1 van de dagvaarding genoemde werken, waaronder begrepen maar niet beperkt tot het in voorraad houden, te koop aanbieden, verkopen en/of leveren van “Microsoft Windows” en “Microsoft Office”, waardoor inbreuk wordt gemaakt op de aan eiseres toekomende auteursrechten, of welke anderszins onrechtmatige handelingen jegens eiseres zijn, alsmede het gebruik van het merk van eiseres in het economisch verkeer te staken en gestaakt te houden, 3.2. gebiedt gedaagde binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis aan de raadsman van eiseres schriftelijk en gedetailleerd opgave te doen van: - het aantal bij gedaagde aanwezige computerprogramma’s en/of handleidingen en/of sjablonen die inbreuk maken op de aan eiseres toekomende auteursrechten; - de wijze waarop gedaagde de inbreukmakende computerprogramma’s en/of handleidingen en/of sjablonen heeft verkregen en, indien deze niet intern zijn gekopieerd, de namen en adressen van de personen en/of bedrijven van wie gedaagde deze inbreukmakende computerprogramma’s en/of handleidingen en/of sjablonen heeft betrokken, één en ander onder overlegging van facturen en/of andere deugdelijke bewijsstukken, 3.3. gebiedt gedaagde om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis de bij gedaagde aanwezige computerprogramma’s en/of handleidingen en/of sjablonen die inbreuk maken op de aan eiseres toekomende auteursrechten aan de raadsman van eiseres ter vernietiging c.q. ter onbruikbaarmaking af te geven, alsmede deze, voorzover voorkomend op een harde schijf van een bij gedaagde aanwezige personal computer, binnen dezelfde termijn op kosten van gedaagde te wissen in de aanwezigheid van een deurwaarder en een door hem aan te wijzen informatica-deskundige, 3.4. gebiedt gedaagde om binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis aan de raadsman op te geven welke afnemers (zowel zakelijk als privé) gedaagde personal computers met daarop onrechtmatige geïnstalleerde “Microsoft Windows” en/of “Microsoft Office” heeft verkocht en/of geleverd, onder vermelding van naam en adres en met opgave van aantallen per afnemer en onder overlegging van facturen en andere deugdelijke bewijsstukken, 3.5. gebiedt gedaagde om binnen dertig dagen na betekening van dit vonnis aan de raadsman van eiseres rekening en verantwoording af te leggen van de winst die gedaagde ten gevolge van de in het lichaam van deze dagvaarding bedoelde auteursrechtinbreuk heeft genoten, alsmede om deze winst binnen deze termijn af te dragen aan de raadsman van eiseres, één en ander in de zin van art. 27a Auteurswet 1912, 3.6. bepaalt dat gedaagde (naar keuze van eiseres) ofwel voor iedere dag of gedeelte daarvan dat hij in strijd handelt met het onder de nrs. 3.1 tot en met 3.5 bepaalde, ofwel per overtreding van deze bepalingen ofwel voor ieder computerprogramma en/of handleiding en/of sjabloon ten aanzien waarvan gedaagde geheel of gedeeltelijk in strijd met het onder de nrs. 3.1 tot en met 3.5 handelt, aan eiseres een dwangsom verbeurt van EUR 1.000,00, tot een maximum van EUR 200.000,00, 3.7. veroordeelt gedaagde om aan eiseres te vergoeden alle schade die eiseres heeft geleden, lijdt en nog zal lijden als gevolg van het in het lichaam van de dagvaarding omschreven onrechtmatig handelen van gedaagde (meer in het bijzonder auteursrecht- en merkinbreuk), nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, vermeerderd met de wettelijke rente over het alsdan toe te wijzen bedrag vanaf de dag waarop eiseres de schade heeft geleden tot de dag van volledige betaling, 3.8. veroordeelt gedaagde in de beslagkosten, tot op heden begroot op EUR 481,43 , vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf veertien dagen na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling, 3.9. veroordeelt gedaagde in de proceskosten, aan de zijde van eiseres tot op heden begroot op EUR 2.218,15, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf veertien dagen na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling, 3.10. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad, 3.11. wijst het meer of anders gevorderde af. Dit vonnis is gewezen door mr. M. van Delft-Baas en in het openbaar uitgesproken op 21 november 2007. w.g. griffier w.g. rechter