
Jurisprudentie
BB6142
Datum uitspraak2007-10-17
Datum gepubliceerd2007-10-22
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Amsterdam
Zaaknummers358737
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2007-10-22
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Amsterdam
Zaaknummers358737
Statusgepubliceerd
Indicatie
schadestaatprocedure, causaal verband tussen onrechtmatige daad en schade
Bij eerder vonnis van deze rechtbank is voor recht verklaard dat Tros onrechtmatig jegens eisers heeft gehandeld, met veroordeling van Tros tot vergoeding van de materiële schade die eisers hebben geleden door de onrechtmatige gedragingen, ter begroting van welke schade de zaak is verwezen naar de schadestaatprocedure.
In de onderhavige schadestaatprocedure wordt de vordering tot vergoeding van schade afgewezen. Het causaal verband tussen het onrechtmatige handelen en de gestelde schade is onvoldoende aannemelijk.
Uitspraak
vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 358737 / HA ZA 06-4065 (AV)
Vonnis van 17 oktober 2007
in de zaak van
1. A,
wonende te,
2. B,
wonende te,
3. de vennootschap onder firma
PUPPY FARM V.O.F.,
gevestigd te Reusel,
eisers,
procureur mr. C.J. Blauw,
tegen
de vereniging
TROS,
gevestigd te Hilversum,
gedaagde,
procureur mr. R.S. le Poole.
Partijen zullen hierna ook Puppy Farm en Tros genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding, met bewijsstukken;
- de conclusie van antwoord, met één bewijsstuk;
- het ambtshalve gewezen tussenvonnis van 28 maart 2007, waarbij een comparitie van partijen is gelast die op 5 september 2007 heeft plaatsgevonden en het daarvan opgemaakte proces-verbaal met de daarin vermelde stukken, waaronder de akte vermeerdering van eis.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De beoordeling
2.1. Bij vonnis van deze rechtbank van 21 juni 2006 (315710/HA ZA 05-1402) is voor recht verklaard dat Tros onrechtmatig heeft gehandeld jegens eisers door Puppy Farm te betitelen als een malafide hondenhandelaar, althans beruchte hondenhandelaar in zowel de uitzending van Tros Radar van 24 mei 2004 als op de website van Tros Radar. Tevens is Tros veroordeeld tot vergoeding van de materiële schade die eisers hebben geleden door de onrechtmatige gedragingen van Tros, ter begroting van welke schade de zaak is verwezen naar de schadestaatprocedure.
2.2. In de onderhavige schadestaatprocedure vorderen eisers primair veroordeling van Tros tot betaling aan eisers van een bedrag van EUR 42.000,=, te vermeerderen met de wettelijke rente, subsidiair veroordeling van Tros tot betaling van EUR 16.680,=, te vermeerderen met wettelijke rente en meer subsidiair veroordeling van Tros tot betaling van een zodanig bedrag als de rechtbank juist zal achten. Tenslotte vorderen eisers veroordeling van Tros in de kosten van het geding. Tros heeft de vordering gemotiveerd betwist en voert als meest verstrekkend verweer aan -kort gezegd- dat het causaal verband tussen de door eisers gestelde schade en de door de rechtbank onrechtmatig bevonden gedragingen van Tros ontbreekt. Dit verweer van Tros slaagt, waartoe de rechtbank als volgt overweegt.
2.3. In het vonnis van 21 juni 2006 heeft de rechtbank in rechtsoverweging 5.5. overwogen:
“In het licht van hetgeen hiervoor is overwogen zal het door A c.s. onder 3.1. sub A en B gevorderde worden toegewezen. Daarbij heeft te gelden dat in het kader van de schadestaatprocedure aan de orde dienen te komen de thans nog onderbelicht gebleven aspecten van het causaal verband tussen de onrechtmatige gedraging van Tros en de door A c.s. gestelde schade, de toerekenbaarheid, alsmede het bewijs van de gestelde schade. Zo is het de vraag of de door A c.s. gestelde schade het directe gevolg is van de gewraakte uitzending van Radar ofwel wellicht (mede) het gevolg is van de brede aandacht voor de wijze waarop de hondenhandel in het algemeen wordt bedreven en door A c.s. in het bijzonder.”
2.4. Ter onderbouwing van het causaal verband tussen de onrechtmatige uitlatingen van Tros en de door eisers gestelde schade hebben eisers jaarrekeningen in het geding gebracht over de jaren 2000 tot en met 2005. Uit de jaarrekeningen (welke niet zijn voorzien van een accountantsverklaring) komt in de winst- en verliesrekeningen het volgende resultaat naar voren:
in 2000 EUR 18.232 positief
in 2001 EUR 25.594 positief
in 2002 EUR 15.506 positief
in 2003 EUR 2.427 positief
in 2004 EUR 8.420 positief
in 2005 EUR 472 positief.
Uit het overzicht van de accountant van Puppy Farm blijkt dat in de navolgende jaren het volgende aantal honden is verkocht:
in 2001 376
in 2002 282
in 2003 259
in 2004 220
in 2005 150.
De overgelegde cijfers tonen volgens eisers aan dat het aantal verkochte honden na de uitzending op 24 mei 2004, althans vanaf de maand juni, onmiddellijk is gehalveerd van 25 stuks (mei) naar 13 stuks (juni). Dat is volgens eisers niet toevallig, in geen van de andere jaren (2001 tot en met 2003) is een dergelijke omzetdaling van bijna 50% te zien tussen de maanden mei en juni. In de meeste jaren blijft het aantal verkochte honden ongeveer gelijk, en in 2002 is het aantal verkochte honden zelfs verdubbeld in die periode. Daarmee is het causale verband tussen de uitzending en de schade, te weten de omzetdaling, in beginsel volgens eisers gegeven. Er is volgens eisers geen enkele denkbare oorzaak aan te wijzen voor deze plotselinge omzetdaling, anders dan de gewraakte uitzending.
2.5. Tros betwist allereerst de betrouwbaarheid van de door eisers in het geding gebrachte cijfers, omdat de jaarrekeningen niet zijn voorzien van een accountantsverklaring. Tros wijst er op dat uit de overgelegde jaarrekeningen blijkt dat het resultaat blijkens de winst- en verliesrekening van Puppy Farm is gedaald van EUR 15.506 in 2002 naar EUR 2.427 in 2003. In 2004 nam het resultaat weer met EUR 8.420 toe en in 2005 zakte het resultaat tot een bedrag van EUR 472. De onrechtmatige kwalificaties van Tros zijn geuit in de laatste week van mei 2004. Het boekjaar 2004 laat echter een hoger resultaat zien dan 2003. In de uitzending van Tros Radar van februari 2003, welke uitzending niet onrechtmatig is bevonden, worden eisers niet genoemd. Die uitzending had betrekking op de hondenhandel in het algemeen door broodfokkers in Nederland. Voor zover Puppy Farm zou betogen dat die uitzending ten grondslag ligt aan haar omzetdaling dan is dat het gevolg geweest van de aandacht die is besteed aan de wijze waarop de hondenhandel in het algemeen wordt bedreven en is dit niet te wijten aan Tros, aldus steeds Tros.
2.6. Zoals reeds overwogen slaagt dit verweer van Tros. De thans in het geding gebrachte cijfers -wat er verder van de betrouwbaarheid ook zij- laten een daling zien in verkoopaantallen van honden die is ingezet in 2002. Derhalve vormen deze cijfers geen bewijs van het causaal verband tussen de onrechtmatige kwalificatie van Tros in mei 2004 en de door eisers gestelde schade. Bij de beoordeling van de schadevordering is niet slechts de omzet van de maanden mei en juni 2004 van doorslaggevende betekenis. Het gaat immers in dit geding om schade als gevolg van winstderving. Dergelijke schade wordt op basis van de jaarcijfers beoordeeld in het geval waarin -zoals hier- wordt gesteld dat het onrechtmatig handelen tot langdurige winstderving heeft geleid.
2.7. Tros wijst er terecht op dat de winst- en verliesrekening evenmin bewijs vormt voor het causale verband nu deze een stijging laat zien juist in het jaar waarin de uitzending heeft plaatsgevonden, zijnde 2004.
2.8. Bovendien geldt het volgende. De rechtbank acht aannemelijk dat het enkele noemen van een Top 5 waarin Puppy Farm voorkomt reeds schade met zich brengt voor Puppy Farm. Echter alleen de kwalificatie die door Tros is meegegeven aan de Top 5 is door de rechtbank onrechtmatig bevonden. Het had op de weg gelegen van eisers om voldoende aannemelijk te maken dat indien de kwalificatie wordt weggedacht zij minder schade zouden hebben geleden. Hierin zijn eisers niet geslaagd. Een en ander brengt dan ook met zich dat de vordering van eisers zal worden afgewezen.
2.9. Eisers zullen als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Tros worden begroot op:
- vast recht 3.150,00
- salaris procureur 2.842,00 (2,0 punten × tarief EUR 1.421,00)
Totaal EUR 5.992,00
3. De beslissing
De rechtbank
3.1. wijst de vorderingen af,
3.2. veroordeelt eisers in de proceskosten, aan de zijde van Tros tot op heden begroot op EUR 5.992,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. van Hees en in het openbaar uitgesproken op 17 oktober 2007.?