Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB6047

Datum uitspraak2007-08-08
Datum gepubliceerd2007-10-19
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Rotterdam
Zaaknummers269834 / HA ZA 06-2726
Statusgepubliceerd


Indicatie

Naar analogie van artikel 112 lid 3 Faillissementswet wordt eiseres geacht haar aanvraag te hebben ingetrokken, zodat de curator zal worden ontslagen van de instantie.


Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM Sector civiel recht Zaak-/rolnummer: 269834 / HA ZA 06-2726 Uitspraak: 8 augustus 2007 VONNIS van de enkelvoudige kamer in de zaak van: SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ROTTERDAM, zetelend te Rotterdam, eiseres tot verificatie, procureur mr. R.W. van Harmelen, - tegen - mr. E.T. RIGHOLT, in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van [betrokkene], kantoorhoudende te Dordrecht, verweerder tot verificatie, procureur mr. A.P. van Elswijk. Partijen worden hierna aangeduid als "eiseres" respectievelijk " de curator". 1 Het verloop van het geding De rechtbank heeft kennisgenomen van de volgende stukken: - brief van de griffier van deze rechtbank d.d. 11 juli 2006. 2 De beoordeling Eiseres heeft, ondanks daartoe de gelegenheid te hebben gehad, niet geconcludeerd voor eis tot verificatie. De rechtbank heeft aan eiseres een akte non-conclusie verleend. Eiseres wordt geacht naar analogie van artikel 122 lid 3 Faillissementswet haar aanvraag te hebben ingetrokken, zodat de curator zal worden ontslagen van de instantie. Eiseres zal worden veroordeeld in de proceskosten van de curator, welke begroot worden op € 248,- aan vast recht. 3 De beslissing De rechtbank, ontslaat de curator van de instantie; veroordeelt eiseres in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van de curator bepaald op € 248,- aan vast recht. Dit vonnis is gewezen door mr. M. Verkerk. Uitgesproken in het openbaar. 1346/544