
Jurisprudentie
BB6021
Datum uitspraak2007-10-19
Datum gepubliceerd2007-10-19
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Arnhem
Zaaknummers05/075180-96
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2007-10-19
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Arnhem
Zaaknummers05/075180-96
Statusgepubliceerd
Indicatie
Verlenging TBS
Uitspraak
RECHTBANK ARNHEM
SECTOR STRAFRECHT
MEERVOUDIGE KAMER
Parketnummer : 05/075180-96
Datum zitting : 05 oktober 2007
Datum uitspraak : 19 oktober 2007
BESLISSING MAATREGEL TERBESCHIKKINGSTELLING
in de zaak van
de officier van justitie in het arrondissement Arnhem
tegen
naam : [naam]
geboren op : [geboortedatum] te [geboorteplaats],
onder gezag van het Forensisch Psychiatrische Centrum Oldenkotte te Rekken.
Raadsvrouw: mr. M.G.M. Frerix, advocaat te Ede.
De rechtbank heeft kennis genomen van de op 05 september 2007 ter griffie van deze rechtbank ingekomen vordering van de officier van justitie in dit arrondissement van dezelfde datum, welke vordering strekt tot verlenging met twee jaar van de bij vonnis van de rechtbank te Arnhem d.d. 18 juni 1997 opgelegde maatregel van terbeschikkingstelling met betrekking tot voornoemde G. [naam].
De rechtbank heeft verder kennis genomen van de processtukken, waaronder een adviesrapport van het FPC Oldenkotte te Rekken d.d. 25 juli 2007, in welk rapport wordt geadviseerd de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen.
Ter terechtzitting van 05 oktober 2007 zijn gehoord:
- de terbeschikkinggestelde, hierna te noemen betrokkene;
- haar raadsvrouw mr. M.G.M. Frerix;
- de getuige-deskundige drs. A.H. Nanninga, klinisch-psycholoog/psychotherapeut, hoofd behandeling en
- de officier van justitie.
De officier van justitie heeft de vordering toegelicht en daarbij gepersisteerd. De getuige-deskundige heeft het verlengingsadvies toegelicht.
De raadsvrouw van betrokkene heeft het woord gevoerd en primair gepleit voor afwijzing van de vordering van de officier van justitie, subsidiair het bevel verpleging voorwaardelijk te beëindigen en meer subsidiair de terbeschikkingstelling te verlengen voor de duur van één jaar.
Overwegingen
De rechtbank heeft kennis genomen van het advies van het Forensisch Psychiatrisch Centrum Oldenkotte te Rekken d.d. 25 juli 2007. In dit advies wordt het volgende geconcludeerd:
“Mevrouw [naam] is in haar jeugd emotioneel ernstig verwaarloosd, door verwenning van moeder en te weinig begrenzing en door een in de opvoeding voornamelijk afwezige vader, die zich emotioneel niet op een adequate manier kon uiten en agressief en gewelddadig gedrag vertoont. Na problemen met de oudste drie kinderen (brandstichting, diefstal en opstandig gedrag) raakt vader stevig aan de drank. Door de gebrekkige emotionele begeleiding is de ontwikkeling van het geweten van mevrouw [naam] lacunair, gedrag en denken is egocentrisch gebleven en het gevoelsleven schraal. Op basis van te weinig emotionele differentiatie heeft mevrouw [naam] last van gevoelens van tekortkoming, zich uitend in enige opgekropte boosheid en jaloezie. Mevrouw [naam] heeft de neiging gedachten die ze in haar hoofd heeft gezeg, maar met moeite te kunnen loslaten. De afweermechanismen zijn primitief in de vorm van omkeren in het tegendeel (aandacht willen hebben – aandacht aan de ander geven, gaan zorgen), loochenen (boosheid opkroppen en afsplitsen), isoleren van emoties (niets meer voelen). (…..) Hieruit ontstaat ook de nagebootste stoornis (nu in remissie). De ander is als het ware voor mevrouw [naam] nodig om te bestaan, door de ander kan mevrouw die aandacht krijgen die zij denkt nodig te hebben. Bovendien kon vader niet met zijn emoties en spanningen op een adequate manier omgaan, kropte zijn woede op tot de ontlading, waarbij hij de kinderen sloeg. Door het gevoel van tekortkomen met de daarop geloochende woede en de opgekropte woede naar vader (en moeder die dit liet gebeuren) is het uiteindelijke delictgevaar ontstaan. (…..) De conclusie van de risico taxatie (2007) is als volgt: Voorgaande rapportages betreffende risicotaxaties waren (voorzichtig) positief van toon. Echter in de huidige periode is betrokkene teruggevallen in impulsief en delictgerelateerd gedrag, wat toch de actualiteit van de persoonlijkheidsstoornis van betrokkene illustreert. Deze schending van voorwaarden heeft geleid tot een time-out plaatsing. De conclusie van deze risicotaxatie is dat het recidivegevaar bij onmiddellijke beëindiging van de TBS zal oplopen van matig (op korte termijn) naar hoof (op lange termijn). In de huidige situatie, met forensisch psychiatrisch toezicht, is het risico op recidive laag, vanwege het feit dat er nu controles kunnen plaatsvinden en er een “stok achter de deur” is, die betrokkene dwingt openheid van zaken te geven voor wat betreft haar financiën en medicatie. Betrokkene blijkt toch nog afhankelijk te zijn van deze externe controle.
In de afgelopen, zeer wisselvallig verlopen periode, is inderdaad gebleken dat patiënte met meer vrijheden toch relatief snel ontspoort. In dit geval is dat gebeurd door het uitgeven van geld dat niet van haar was (de voorgeschoten uitkering door Oldenkotte) en het maken van vele en hoge schulden. Bovendien is zij in staat gebleken anderen (de leden van de kerk en haar individueel therapeute) te mobiliseren om het voor haar op te nemen, waarbij zij zich in de slachtofferrol weet te plaatsen, haar medestanders in de redderrol, terwijl voor Oldenkotte de rol was weggelegd van aanklager van mevrouw [naam]. Hier lijken we weer terug bij af, in die zin dat in dit gedrag zeer duidelijk herkenbaar delictgerelateerde factoren te zien zijn. Het betreft hier de verwennende houding van moeder, die het dwingende gedrag van haar dochter alleen kon beteugelen door haar haar zin te geven. Het gevolg is geweest een ontwikkeling van patiënte, tot een vrouw, die egocentrisch in het leven staat, narcistische trekken vertoont, waarbij sprake is van psychopathie en die slechts een geringe frustratie tolerantie kan opbrengen. Zij kan zich niets ontzeggen en kan slechts haar onrust beteugelen door toegeeflijk te zijn voor zichzelf, zelfs ten kosten van (zelf)destructief gedrag. Hoe krachtig zij hierin is, blijkt uit de manier waarop Oldenkotte door haar medestanders is benaderd, namelijk als degenen die het slecht met patiënte voor hebben en die haar slechts willen benadelen/aan de schandpaal willen nagelen. Zouden wij hier niet hebben ingegrepen, dan had dit gedrag zich kunnen voortzetten in destructief gedrag ten aanzien van anderen, zoals ten tijde van het delict. Hiermee zij gezegd dat wij het delictgevaar bij patiënte als laag taxeren zolang er frequent en zorgvuldig toezicht is, terwijl wij, in overeenstemming met de risicotaxatie, het delictgevaar schatten als oplopend tot hoog bij beëindiging van de tbs. (…..) Geadviseerd wordt de tbs te verlengen met twee jaar.”
Tijdens de behandeling ter terechtzitting is door de getuige-deskundige nog opgemerkt dat de situatie van betrokkene omschreven kan worden als “een longstay aan de voordeur”. Betrokkene zal nog lange tijd begeleiding nodig hebben en de verwachting is dat zij het plafond van haar kunnen thans heeft bereikt.
De rechtbank neemt voormelde conclusies over en maakt die tot de hare.
De rechtbank is van oordeel dat op grond van hetgeen hiervoor is overwogen en op grond van de omstandigheid dat de maatregel van terbeschikkingstelling is opgelegd terzake van een misdrijf dat gericht was tegen of gevaar veroorzaakte voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer perso(o)n(en), de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen een verlenging van de maatregel vereist en wel met een periode van 2 (twee) jaar.
Gelet op het voorgaande, waaruit valt af te leiden dat betrokkene kennelijk het plafond van haar kunnen heeft bereikt en nog geruime tijd behandeling c.q. begeleiding behoeft, komt de rechtbank niet toe aan het beëindigen van de maatregel, het in overweging nemen het bevel tot verpleging voorwaardelijk te beëindigen danwel de termijn van terbeschikkingstelling te verlengen voor de duur van één jaar. Betrokkene zal over een langere periode, die mogelijk de duur van twee jaar zal overtreffen, moeten aantonen zelfstandig te kunnen functioneren.
De rechtbank zal dan ook beslissen als hierna te melden en neemt daarbij de desbetreffende wetsartikelen in aanmerking.
BESLISSING:
Verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling van [naam] voornoemd met 2 (twee) jaar.
Deze beschikking is gegeven in raadkamer door
mr. W. Bruins, rechter als voorzitter,
mr. T.H.P. de Roos, rechter,
mr. W.L.J.M. Duijst, rechter,
in tegenwoordigheid van R. van Dijk, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 19 oktober 2007.