Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB4141

Datum uitspraak2007-09-10
Datum gepubliceerd2007-09-24
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Arnhem
Zaaknummers477315 CV Expl. 07-662
Statusgepubliceerd
SectorSector kanton


Indicatie

klachten achteraf over een handgemaakte bruidsjapon worden niet gehonnoreerd en leiden naar het oordeel van de kantonrechter niet tot ontbinding van de koopovereenkomst danwel vermindering van de koopprijs.


Uitspraak

Vonnis RECHTBANK ARNHEM Sector kanton Locatie Arnhem zaakgegevens 477315 CV EXPL 07-662 276/MA uitspraak van 10 september 2007 Vonnis in de zaak van [eisende partij] wonende te Bussum eisende partij gemachtigde Klarenbeek's Incasso & Adviesbureau tegen [gedaagde partij] wonende te Velp gedaagde partij gemachtigde [gemachtigde van gedaagde partij] (in eerste instantie procederend in persoon) Partijen worden hierna [eisende partij] en [gedaagde partij] genoemd. De procedure Het (eerdere) verloop van de procedure blijkt uit - het tussenvonnis van 29 januari 2007 - de aantekeningen van de griffier van de comparitie van partijen van 23 mei 2007 - de akte van de zijde van [gedaagde partij], aangekondigd als conclusie van dupliek - de akte van de zijde van [eisende partij]. De vordering en het verweer [eisende partij] vordert de veroordeling van [gedaagde partij] tot betaling van € 3.524,18, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 januari 2007 en de veroordeling van [gedaagde partij] in de kosten van dit geding. [eisende partij] legt aan haar vordering ten grondslag dat zij in opdracht en voor rekening van [gedaagde partij] een bruidsjapon op maat heeft gemaakt en geleverd. Deze bruidsjapon is op de huwelijksdag gedragen. Tot op heden heeft [gedaagde partij] nagelaten de factuur (volledig) te voldoen. [eisende partij] heeft het ontwerp van de bruidsjapon ter goedkeuring aan [gedaagde partij] voorgelegd en zij is daarmee akkoord gegaan. Vervolgens hebben er vijf passessies plaatsgevonden, waarbij [gedaagde partij] nooit heeft aangeven dat het ontwerp niet goed was of dat de pasvorm bij de hals en schouders gebreken vertoonde. [gedaagde partij] voert verweer. Zij geeft aan dat het model van de japon niet overeenkomt met hetgeen is afgesproken. Vervolgens bleek op de trouwdag dat de uitvoering van de bruidsjapon te wensen overliet. De afwerking aan de hals en schouders was niet goed. De japon viel veel te wijd over haar schouders waardoor zij gedurende de hele dag, haar japon moest optrekken omdat deze afzakte. Door de te wijde sluiting rondom de hals en schouders waren de bh-bandjes zichtbaar, hetgeen ook niet de bedoeling was. Tevens had [gedaagde partij] verzocht de sleep vast te maken met drukknoopjes en niet met haakjes zoals deze nu aan de japon zitten. Doordat haakjes zijn gebruikt in plaats van drukknopen, liet de sleep meerdere malen los. Achteraf is [gedaagde partij] van mening, mede na het zien van de trouwfoto’s en naar aanleiding van commentaar op haar japon door familie en vrienden, dat haar bruidsjapon niet aan de verwachtingen voldeed die zij van de japon mocht hebben. Daarom heeft [gedaagde partij] achteraf contact opgenomen met [eisende partij] met klachten over de japon. [gedaagde partij] is wegens de hiervoor genoemde klachten niet bereid de volledige koopsom te voldoen. [gedaagde partij] heeft reeds € 275,00 betaald en is van mening dat dit in mindering dient te worden gebracht op de hoofdsom. De beoordeling Vast staat dat de bruidsjapon in opdracht van [gedaagde partij] is vervaardigd. Het ontwerp van de japon is in overleg tussen beide partijen tot stand gekomen. Op deze wijze is ook de prijsafspraak tot stand gekomen. Nu het sluiten van koopovereenkomst vormvrij is, is er dus sprake van een rechtsgeldige (koop)overeenkomst met betrekking tot de bruidsjapon. Beide partijen zijn daarom verplicht hun verbintenissen na te komen. [eisende partij] heeft de bruidsjapon vervaardigd en geleverd aan [gedaagde partij]. [gedaagde partij] heeft de bruidsjapon afgenomen en gebruikt voor het doel waartoe deze was bestemd. Zij heeft de jurk immers gedragen op haar huwelijksdag. De vraag is nu of er een grond is waarom [gedaagde partij] de rekening niet (volledig) zou hoeven te betalen. [gedaagde partij] stelt dat de bruidsjapon niet voldoet aan haar wensen en daarenboven qua uitvoering ook nog eens gebrekkig is. [gedaagde partij] betwist niet dat voordat de bruidsjapon zijn definitieve vorm kreeg er vijf passessies hebben plaatsgevonden. In de tijd die lag tussen het verstrekken van de opdracht en de levering van de bruidsjapon, tijdens de passessies, had het op de weg van [gedaagde partij] gelegen om aan [eisende partij] eventuele klachten door te geven. Hoewel zij in deze procedure stelt dat het ontwerp en de uitvoering niet conform haar wensen waren is deze kritiek zo weinig onderbouwd dat de kantonrechter geen reden ziet haar in de gelegenheid te stellen alsnog bewijs hiervoor aan te dragen. Er moet derhalve van worden uitgegaan dat [gedaagde partij] tijdens de passessies niet dan wel onvoldoende duidelijk heeft gemaakt dat ze veranderingen wilde en zo ja welke. [eisende partij] is hierdoor nimmer in de gelegenheid geweest eventuele fouten/onvolkomenheden aan het ontwerp of in de uitvoering te herstellen en/of aan te passen. Klachten over het ontwerp of de uitvoering van de bruidsjapon die achteraf door [gedaagde partij] worden geuit, kunnen in dit geval niet leiden tot ontbinding van de overeenkomst. Immers [gedaagde partij] heeft de bruidsjapon afgenomen en gedragen op de huwelijksdag. Zoals ze zelf ook toegeeft: pas achteraf, bij het zien van de foto’s en het aanhoren van de kritiek van familie en vrienden, zijn de klachten gekomen. De door [gedaagde partij] geconstateerde gebreken, zoals het te wijd zitten van de japon en haakjes in plaats van knoopjes ter bevestiging van de sleep, hadden door haar geconstateerd kunnen worden voordat de bruidsjapon daadwerkelijk werd geleverd. Nu [gedaagde partij] heeft nagelaten klachten tijdig te melden aan [eisende partij], hoewel zij daartoe voldoende in de gelegenheid is geweest, komt dit voor rekening en risico van [gedaagde partij]. Er is geen reden om in deze procedure tot een vermindering van de koopprijs te komen. De door [gedaagde partij] betaalde € 275,00 is reeds bij dagvaarding in mindering gebracht op de totale vordering. Het is [eisende partij] toegestaan dit betaalde bedrag eerst in mindering te brengen op de buitengerechtelijke kosten. De kantonrechter zal de vordering toewijzen met daarbij de opmerking dat de kantonrechter het bedrag van € 3.524,18 leest als € 2.534,18, nu er kennelijk sprake is van een vergissing. De rente wordt derhalve toegewezen over een bedrag van € 2.475,00 vanaf 17 januari 2007. Aannemelijk is dat [eisende partij] kosten voor buitengerechtelijke werkzaamheden heeft gemaakt. Het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke kosten is in overeenstemming met de gebruikelijke en redelijke tarieven en wordt daarom toegewezen. [gedaagde partij] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten dragen. Daarbij wordt niet meer dan € 7,00 toegewezen voor informatiekosten/verschotten, omdat daarvan geen factuur is overgelegd. De beslissing De kantonrechter veroordeelt [gedaagde partij] aan [eisende partij] te betalen een bedrag van € 2.534,18, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 2.475,00 vanaf 17 januari 2007 tot de dag van voldoening; veroordeelt [gedaagde partij] in de proceskosten, tot op deze uitspraak aan de kant van [eisende partij] begroot op € 77,85 aan dagvaardingskosten, € 196,00 aan vastrecht en € 375,00 aan salaris voor de gemachtigde; verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad; wijst het meer of anders gevorderde af. Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. H.J.T. Blom en in het openbaar uitgesproken op 10 september 2007.