Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB2615

Datum uitspraak2007-08-03
Datum gepubliceerd2007-08-30
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureVoorlopige voorziening
Instantie naamRechtbank 's-Gravenhage
ZaaknummersAWB 07/5641 BESLU
Statusgepubliceerd


Indicatie

Verzoek om voorlopige voorziening ten aanzien van het besluit van de burgemeester van Den Haag waarbij voor de door verzoeker aangemelde demonstratie van de Nederlandse Volks Unie beperkingen zijn opgelegd ten aanzien van de af te leggen route. Verzoek afgewezen.


Uitspraak

Voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage sector bestuursrecht Reg. nr. AWB 07/5641 BESLU Proces-verbaal van de mondelinge UITSPRAAK als bedoeld in artikel 8:84, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) Uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening van [verzoeker], wonende te [woonplaats], verzoeker, ten aanzien van het besluit van 30 juli 2007 van de burgemeester van Den Haag, verweerder. Bij dit besluit heeft verweerder voor de door verzoeker aangemelde demonstratie van de Nederlandse Volks Unie (NVU) op 4 augustus 2007 beperkingen opgelegd ten aanzien van de af te leggen route. Tegen dit besluit heeft verzoeker bezwaar gemaakt. Daarnaast heeft hij de voorzieningenrechter van deze rechtbank verzocht een voorlopige voorziening te treffen. Het verzoek is behandeld ter zitting van 3 augustus 2007. Verzoeker is in persoon verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. F.W. Bleichrodt, [A] en [B]. I. Beoordeling van het verzoek om een voorlopige voorziening 1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure. 2. De voorzieningenrechter overweegt het volgende. Gelet op het grondwettelijk karakter van het recht van betoging mag alleen een beperking worden opgelegd indien naar redelijke verwachting de demonstratie gepaard zal gaan met zo ernstige wanordelijkheden, dat niet voldoende politie kan worden ingezet om de veiligheid van burgers en goederen adequaat te beschermen. De vrees voor ernstige wanordelijkheden is reƫel, alleen al gezien de intenties van de Anti-fascistische Aktie (AFA). Die betoging, inclusief de route, staat hier niet ter discussie. Aannemelijk is dat het een relevant verschil maakt of de NVU al dan niet de Bosbrug mag oversteken. Dat verweerder het voorkomen van de oversteek van die brug essentieel acht voor de mogelijkheid ernstige wanordelijkheden te voorkomen is niet onbegrijpelijk. Het recht van betoging wordt aan de andere kant door de opgelegde routebeperking niet onevenredig beperkt. De toegestane route biedt voldoende zichtbaarheid en ook voldoende gelegenheid tot het houden van toespraken. Hierbij is tevens in aanmerking genomen de toezegging van verweerder dat door de politie niet zal worden opgetreden tegen het dragen van het Keltisch kruis en dat de politie schade aan auto's van de demonstranten van de NVU zoveel mogelijk zal voorkomen. De beperkingen ten aanzien van de route van de demonstratie konden derhalve in redelijkheid worden opgelegd. 3. Het verzoek wordt afgewezen. 4. Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding. II. Beslissing De voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage, RECHT DOENDE: wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af. Aldus gegeven door mr. C.C. Dedel-van Walbeek, als voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken op 3 augustus 2007, in tegenwoordigheid van de griffier mr. M. de Graaf.