
Jurisprudentie
BB1332
Datum uitspraak2007-07-24
Datum gepubliceerd2007-08-08
RechtsgebiedVreemdelingen
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
ZittingsplaatsAmsterdam
Instantie naamRechtbank 's-Gravenhage
ZaaknummersAWB 07/27958
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2007-08-08
RechtsgebiedVreemdelingen
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
ZittingsplaatsAmsterdam
Instantie naamRechtbank 's-Gravenhage
ZaaknummersAWB 07/27958
Statusgepubliceerd
Indicatie
Vreemdelingenbewaring / vervolgberoep niet ontvankelijk / eerste beroep gegrond / toewijzing voorlopige voorziening hangende hoger beroepsprocedure
Eerste beroep tegen maatregel van bewaring gegrond verklaard door deze rechtbank en nevenzittingsplaats op 2 juli 2007 (AWB 07/24902). Hoger beroep ingesteld door verweerder. Bij uitspraak van 3 juli 2007 (200704580/2) heeft de Voorzitter van de AbRS bepaald dat verweerder, voordat op het hoger beroep is beslist, geen gevolg hoeft te geven aan de uitspraak van deze rechtbank en nevenzittingsplaats van 2 juli 2007. Artikel 96, eerste lid, van de Vw 2000 bepaalt dat alleen een vervolgberoep kan worden ingediend als een eerste beroep tegen de oplegging van de maatregel van bewaring ongegrond is verklaard. Nu in het onderhavige geval het eerste beroep gegrond is verklaard, kan eiser niet worden ontvangen in zijn beroep.
Eerste beroep tegen maatregel van bewaring gegrond verklaard door deze rechtbank en nevenzittingsplaats op 2 juli 2007 (AWB 07/24902). Hoger beroep ingesteld door verweerder. Bij uitspraak van 3 juli 2007 (200704580/2) heeft de Voorzitter van de AbRS bepaald dat verweerder, voordat op het hoger beroep is beslist, geen gevolg hoeft te geven aan de uitspraak van deze rechtbank en nevenzittingsplaats van 2 juli 2007. Artikel 96, eerste lid, van de Vw 2000 bepaalt dat alleen een vervolgberoep kan worden ingediend als een eerste beroep tegen de oplegging van de maatregel van bewaring ongegrond is verklaard. Nu in het onderhavige geval het eerste beroep gegrond is verklaard, kan eiser niet worden ontvangen in zijn beroep.
Uitspraak
Rechtbank 's-Gravenhage
zittinghoudende te Amsterdam
enkelvoudige kamer vreemdelingenzaken
Proces-verbaal van de zitting van 24 juli 2007 inhoudende mondelinge
Uitspraak
op grond van artikel 8:67 j? 8:70 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)
jo artikel 96 en 106 Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000)
reg. nr.: AWB 07/27958
V-nr.: 271.6569.251
inzake:
[Eiser], geboren op [geboortedatum] 1984, van (gestelde) Nigeriaanse nationaliteit, verblijvende in het Uitzetcentrum Schiphol te Oude Meer, eiser,
gemachtigde: mr. C.E. Stassen-Buijs, advocaat te Amsterdam,
tegen:
de Staatssecretaris van Justitie, verweerder,
gemachtigde: mr. A.H.M. van Wijk, ambtenaar bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst van het Ministerie van Justitie.
Eiser is ter zitting in persoon verschenen, bijgestaan door mr. G.E. Jans, kantoorgenoot van eisers gemachtigde. Verweerder heeft zich doen vertegenwoordigen door zijn voornoemde gemachtigde.
Op 16 juni 2007 is eiser op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw 2000 in bewaring gesteld.
Het eerste beroep tegen de oplegging van de maatregel van bewaring is bij uitspraak van deze rechtbank en nevenzittingsplaats van 2 juli 2007 (AWB 07/24902) gegrond verklaard. Verweerder heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (AbRS).
Bij uitspraak van 3 juli 2007 (200704580/2) heeft de Voorzitter van de AbRS bepaald dat verweerder, voordat op het hoger beroep is beslist, geen gevolg hoeft te geven aan de uitspraak van deze rechtbank en nevenzittingsplaats van 2 juli 2007.
Het onderhavige beroep van 10 juli 2007 betreft een vervolgberoep.
Ter zitting heeft de gemachtigde van eiser namens eiser opheffing van de maatregel gevorderd
alsmede toekenning van schadevergoeding.
MOTIVERING
Onderhavig beroep is het tweede beroep tegen de toepassing van de vrijheidsontnemende maatregel.
Artikel 96, eerste lid, van de Vw 2000 bepaalt dat alleen een vervolgberoep kan worden ingediend als een eerste beroep tegen de oplegging van de maatregel van bewaring ongegrond is verklaard. Nu in het onderhavige geval het eerste beroep gegrond is verklaard, kan eiser niet worden ontvangen in zijn beroep.
BESLISSING
De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal.
mr. E.M. de Buur
griffier
mr. G.S. Crince Le Roy
voorzitter
afschrift verzonden op:
Conc.:EB
Coll.:
D: B