Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB0754

Datum uitspraak2007-08-01
Datum gepubliceerd2007-08-01
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamGerechtshof Leeuwarden
Zaaknummers0700148
Statusgepubliceerd


Indicatie

Aangezien onweersproken vast staat dat zowel Emslandermeer B.V. als PRO - EMS B.V. bij dezelfde procureur, mr. J.B. Dijkema, is verschenen en dat ieder van hen ook een gelijkluidende memorie van grieven heeft genomen, is het hof met PRO- EMS B.V. van oordeel dat zich een situatie voordoet als bedoeld in artikel 3, eerste lid, WTZB. Daarbij betrekt het hof dat - anders dan de (waarnemend) griffier kennelijk meent - noch uit de wet(stekst) noch uit de wetsgeschiedenis blijkt dat voor toepassing van bedoeld artikellid tevens is vereist dat eisers op dezelfde dag bij procureur moeten verschijnen c.q. dat de procureur zich op dezelfde dag namens alle eisers stelt.


Uitspraak

Beschikking d.d. 1 augustus 2007 Rekestnummer 0700148 HET HOF TE LEEUWARDEN beschikking in de zaak van PRO -EMS B.V., gevestigd te Vlagtewedde, opposant op de voet van art. 25 Wet tarieven in burgerlijke zaken (WTBZ), tegen een beslissing van de Griffier van het Hof te Leeuwarden. De feiten 1. Op 30 augustus 2006 heeft de rechtbank Groningen onder zaaknummer 81322/HA-ZA 05/720 een vonnis gewezen tussen [naam 1] Projectontwikkelingsmaatschappij als eiseres in conventie en verweerster in reconventie en Emslandermeer B.V. en PRO - EMS B.V. als gedaagden in conventie en eiseressen in reconventie. 2. Emslandermeer B.V. is bij exploot van 28 november 2006 in hoger beroep gekomen tegen het vonnis van de rechtbank Groningen van 30 augustus 2006. Deze zaak is bij het hof ingeschreven onder rolnummer C 06/00633. 3. PRO - EMS B.V. is bij exploot van 18 januari 2007, hersteld bij exploot van 2 februari 2007, (eveneens) in hoger beroep gekomen tegen het vonnis van de rechtbank Groningen van 30 augustus 2006. Deze zaak is bij het hof ingeschreven onder rolnummer C 07/00059. 4. In beide zaken is door de (waarnemend) griffier van het hof het door elk van appellanten verschuldigd vast recht bepaald op € 5.834, --. 5. Tegen de beslissing van de (waarnemend) griffier van het hof om naast het door Emslandermeer B.V. verschuldigde vast recht van € 5.834, -- het door PRO- EMS B.V. verschuldigde vast recht (eveneens) op € 5.834, -- te bepalen is PRO - EMS B.V. op 8 maart 2007 in verzet gekomen bij verzoekschrift als bedoeld in art. 25 WTBZ. 6. De (waarnemend) griffier van het hof heeft op 18 april 2007 een verweerschrift ingediend en verzocht het verzet ongegrond te verklaren. 7. PRO - EMS B.V. heeft bij nadere toelichting, ter griffie van het hof ingekomen op 4 juni 2007, gereageerd op het verweerschrift van de (waarnemend) griffier van het hof. 8. De (waarnemend) griffier is in de gelegenheid gesteld op deze nadere toelichting van PRO - EMS B.V. te reageren, van welke gelegenheid geen gebruik is gemaakt. 9. Het verzoekschrift, het verweerschrift en de nadere toelichting, welke genoegzaam bekend zijn bij PRO -EMS B.V. en de (waarnemend) griffier maken deel uit van deze beschikking. De beoordeling van het verzet 10. Artikel 2, eerste lid, WTZB houdt - voor zover hier van belang - het volgende in: Voor een geding wordt van elke eisende partij, na de eerste uitroeping van de zaak ter terechtzitting, en van elke verschenen gedaagde voor iedere instantie een vast recht geheven. 11. Artikel 3, eerste lid, WTZB houdt - voor zover hier van belang -het volgende in: Eisers of gedaagden, die bij eenzelfde procureur of gemachtigde verschijnen en gelijkluidende conclusies nemen, zijn gezamenlijk slechts eenmaal vast recht verschuldigd. 12. Aangezien onweersproken vast staat dat zowel Emslandermeer B.V. als PRO - EMS B.V. bij dezelfde procureur, mr. J.B. Dijkema, is verschenen en dat ieder van hen ook een gelijkluidende memorie van grieven heeft genomen, is het hof met PRO- EMS B.V. van oordeel dat zich een situatie voordoet als bedoeld in artikel 3, eerste lid, WTZB. Daarbij betrekt het hof dat - anders dan de (waarnemend) griffier kennelijk meent - noch uit de wet(stekst) noch uit de wetsgeschiedenis blijkt dat voor toepassing van bedoeld artikellid tevens is vereist dat eisers op dezelfde dag bij procureur moeten verschijnen c.q. dat de procureur zich op dezelfde dag namens alle eisers stelt. Slotsom 13. In het licht van het vorenstaande zal het verzet gegrond worden verklaard en zal worden beslist als hierna aangegeven. De beslissing het hof: verklaart het verzet gegrond; vernietigt de bestreden beslissing van de (waarnemend) griffier; en in zoverre opnieuw beslissende stelt het door PRO - EMS B.V. verschuldigde vast recht op nihil. Aldus gegeven door mrs. Melssen, Hermans en Garos, en uitgesproken door mr. Melssen, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van de heer Lorist als griffier, ter openbare terechtzitting van dit hof van woensdag 1 augustus 2007.