
Jurisprudentie
AZ2257
Datum uitspraak2006-11-09
Datum gepubliceerd2006-11-15
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureVoorlopige voorziening
Instantie naamRaad van State
Zaaknummers200606959/2
Statusgepubliceerd
SectorVoorzitter
Datum gepubliceerd2006-11-15
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureVoorlopige voorziening
Instantie naamRaad van State
Zaaknummers200606959/2
Statusgepubliceerd
SectorVoorzitter
Indicatie
Bij besluit van 18 juli 2006 heeft verweerder aan de vereniging "Schutterij St. Sebastianus" een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wet milieubeheer verleend voor het oprichten en in werking hebben van een schietinrichting met verblijfs- en bergruimte op het adres Breinderveldweg (ongenummerd) te Schinnen. Dit besluit is op 10 augustus 2006 ter inzage gelegd.
Uitspraak
200606959/2.
Datum uitspraak: 9 november 2006
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
[verzoeker], wonend te [woonplaats],
en
het college van burgemeester en wethouders van Schinnen,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 18 juli 2006 heeft verweerder aan de vereniging "Schutterij St. Sebastianus" een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wet milieubeheer verleend voor het oprichten en in werking hebben van een schietinrichting met verblijfs- en bergruimte op het adres Breinderveldweg (ongenummerd) te Schinnen. Dit besluit is op 10 augustus 2006 ter inzage gelegd.
Tegen dit besluit heeft onder meer verzoeker bij brief van 15 september 2006, bij de Raad van State ingekomen op 20 september 2006, beroep ingesteld.
Bij brief van 15 september 2006, bij de Raad van State ingekomen op 20 september 2006, heeft verzoeker de Voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De Voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 30 oktober 2006, waar verzoeker in persoon, bijgestaan door mr. J.A. Wols, en verweerder, vertegenwoordigd door mr. E.G.G.L. Taalman-Paques en R.M.J.P.E. Corten, ambtenaren van de gemeente, zijn verschenen.
Voorts is als partij gehoord vergunninghoudster, vertegenwoordigd door M.W.V. Gielen en J.M. Schoonbrood.
2. Overwegingen
2.1. Het oordeel van de Voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2. Ter zitting heeft verzoeker het verzoek ingetrokken, voor zover daarin is aangevoerd dat het type geweer, kruit en kogelvanger in de vergunning onvoldoende zijn omschreven.
2.3. Verzoeker vreest voor geluidhinder ten gevolge van het in werking zijn van de inrichting, onder meer door schietgeluiden en het afspelen van muziek in de verblijfsruimte. Ter zitting heeft hij betoogd dat de Handreiking Limburgs Traditioneel Schieten, die door verweerder is toegepast, ten onrechte minder strenge geluidnormen bevat voor traditioneel schieten dan de Circulaire schietlawaai.
2.3.1. Ter voorkoming dan wel beperking van geluidhinder heeft verweerder voorschriften aan de vergunning verbonden. Bij het stellen van deze voorschriften heeft verweerder zich ten aanzien van het geluid van de schietactiviteiten gebaseerd op de Handreiking Limburgs Traditioneel Schieten van het college van gedeputeerde staten van Limburg van 9 mei 2006, en voor het overige op de Handreiking industrielawaai en vergunningverlening.
2.3.2. De Voorzitter overweegt dat voor de beoordeling van de rechtmatigheid van het bestreden besluit bepalend is of verweerder bij het stellen van de voorschriften inzake schietlawaai de Handreiking Limburgs Traditioneel Schieten als uitgangspunt heeft kunnen hanteren. De vraag of de Handreiking Limburgs Traditioneel Schieten bij de verlening van een vergunning op grond van de Wet milieubeheer in beginsel een aanvaardbare invulling vormt van de beoordelingsvrijheid van het bevoegd gezag, dient naar het oordeel van de Voorzitter eerst - na nader onderzoek - in de bodemprocedure te worden beantwoord.
2.4. De Voorzitter neemt hierbij mede in aanmerking dat de Handreiking Limburgs Traditioneel Schieten voor schietactiviteiten als de onderhavige minder strenge geluidnormen aanbeveelt dan de Circulaire schietlawaai. Mitsdien bestaat aanleiding voor het treffen van de hierna te melden voorlopige voorziening.
2.5. Verweerder dient ten aanzien van verzoeker op na te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
3. Beslissing
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. schorst bij wijze van voorlopige voorziening het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Schinnen van 18 juli 2006;
II. veroordeelt het college van burgemeester en wethouders van Schinnen tot vergoeding van bij verzoeker in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 322,00 (zegge: driehonderdtweeëntwintig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand; het dient door de gemeente Schinnen aan verzoeker onder vermelding van het zaaknummer te worden betaald;
III. gelast dat de gemeente Schinnen aan verzoeker het door hem voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 141,00 (zegge: honderdeenenveertig euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. K. Brink, als Voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. R.G.P. Oudenaller, ambtenaar van Staat.
w.g. Brink w.g. Oudenaller
Voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 9 november 2006
179-483.