Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AZ1347

Datum uitspraak2006-09-27
Datum gepubliceerd2006-11-01
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Alkmaar
Zaaknummers86269/FA RK 06-180
Statusgepubliceerd


Indicatie

Nietigverklaring van een tussen een vrouw en een man op [huwelijksdatum en -plaats] in de gemeente Opmeer voltrokken huwelijk, vanwege de omstandigheid dat de man ten tijde van het aangaan van het huwelijk met de vrouw niet de in artikel 1:69 BW genoemde vereisten in zich verenigde om een huwelijk aan te gaan. De vrouw heeft met bewijsstukken onderbouwd gesteld, welke stelling door de man niet is weersproken, dat de man ten tijde van het sluiten van het huwelijk in Nederland reeds gehuwd was met een andere vrouw in Canada. Voorts is gebleken dat laatstgenoemd huwelijk op het moment van sluiting van het huwelijk in Nederland (nog) niet was ontbonden.


Uitspraak

RECHTBANK TE ALKMAAR Sector civiel recht zaak- en rekestnummer: 86269 / FA RK 06-180 datum: 27 september 2006 Beschikking van de enkelvoudige kamer voor de behandeling van burgerlijke zaken in de zaak van: [de vrouw], wonende te Spanbroek, gemeente Opmeer, verzoekende partij, procureur: mr. M.H.A. Gobes, tegen: [de man]R, aanvankelijk wonende te Spanbroek, gemeente Opmeer, thans zonder bekende woon- en/of verblijfplaats in Nederland, gerekwestreerde, niet verschenen. Partijen zullen verder ook worden aangeduid als de vrouw en de man. HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE Ter griffie van deze rechtbank is op 17 februari 2006 het verzoekschrift van de vrouw ingekomen waarin wordt verzocht het huwelijk tussen de vrouw en de man, zoals gesloten op [huwelijksdatum en –plaats], op grond van artikel 69 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek nietig te verklaren. De man heeft geen verweerschrift ingediend. De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 15 mei 2006, waarbij is verschenen mr. Gobes. Blijkens het vervolg proces-verbaal van 16 mei 2006 zijn de stukken in handen gesteld van het openbaar ministerie voor het nemen van een conclusie, waarbij de rechtbank heeft verzocht speciale aandacht te schenken aan de wijze waarop de aangifte van het huwelijk in Nederland in de gemeente Opmeer heeft plaatsgevonden. Ingekomen is een brief van de officier van justitie van 6 juni 2006 met als bijlage onder meer een proces-verbaal van verhoor van C.Th.E. Wijte, medewerkster bij de afdeling publiekszaken van de gemeente Opmeer. De mondelinge behandeling is voortgezet op 11 september 2006, waarbij is verschenen de vrouw, bijgestaan door mr. Gobes. De man is, hoewel op de bij de wet voorgeschreven wijze te zijn opgeroepen, zowel op 15 mei 2006 als op 11 september 2006 niet verschenen. DE BEHANDELING VAN DE ZAAK De vrouw legt het volgende aan haar verzoek ten grondslag. Zij is onlangs bekend geworden met het feit dat de man op [huwelijksdatum – en plaats] Verenigde Staten van Amerika, gehuwd is met [naam echtgenote man]. De vrouw is ermee bekend dat dit huwelijk nimmer is ontbonden c.q. beëindigd c.q. vernietigd c.q. nietig is verklaard, zodat er sprake is van een geldig huwelijk tussen de man en mevrouw [naam echtgenote man]. Ten tijde van het sluiten van het huwelijk tussen de man en de vrouw op [datum]was de man derhalve reeds door het huwelijk verbonden met [naam echtgenote man], zodat er door het aangaan van het huwelijk met de vrouw sprake is van bigamie. Ingevolge artikel 1:33 BW kan een persoon tegelijkertijd slechts met één andere persoon door het huwelijk verbonden zijn. Derhalve kan gesteld worden dat de man bij het aangaan van het huwelijk met de vrouw niet de vereisten in zich verenigde om tezamen met de vrouw een huwelijk aan te gaan. De vrouw is via internet in contact gekomen met mevrouw [naam echtgenote man]. Op die wijze zijn ze erachter gekomen dat zij met dezelfde man getrouwd zijn. Nadat de vrouw de man daarmee confronteerde, heeft de man, naar de stelling van de vrouw, aangegeven dat hij daarin geen probleem zag. Ter zitting van 11 september 2006 heeft de vrouw nog verklaard dat de man en mevrouw [naam echtgenote man] in Canada inmiddels gescheiden zijn. Ook heeft de vrouw verklaard dat zij incidenteel nog (telefonisch) contact heeft met de man. Ter onderbouwing van haar stellingen heeft de vrouw overgelegd een kopie van het Certified Abstract of Marriage van Clark County, Nevada, een kopie van het paspoort van de man, een proces-verbaal van aangifte bij de politie van bigamie van 5 december 2005, alsmede stukken betreffende de echtscheidingsprocedure van mevrouw [naam echtgenote man] en de man. De officier van justitie heeft bij voormelde brief meegedeeld dat uit het proces-verbaal van verhoor van de medewerkster van de afdeling publiekszaken van de gemeente Opmeer blijkt dat als mensen aangeven te willen trouwen, zij verplicht zijn een kopie van de geboorteakte en een uittreksel uit het persoonsregister van de Gemeentelijke Basis Administratie ten behoeve van de huwelijksaangifte over te leggen. In het geval van de vrouw en de man hebben beiden aan deze verplichting voldaan. Bij controle hiervan hebben zich geen feiten aangediend welke een beletsel zouden kunnen zijn geweest voor het sluiten van dit huwelijk. Op grond van die constatering verzoekt de officier van justitie het verzoek van de vrouw tot nietigverklaring van het huwelijk te honoreren. Artikel 1:69 BW bepaalt dat op grond dat de echtgenoten niet de vereisten in zich verenigen om tezamen een huwelijk aan te gaan, de nietigverklaring van het huwelijk kan worden verzocht. Op grond van het bepaalde in artikel 1:33 BW, inhoudende dat een persoon tegelijkertijd slechts met één andere persoon door het huwelijk verbonden kan zijn, is de rechtbank, gelet op al hetgeen hiervoor is weergegeven, van oordeel dat de man ten tijde van het aangaan van het huwelijk met de vrouw niet de in artikel 1:69 BW genoemde vereisten in zich verenigde om een huwelijk aan te gaan. De rechtbank zal het verzoek derhalve, mede gelet op de omstandigheid dat de man daartegen geen verweer heeft gevoerd, als rechtmatig en gegrond toewijzen. DE BESLISSING De rechtbank: Verklaart het op [huwelijksdatum en –plaats]tussen de man en de vrouw voltrokken huwelijk nietig. Deze beschikking is gegeven door mr. W.C. Oosterbroek, lid van gemelde kamer en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 september 2006 in tegenwoordigheid van A.M. Bergen, griffier.