Jurisprudentie
AF6834
Datum uitspraak2003-04-01
Datum gepubliceerd2003-04-03
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Almelo
Zaaknummers08/000353-02
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2003-04-03
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Almelo
Zaaknummers08/000353-02
Statusgepubliceerd
Uitspraak
RECHTBANK ALMELO
Parketnummer: 08/000353-02
STRAFVONNIS
Uitspraak: 1 april 2003
De rechtbank te Almelo, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Almelo, tegen:
[Verdachte],
geboren op [Geboortedatum] te [Geboorteplaats],
wonende te [Woonplaats],
thans verblijvende in het huis van bewaring te Hoogeveen.
terechtstaande -na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting- terzake dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 1 mei 1990 tot en met 1 september 1992, in de gemeente [Woonplaats], althans in het arrondissement Almelo, met [Slachtoffer 1] , geboren op [Geboortedatum], die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, hierin bestaande dat verdachte -de penis van die [Slachtoffer 1] heeft betast en/of vastgepakt en/of gestreeld en/of -(met) zijn, verdachtes, penis tegen de anus en/of de billen van die [Slachtoffer 1] heeft geduwd en/of gestreeld;
2.
hij in of omstreeks de periode van 1 februari 1998 tot en met 19 mei 1999, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo, meermalen, althans eenmaal (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [Slachtoffer 2] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het (telkens) grijpen in het kruis van die [Slachtoffer 2] en/of het betasten en/of vastpakken van de penis en/of de billen van die [Slachtoffer 2] en/of het aftrekken van die [Slachtoffer 2] en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte -bovengenoemde handeling(en) (telkens) onverwacht en/of onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
-die [Slachtoffer 2] (telkens) geld en/of goederen en/of diensten in het vooruitzicht heeft gesteld en/of ter beschikking heeft gesteld en/of heeft doen toekomen en/of
-(telkens) gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 2] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en/of
-met de ouder(s) van die [Slachtoffer 2] een (vertrouwens)band heeft opgebouwd en/of (daarmee) de (vertrouwelijke) relatie van die [Slachtoffer 2] met zijn ouder(s) heeft verstoord en/of (aldus) (telkens) gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en/of lichamelijk
overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 2] had en/of (aldus) voor die [Slachtoffer 2] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 2 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 1 februari 1998 tot en met 19 mei 1999, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissent Almelo, meermalen, althans eenmaal (telkens) met [Slachtoffer 2], geboren op [Gebroortedatum], die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, bestaande uit het (telkens) grijpen in het kruis van die [Slachtoffer 2] en/of het betasten en/of vastpakken van de penis en/of de billen van die [Slachtoffer 2] en/of het aftrekken van die [Slachtoffer 2];
3.
hij in of omstreeks de periode van 20 mei 1999 tot en met 1 maart 2000, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo, meermalen, althans eenmaal (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [Slachtoffer 2] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het (telkens) grijpen in het kruis van die [Slachtoffer 2] en/of het betasten en/of vastpakken van de penis en/of de billen van die [Slachtoffer 2] en/of het aftrekken van die [Slachtoffer 2] en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
-bovengenoemde handeling(en) (telkens) onverwacht en/of onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
-die [Slachtoffer 2] geld en/of goederen en/of diensten in het vooruitzicht heeft gesteld en/of ter beschikking heeft gesteld en/of heeft doen toekomen en/of
-(telkens) gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 2] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en/of
-met de ouder(s) van die [Slachtoffer 2] een (vertrouwens)band heeft opgebouwd en/of (daarmee) de (vertrouwelijke) relatie van die [Slachtoffer 2] met zijn ouder(s) heeft verstoord en/of (aldus) (telkens) gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en/of lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 2] had en/of (aldus) voor die [Slachtoffer 2] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 3 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 20 mei 1999 tot en met 1 maart 2000, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo, meermalen, althans eenmaal (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarige bediende/ondergeschikte, te weten [Slachtoffer 2], geboren op [Geboortedatum], immers heeft verdachte (telkens)in het kruis van die [Slachtoffer 2] gegrepen en/of de penis en/of de billen van die [Slachtoffer 2] vastgepakt en/of betast en/of die [Slachtoffer 2] afgetrokken;
4.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 12 september 1997 tot en met 11 september 2001, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in Nederland, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [Slachtoffer 3] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 3], hebbende verdachte (telkens)
-de penis van die [Slachtoffer 3] betast en/of vastgepakt en/of die [Slachtoffer 3] afgetrokken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 3] in de mond genomen en/of
-zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis in de anus van die [Slachtoffer 3] geduwd/gebracht en/of
-zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 3] geduwd/gebracht en/of
-zich door die [Slachtoffer 3] laten aftrekken en/of
-die [Slachtoffer 3] zijn penis in de anus van hem, verdachte, laten duwen/brengen en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
-bovengenoemde handeling(en) (telkens) onverwacht en/of onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
-die [Slachtoffer 3] (telkens) geld en/of goederen en/of diensten in het vooruitzicht heeft gesteld en/of ter beschikking heeft gesteld en/of heeft doen toekomen en/of
-een of meermalen bovengenoemde handelingen heeft gefilmd en/of
-(telkens) gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 3] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en/of
-met de ouder(s) van die [Slachtoffer 3] een (vertrouwens)band heeft opgebouwd en/of (daarmee) de (vertrouwelijke) relatie van die [Slachtoffer 3] met zijn ouder(s) heeft verstoord en/of (aldus) (telkens) gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en/of lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 3] had en/of (aldus) voor die [Slachtoffer 3] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 4 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 12 september 1997 tot en met 11 september 2001, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in Nederland, met [Slachtoffer 3] (geboren op [Geboortedatum]), die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 3], hebbende verdachte (telkens)
-de penis van die [Slachtoffer 3] betast en/of vastgepakt en/of die [Slachtoffer 3] afgetrokken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 3] in de mond genomen en/of
-zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis in de anus van die [Slachtoffer 3] geduwd/gebracht en/of
-zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 3] geduwd/gebracht en/of
-zich door die [Slachtoffer 3] laten aftrekken en/of
-die [Slachtoffer 3] zijn penis in de anus van hem, verdachte, laten duwen/brengen;
5.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 12 september 2001 tot en met 30 oktober 2002, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in Nederland, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [Slachtoffer 3] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 3], hebbende verdachte (telkens)
-de penis van die [Slachtoffer 3] betast en/of vastgepakt en/of die [Slachtoffer 3] afgetrokken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 3] in de mond genomen en/of
-zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis in de anus van die [Slachtoffer 3] geduwd/gebracht en/of
-zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 3] geduwd/gebracht en/of
-zich door die [Slachtoffer 3] laten aftrekken en/of
-die [Slachtoffer 3] zijn penis in de anus van hem, verdachte, heeft laten duwen/brengen en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
-bovengenoemde handeling(en) (telkens) onverwacht en/of onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
-die [Slachtoffer 3] (telkens) geld en/of goederen en/of diensten in het vooruitzicht heeft gesteld en/of ter beschikking heeft gesteld en/of heeft doen toekomen en/of
-een of meermalen bovengenoemde handelingen heeft gefilmd en/of
-(telkens) gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 3] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en/of
-met de ouder(s) van die [Slachtoffer 3] een (vertrouwens)band heeft opgebouwd en/of (daarmee) de (vertrouwelijke) relatie van die [Slachtoffer 3] met zijn ouder(s) heeft verstoord en/of (aldus) (telkens) gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en/of lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 3] had en/of (aldus) voor die [Slachtoffer 3] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 5 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 12 september 2001 tot en met 30 oktober 2002, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in Nederland, meermalen, althans eenmaal (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarige bediende/ondergeschikte, te weten [Slachtoffer 3], geboren op geboren op [Geboortedatum], immers heeft hij (telkens)
-de penis van die [Slachtoffer 3] betast en/of vastgepakt en/of die [Slachtoffer 3] afgetrokken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 3] in de mond genomen en/of
-zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis in de anus van die [Slachtoffer 3] geduwd/gebracht en/of
-zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 3] geduwd/gebracht en/of
-zich door die [Slachtoffer 3] laten aftrekken
-die [Slachtoffer 3] zijn penis in de anus van hem verdachte heeft laten duwen/brengen;
6.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2000 tot en met 12 oktober 2001, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo, meermalen, althans eenmaal (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [Slachtoffer 1] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het (telkens) vastpakken en/of betasten van de penis van die [Slachtoffer 1] en/of het aftrekken van die [Slachtoffer 1] en/of het in de mond nemen van de penis van die [Slachtoffer 1] en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
-bovengenoemde handeling(en) (telkens) onverwacht en/of onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
-die [Slachtoffer 1] geld en/of goederen en/of diensten in het vooruitzicht heeft gesteld en/of ter beschikking heeft gesteld en/of heeft doen toekomen en/of
-een of meermalen bovengenoemde handelingen heeft gefilmd en/of
-(telkens) gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 1] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en/of
-met de ouder(s) van die [Slachtoffer 1] een (vertrouwens)band heeft opgebouwd en/of (daarmee) de (vertrouwelijke) relatie van die [Slachtoffer 1] met zijn ouder(s) heeft verstoord en/of (aldus) (telkens) gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en/of lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 1] had en/of (aldus) voor die
[Slachtoffer 1] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 6 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2000 tot en met 12 oktober 2001, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo, meermalen, althans eenmaal (telkens) met [Slachtoffer 1] (geboren op [Geboortedatum]), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, bestaande uit het (telkens) vastpakken en/of betasten van de penis van die [Slachtoffer 1] en/of het aftrekken van die [Slachtoffer 1] en/of het in de mond nemen van de penis van die [Slachtoffer 1];
7.
hij in of omstreeks de periode van 13 oktober 2001 tot en met 1 december 2002, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo, meermalen, althans eenmaal (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [Slachtoffer 1] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het (telkens) vastpakken en/of betasten van de penis van die [Slachtoffer 1] en/of het aftrekken van die [Slachtoffer 1] en/of het in de mond nemen van de penis van die [Slachtoffer 1] en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte (telkens)
-bovengenoemde handeling(en) (telkens) onverwacht en/of onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
-die [Slachtoffer 1] (telkens) geld en/of goederen en/of diensten in het vooruitzicht heeft gesteld en/of ter beschikking heeft gesteld en/of heeft doen toekomen en/of
-een of meermalen bovengenoemde handelingen heeft gefilmd en/of
-(telkens) gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 1] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en/of -met de ouder(s) van die [Slachtoffer 1] een (vertrouwens)band heeft opgebouwd en/of (daarmee) de (vertrouwelijke) relatie van die [Slachtoffer 1] met zijn ouder(s)heeft verstoord en/of (aldus) (telkens) gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en/of lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 1] had en/of (aldus) voor die [Slachtoffer 1] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 7 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 13 oktober 2001 tot en met 1 december 2002, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo, meermalen, althans eenmaal (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarige bediende/ondergeschikte, te weten [Slachtoffer 1], geboren op [Geboortedatum], immers heeft hij, verdachte, (telkens) de penis van die [Slachtoffer 1] vastgepakt en/of betast en/of die [Slachtoffer 1] afgetrokken en/of de penis van die [Slachtoffer 1] in de mond genomen;
8.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 1995 tot en met 27 juni 1997, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in Nederland, meermalen, althans eenmaal (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [Slachtoffer 4] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 4], hebbende verdachte (telkens)
-de penis van die [Slachtoffer 4] betast en/of vastgepakt en/of die [Slachtoffer 4] afgetrokken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 4] in de mond genomen en/of
-zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis in de anus van die [Slachtoffer 4] geduwd/gebracht en/of
-zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 4] geduwd/gebracht en/of
-zich door die [Slachtoffer 4] laten aftrekken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 4] in zijn, verdachtes, anus geduwd/gebracht en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
-bovengenoemde handeling(en) (telkens) onverwacht en/of onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
-die [Slachtoffer 4] (telkens) geld en/of goederen en/of diensten in het vooruitzicht heeft gesteld en/of ter beschikking heeft gesteld en/of heeft doen toekomen en/of
-(telkens) gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 4] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en/of
-met de ouder(s) van die [Slachtoffer 4] een (vertrouwens)band heeft opgebouwd en/of (daarmee) de (vertrouwelijke) relatie van die [Slachtoffer 4] met zijn ouder(s) heeft verstoord en/of (aldus) (telkens) gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en/of lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 4] had en/of (aldus) voor die [Slachtoffer 4] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 8 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 1995 tot en met 27 juni 1997, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo, meermalen, althans eenmaal, met [Slachtoffer 4] (geboren op [Geboortedatum]), die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, (telkens) een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 4], hebbende verdachte (telkens)
-de penis van die [Slachtoffer 4] betast en/of vastgepakt en/of die [Slachtoffer 4] afgetrokken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 4] in de mond genomen en/of
-zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis in de anus van die [Slachtoffer 4] geduwd/gebracht en/of
-zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 4] geduwd/gebracht en/of
-zich door die [Slachtoffer 4] laten aftrekken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 4] in zijn, verdachtes, anus geduwd/gebracht;
9.
hij in of omstreeks de periode van 28 juni 1997 tot en met 1 november 2001, in de gemeente [Woonplaats] en/althans (elders) in Nederland en/of de Verenigde Staten, meermalen, althans eenmaal (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [Slachtoffer 4] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 4], hebbende verdachte (telkens)
-de penis van die [Slachtoffer 4] betast en/of vastgepakt en/of die [Slachtoffer 4] afgetrokken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 4] in de mond genomen en/of
-zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis in de anus van die [Slachtoffer 4] geduwd/gebracht en/of
-zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 4] geduwd/gebracht en/of
-zich door die [Slachtoffer 4] laten aftrekken en/of
-de penis van die [Slachtoffer 4] in zijn, verdachtes, anus geduwd/gebracht en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte (telkens)
-bovengenoemde handeling(en) (telkens) onverwacht en/of onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
-die [Slachtoffer 4] (telkens) geld en/of goederen en/of diensten in het vooruitzicht heeft gesteld en/of ter beschikking heeft gesteld en/of heeft doen toekomen en/of
-de ruimte waarin hij, verdachte en/of die [Slachtoffer 4] zich bevonden, heeft afgesloten en/of
-(telkens) gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 4] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en/of
-met de ouder(s) van die [Slachtoffer 4] een (vertrouwens)band heeft opgebouwd en/of (daarmee) de (vertrouwelijke) relatie van die [Slachtoffer 4] met zijn ouder(s) heeft verstoord en/of (aldus) (telkens) gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en/of lichamelijk
overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 4] had en/of (aldus) voor die [Slachtoffer 4] (telkens) een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
10.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2001 tot en met 30 september 2002 te [Woonplaats] en althans (elders) in het arrondissement Almelo en/althans (elders) in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) een of meer afbeelding(en), te weten
- een of meerdere foto('s) en/of
- een of meerdere foto-negatief/foto-negatieven en/of
meermalen, althans eenmaal, (telkens) een of meer gegevensdrager(s), te weten
- een of meerdere videoband(en) en/of
- een of meerdere computerbestand(en) en/of
- een of meerdere CD-Rom(s), (telkens) bevattende een of meerdere afbeelding(en) van (een) seksuele gedraging(en), heeft verspreid en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of uitgevoerd en/of in voorraad heeft gehad, bij welke vorenbedoelde afbeelding(en) (telkens) iemand die kennelijk de leeftijd van zestien jaar nog niet had bereikt, is betrokken, welke seksuele gedraging(en) (onder meer) bestond(en) uit
- twee jongens die aan elkaars piemel trekken en/of
- een volwassen man (verdachte) die met zijn vinger(s) en/of stijve piemel binnendringt in de anus van een jongen en/of
- een jongen die met zijn stijve piemel binnendringt in de anus van een
volwassen man (verdachte) en/of
- een volwassen man (verdachte) en een jongen die elkaar pijpen en/of
- een volwassen man (verdachte) en een jongen die elkaar aftrekken, van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft/hebben gemaakt;
11.
hij in of omstreeks de periode van 1 oktober 2002 tot en met 9 december 2002, te [Woonplaats] en/althans (elders) in het arrondissement Almelo en/althans (elders) in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) een of meer afbeelding(en), te weten
- een of meerdere foto('s) en/of
- een of meerdere foto-negatief/foto-negatieven
en/of meermalen, althans eenmaal, (telkens) een of meer gegevensdrager(s), te weten
- een of meerdere videoband(en) en/of
- een of meerdere computerbestand(en) en/of
- een of meerdere CD-Rom(s), (telkens) bevattende één of meer afbeeldingen van seksuele gedragingen heeft verspreid en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of uitgevoerd en/of in bezit heeft gehad, bij welke vorenbedoelde afbeelding(en) (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke seksuele gedraging(en) (onder meer) bestonden uit
- twee jongens die aan elkaar piemel trekken en/of
- een volwassen man (verdachte) die met zijn vinger(s) en/of stijve piemel binnendringt in de anus van een jongen en/of
- een jongen die met zijn stijve piemel binnendringt in de anus van een volwassen man (verdachte) en/of
- een volwassen man (verdachte) en een jongen die elkaar pijpen en/of
- een volwassen man (verdachte) en een jongen die elkaar aftrekken, van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt;
Gezien de stukken;
Gelet op het onderzoek ter terechtzitting;
Gehoord de vordering van de officier van justitie;
Gelet op de verdediging door en namens verdachte gevoerd;
De rechtbank heeft de in de tenlastelegging begane kennelijke schrijffouten verbeterd, in de bewezenverklaring. Verdachte wordt daardoor in zijn verdediging niet geschaad.
De raadsman van verdachte concludeert ter terechtzitting tot niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie in haar recht tot strafvervolging ten aanzien van de vorenstaande feiten voor zover zij dienen te worden aangemerkt als klachtdelict, zulks in verband met het ontbreken danwel het niet op rechtmatige wijze doen van die klacht.
De raadsman concludeert tevens tot niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie in haar recht tot strafvervolging voor wat betreft het sub 11 tenlastegelegde, nu het zijns inziens dezelfde feiten betreffen als onder sub 10 zijn tenlastegelegd.
De rechtbank overweegt met betrekking tot het verweer dat een klacht van de slachtoffers ontbreekt het volgende. Gebleken is dat de slachtoffers, voor zoverre deze op het onderhavige verweer betrekking hebben, ten tijde van hun aangifte, tot het indienen van een klacht gerechtigd waren en de bedoeling hadden dat een vervolging tegen verdachte zou worden ingesteld, op grond waarvan het bestaan van een klacht kan worden aangenomen. Met betrekking tot het verweer dat de klacht niet tegenover de daartoe bevoegde persoon is gedaan overweegt de rechtbank dat, in tegenstelling tot de wettelijke voorschriften dienaangaande, inderdaad klacht is gedaan tegenover een ander dan de hulpofficier van justitie. Dit impliceert echter niet dat dit moet leiden tot niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie in haar recht tot strafvervolging. Nu buiten twijfel staat dat de tot klacht gerechtigden een klacht hebben willen indienen en het verzuim niet aan klagers maar aan de opsporende en vervolgende instanties is toe te rekenen, staat dit verzuim niet aan vervolging in de weg. Het verweer wordt derhalve verworpen.
De rechtbank overweegt dat het verweer met betrekking tot de niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie terzake het sub 11 tenlastegelegde feit eveneens dient te worden verworpen.
Van eenzelfde feitencomplex als onder sub 10 aan verdachte is tenlastegelegd is geen sprake, aangezien een andere periode ten laste is gelegd, waarbij de officier van justitie terecht rekening heeft gehouden met een wetswijziging van 1 oktober 2002, waarbij de leeftijdsgrens die gesteld wordt in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht is verhoogd van zestien naar achttien jaar.
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan verdachte sub 2 primair, 3 primair en 7 primair is tenlastegelegd, zodat hij daarvan behoort te worden vrijgesproken. Met name is niet bewezen dat verdachte dwang heeft toegepast teneinde de slachtoffers te bewegen tot het dulden van de ontuchtige handelingen. In de betreffende tenlasteleggingen is onvoldoende beschreven waaruit die dwang zou hebben bestaan.
De rechtbank is door de inhoud van vorenstaande bewijsmiddelen, waarop na te melden beslissing steunt, tot de overtuiging gekomen en acht wettig bewezen dat verdachte het sub 1, 2 subsidiair, 3 subsidiair, 4 primair, 5 primair, 6 primair,
7 subsidiair, 8 primair, 9, 10 en 11 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij in de periode van 1 mei 1990 tot en met 1 september 1992, in de gemeente [Woonplaats], met [Slachtoffer 1] , geboren op [Geboortedatum], die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, hierin bestaande dat verdachte
- de penis van die [Slachtoffer 1] heeft betast en gestreeld en
- met zijn, verdachtes, penis tegen de anus van die [Slachtoffer 1] heeft geduwd;
2.
hij in de periode van 1 februari 1998 tot en met 19 mei 1999, in de gemeente [Woonplaats], meermalen telkens met [Slachtoffer 2], geboren op [Geboortedatum], die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande uit het telkens grijpen in het kruis van die [Slachtoffer 2] en het betasten en vastpakken van de penis van die [Slachtoffer 2];
3.
hij in de periode van 20 mei 1999 tot en met 1 maart 2000, in de gemeente [Woonplaats] en elders in het arrondissement Almelo, meermalen telkens ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarige bediende/ondergeschikte, te weten [Slachtoffer 2], geboren op [Geboortedatum], immers heeft verdachte telkens in het kruis van die [Slachtoffer 2] gegrepen en de penis en de billen van die [Slachtoffer 2] vastgepakt en betast en die [Slachtoffer 2] afgetrokken;
4.
hij op tijdstippen in de periode van 12 september 1997 tot en met 11 september 2001, in de gemeente [Woonplaats], door feitelijkheden [Slachtoffer 3] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 3], hebbende verdachte
- de penis van die [Slachtoffer 3] betast en vastgepakt en die [Slachtoffer 3] afgetrokken en
- de penis van die [Slachtoffer 3] in de mond genomen en
- zijn, verdachtes, vingers en penis in de anus van die [Slachtoffer 3] gebracht en
- zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 3] gebracht en
- zich door die [Slachtoffer 3] laten aftrekken en
- die [Slachtoffer 3] zijn penis in de anus van hem, verdachte, laten brengen en bestaande die feitelijkheden hierin dat verdachte
- bovengenoemde handelingen telkens onverhoeds heeft uitgevoerd en
- die [Slachtoffer 3] telkens goederen en diensten ter beschikking heeft gesteld en
- meermalen bovengenoemde handelingen heeft gefilmd en
- telkens gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 3] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en
- met de ouders van die [Slachtoffer 3] een vertrouwensband heeft opgebouwd en de vertrouwelijke relatie van die [Slachtoffer 3] met zijn ouders heeft verstoord en telkens gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 3] had;
5.
hij op tijdstippen in de periode van 12 september 2001 tot en met 30 oktober 2002, in de gemeente [Woonplaats], door feitelijkheden [Slachtoffer 3] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 3], hebbende verdachte
- de penis van die [Slachtoffer 3] betast en vastgepakt en die [Slachtoffer 3] afgetrokken en
- de penis van die [Slachtoffer 3] in de mond genomen en
- zijn, verdachtes, penis in de anus van die [Slachtoffer 3] gebracht en
- zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 3] gebracht en
- zich door die [Slachtoffer 3] laten aftrekken en
- die [Slachtoffer 3] zijn penis in de anus van hem, verdachte, heeft laten brengen en bestaande die feitelijkheden hierin dat verdachte
- bovengenoemde handelingen telkens onverhoeds heeft uitgevoerd en
- die [Slachtoffer 3] telkens goederen en diensten ter beschikking heeft gesteld en
- meermalen bovengenoemde handelingen heeft gefilmd en
- telkens gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 3] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en
- met de ouders van die [Slachtoffer 3] een vertrouwensband heeft opgebouwd en de vertrouwelijke relatie van die [Slachtoffer 3] met zijn ouders heeft verstoord en telkens gebruik heeft gemaakt van het geestelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 3] had;
6.
hij in de periode van 1 januari 2000 tot en met 12 oktober 2001, in de gemeente [Woonplaats] en elders in het arrondissement Almelo, meermalen, telkens door feitelijkheden [Slachtoffer 1] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het dulden van ontuchtige handelingen, bestaande uit het telkens vastpakken en betasten van de penis van die [Slachtoffer 1] en het aftrekken van die [Slachtoffer 1] en het in de mond nemen van de penis van die [Slachtoffer 1] en bestaande die feitelijkheden hierin dat verdachte
- bovengenoemde handelingen telkens onverhoeds heeft uitgevoerd en
- die [Slachtoffer 1] goederen en diensten ter beschikking heeft gesteld en heeft doen toekomen en/of
- bovengenoemde handelingen heeft gefilmd en
- telkens gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 1] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en telkens gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 1] had;
7.
hij in de periode van 13 oktober 2001 tot en met 1 december 2002, in de gemeente [Woonplaats], meermalen, ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarige bediende/ondergeschikte, te weten [Slachtoffer 1], geboren op [Geboortedatum], immers heeft hij, verdachte, telkens de penis van die [Slachtoffer 1] vastgepakt en betast;
8.
hij in de periode van 1 januari 1995 tot en met 27 juni 1997, in de gemeente [Woonplaats] en elders in Nederland, meermalen, telkens door feitelijkheden [Slachtoffer 4] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 4], hebbende verdachte
- de penis van die [Slachtoffer 4] betast en vastgepakt en die [Slachtoffer 4] afgetrokken en
- de penis van die [Slachtoffer 4] in de mond genomen en
- zijn, verdachtes, penis in de anus van die [Slachtoffer 4] gebracht en
- zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 4] gebracht en
- zich door die [Slachtoffer 4] laten aftrekken en bestaande die feitelijkheden hierin dat verdachte
- bovengenoemde handelingen telkens onverhoeds heeft uitgevoerd en
- die [Slachtoffer 4] telkens goederen en diensten ter beschikking heeft gesteld en heeft doen toekomen en
- telkens gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 4] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en
-met de ouders van die [Slachtoffer 4] een vertrouwensband heeft opgebouwd en de vertrouwelijke relatie van die [Slachtoffer 4] met zijn ouders heeft verstoord en telkens gebruik heeft gemaakt van het geestelijk en lichamelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 4] had;
9.
hij in de periode van 28 juni 1997 tot en met 1 november 2001, in de gemeente [Woonplaats] en elders in Nederland en de Verenigde Staten, meermalen, telkens door feitelijkheden [Slachtoffer 4] (geboren op [Geboortedatum]) heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [Slachtoffer 4], hebbende verdachte
- de penis van die [Slachtoffer 4] betast en vastgepakt en die [Slachtoffer 4] afgetrokken en
- de penis van die [Slachtoffer 4] in de mond genomen en
- zijn, verdachtes, penis in de anus van die [Slachtoffer 4] geduwd en
- zijn, verdachtes, penis in de mond van die [Slachtoffer 4] gebracht en
- zich door die [Slachtoffer 4] laten aftrekken en
- de penis van die [Slachtoffer 4] in zijn, verdachtes, anus geduwd en bestaande die feitelijkheden hierin dat verdachte
- bovengenoemde handelingen telkens onverhoeds heeft uitgevoerd en
- die [Slachtoffer 4] goederen en diensten ter beschikking heeft gesteld en heeft doen toekomen en
- telkens gebruik heeft gemaakt van de omstandigheid dat die [Slachtoffer 4] in genoemde periode werkzaam voor hem, verdachte, was en
- met de ouders van die [Slachtoffer 4] een vertrouwensband heeft opgebouwd en de vertrouwelijke relatie van die [Slachtoffer 4] met zijn ouders heeft verstoord en telkens gebruik heeft gemaakt van het geestelijk overwicht dat hij, verdachte, op die [Slachtoffer 4] had;
10.
hij in de periode van 1 januari 2001 tot en met 30 september 2002 te [Woonplaats]
meermalen, telkens gegevensdragers, te weten
- videobanden telkens bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen, heeft vervaardigd en in voorraad heeft gehad, bij welke vorenbedoelde afbeeldingen telkens iemand die kennelijk de leeftijd van zestien jaar nog niet had bereikt, is betrokken, welke seksuele gedragingen onder meer bestonden uit
- twee jongens die aan elkaars piemel trekken en
- een volwassen man (verdachte) die met zijn vinger en stijve piemel binnendringt in de anus van een jongen en
- een jongen die met zijn stijve piemel binnendringt in de anus van een
volwassen man (verdachte) en
- een volwassen man (verdachte) en een jongen die elkaar pijpen en
- een volwassen man (verdachte) en een jongen die elkaar aftrekken, van welke misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt;
11.
hij in de periode van 1 oktober 2002 tot en met 9 december 2002, te [Woonplaats], meermalen, een gegevensdrager, te weten
- een videoband, bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen heeft vervaardigd en in bezit heeft gehad, bij welke vorenbedoelde afbeeldingen een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken, welke seksuele gedragingen onder meer bestonden uit
- een volwassen man (verdachte) die met zijn stijve piemel binnendringt in de anus van een jongen en
- een jongen die met zijn stijve piemel binnendringt in de anus van een volwassen man (verdachte) en
- een volwassen man (verdachte) en een jongen die elkaar pijpen en
- een volwassen man (verdachte) en een jongen die elkaar aftrekken;
Tot deze beslissing geven reden de in die bewijsmiddelen voorkomende feiten en omstandigheden, waarbij de inhoud van die bewijsmiddelen telkens alleen is gebezigd tot bewijs van het tenlastegelegde feit, waarop deze inhoud in het bijzonder betrekking heeft.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte sub 1, 2 subsidiair, 3 subsidiair, 4 primair, 5 primair, 6 primair, 7 subsidiair, 8 primair, 9, 10 en 11 meer of anders is tenlastegelegd, zodat hij daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Het bewezen verklaarde levert op:
wat betreft sub 1, het misdrijf:
"Met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen",
strafbaar gesteld bij artikel 247 van het Wetboek van Strafrecht;
en wat betreft sub 2 subsidiair, het misdrijf:
"Met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen",
strafbaar gesteld bij artikel 247 van het Wetboek van Strafrecht, meermalen gepleegd;
en wat betreft sub 3 subsidiair en 7 subsidiair, telkens het misdrijf:
"Ontucht plegen met zijn minderjarige bediende of ondergeschikte",
strafbaar gesteld bij artikel 249 van het Wetboek van Strafrecht, telkens meermalen gepleegd;
en wat betreft sub 4 primair, 5 primair, 8 primair en 9, telkens het misdrijf:
"Verkrachting",
strafbaar gesteld bij artikel 242 van het Wetboek van Strafrecht, telkens meermalen gepleegd;
en wat betreft sub 6 primair, het misdrijf:
"Feitelijke aanranding van de eerbaarheid",
strafbaar gesteld bij artikel 246 van het Wetboek van Strafrecht, meermalen gepleegd;
en wat betreft sub 10 primair, het misdrijf:
"Een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van zestien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, vervaardigen en in voorraad hebben, terwijl hij, verdachte, hiervan een gewoonte maakt",
strafbaar gesteld bij artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht, meermalen gepleegd;
en wat betreft sub 11 primair, het misdrijf:
"Een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, vervaardigen en in voorraad hebben",
strafbaar gesteld bij artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht;
De verdachte is strafbaar, aangezien niet is gebleken van een zijn strafbaarheid uitsluitende omstandigheid.
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte, terzake 1, 2 t/m 8 telkens het primaire, 9, 10 en 11 wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 7 jaren met aftrek, met toewijzing van de civiele vorderingen van [Slachtoffer 1]., [Slachtoffer 4], [Slachtoffer 2], en [Slachtoffer 3] en oplegging daarbij van de zogenaamde Terwee-maatregel, alsmede ontrekking aan het verkeer van de inbeslaggenomen goederen.
De rechtbank overweegt wat de straf betreft, dat op grond van de aard van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd en de persoon van verdachte, zoals één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, aan verdachte de straf en maatregelen behoren te worden opgelegd, zoals deze hierna zullen worden bepaald, waarbij nog het volgende is overwogen:
Verdachte heeft zich, gedurende een lange periode, schuldig gemaakt aan het seksueel misbruiken van minderjarige jongeren. Hij heeft daarbij misbruik gemaakt van zijn geestelijk en lichamelijk overwicht over die jongens, die in een -gelet op verdachtes hoedanigheid als werkgever van de jongens- afhankelijke positie van hem verkeerden. Verdachte heeft verschillende seksuele handelingen, ook zonder medeweten van de jongens, met een videocamera opgenomen. Daarbij heeft verdachte bij enkele slachtoffers ook nog eens de relatie van deze jongens met hun ouders verstoord zodat zij geen enkele vertrouwenspersoon meer hadden om op terug te vallen. Door deze geraffineerde en manipulatieve werkwijze zagen de slachtoffers lange tijd geen mogelijkheid zich te onttrekken aan de handelingen van verdachte. Door bovenstaande handelingen heeft verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op de geestelijke en lichamelijke integriteit van de slachtoffers, die, naar de ervaring leert, daar mogelijk nog lange tijd emotionele schade van zullen ondervinden. Verdachte heeft hierbij uitsluitend zijn eigen seksuele verlangens voor ogen gehad en er geen rekening mee gehouden dat de jongens door zijn handelingen later in psychische nood zouden kunnen geraken en problemen zouden kunnen krijgen bij het opbouwen van een normale seksuele relatie. Elke suggestie van verdachte dat de slachtoffers door hun eigen gedrag medeverantwoordelijk zouden zijn voor het gebeuren, wordt door de rechtbank met klem verworpen en houdt een grove miskenning in van de verantwoordelijkheden van een volwassene jegens een minderjarige.
Gelet op de ernst van de feiten is, naar het oordeel van de rechtbank, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur thans de meest passende straf. De rechtbank ziet geen mogelijkheid tot het opleggen van een deels voorwaardelijke straf met daaraan gekoppeld een bijzondere voorwaarde, inhoudende een verplichte behandeling van verdachte, nu de aanwezige rapportages onvoldoende aanknopingspunten geven voor een dergelijke behandeling van verdachte.
Civiele vorderingen
De rechtbank overweegt verder, dat [Slachtoffer 2], [Slachtoffer 3], [Slachtoffer 1] en [Slachtoffer 4], allen wonende te [Woonplaats], zich respectievelijk terzake sub 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en 9 via het in artikel 51b van het Wetboek van Strafvordering voorgeschreven formulier ter terechtzitting als benadeelde partijen hebben gevoegd in het strafproces, en op de voet van artikel 51b van het Wetboek van Strafvordering opgave hebben gedaan van de vorderingen tot schadevergoeding als benadeelde partijen, allen tot een totaalbedrag van
e 1.500,=, bestaande uit immateriële schade.
Naar het oordeel van de rechtbank is komen vast te staan dat aan de benadeelde partijen rechtstreeks schade is toegebracht door het bewezenverklaarde, zulks op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen ter terechtzitting met betrekking tot de vorderingen is gebleken.
Met betrekking tot de hoogte van deze schades overweegt de rechtbank dat, nu niet middels deskundige en medische attesten is onderbouwd hoe groot de psychische schade voor de slachtoffers is en hoe de slachtoffers zich psychisch gezien in de toekomst zullen ontwikkelen, de immateriële schade thans niet kan worden vastgesteld. Wel oordeelt de rechtbank dat deze immateriële schade reeds thans gewaardeerd dient te worden op tenminste e 1.500,=. De rechtbank veroordeelt verdachte derhalve tot betaling van telkens dat bedrag aan [Slachtoffer 2], [Slachtoffer 3], [Slachtoffer 1] en [Slachtoffer 4] De rechtbank zal hierbij telkens de maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen, aangezien de verdachte jegens de slachtoffers naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schades die door de feiten zijn toegebracht.
De rechtbank is van oordeel dat de inbeslaggenomen voorwerpen, vatbaar zijn voor onttrekking aan het verkeer, aangezien met betrekking tot deze voorwerpen strafbare feiten zijn begaan en zij van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in de handen van deze verdachte in strijd is met de wet of het algemeen belang.
De na te melden straf en maatregelen zijn gegrond, behalve op voormelde artikelen, op de artikelen 5, 10, 27, 36b, 36c, 36f en 57 van het Wetboek van Strafrecht.
R E C H T D O E N D E:
Verklaart de officier van justitie ontvankelijk in haar recht tot strafvervolging.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte sub 2 primair, 3 primair en 7 primair is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij.
Verklaart bewezen, dat het sub 1, 2 subsidiair, 3 subsidiair, 4 primair, 5 primair, 6 primair, 7 subsidiair, 8 primair, 9, 10 en 11 tenlastegelegde zoals boven omschreven door verdachte is begaan.
Verstaat, dat het aldus bewezen verklaarde oplevert de strafbare feiten zoals hierboven vermeld.
Verklaart verdachte strafbaar.
Veroordeelt verdachte ter zake daarvan tot een gevangenisstraf voor de tijd van
4 jaren.
Beveelt dat de tijd, die de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
Verklaart onttrokken aan het verkeer de goederen vermeld op de aan dit vonnis gehechte lijst van inbeslaggenomen goederen.
Veroordeelt verdachte, terzake van de bewezen feiten 2 subsidiair, 3 subsidiair, 4 primair, 5 primair, 6 primair, 7 subsidiair, 8 primair, en 9 tot betaling aan de benadeelde partijen [Slachtoffer 2], [Slachtoffer 3], [Slachtoffer 1] en [Slachtoffer 4] telkens van een bedrag groot: e 1.500,= (zegge: vijftienhonderd euro). Veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partijen gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering.
Legt de maatregelen op dat veroordeelde verplicht is ter zake van de bewezen verklaarde feiten 2 subsidiair, 3 subsidiair, 4 primair, 5 primair, 6 primair, 7 subsidiair, 8 primair en 9 tot betaling aan de Staat der Nederlanden van telkens een bedrag groot e 1.500,= ten behoeve van de benadeelden [Slachtoffer 2], [Slachtoffer 3], [Slachtoffer 1] en [Slachtoffer 4], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van de verschuldigde bedragen volgt, dat telkens vervangende hechtenis voor de tijd van 30 dagen zal worden toegepast. Verstaat dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoelde bedragen daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partijen de bedragen te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partijen de verschuldigde bedragen heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van die bedragen komt te vervallen.
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte sub 1, 2 subsidiair, 3 subsidiair,
4 primair, 5 primair, 6 primair, 7 subsidiair, 8 primair en 9, 10 en 11 meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij;
Aldus gewezen door mr. Rikken, voorzitter, mr. Bloebaum en mr. Wentink, rechters, in tegenwoordigheid van mr. Mol, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op 1 april 2003.