
Jurisprudentie
AB1802
Datum uitspraak2001-05-16
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Breda
Zaaknummers00/3545
Statusgepubliceerd
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Breda
Zaaknummers00/3545
Statusgepubliceerd
Uitspraak
KANTONGERECHT TE BERGEN OP ZOOM
VONNIS
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GARAGE MUSTERD B.V., gevestigd te Made, tevens kantoorhou-dende te Roosendaal,
opposante,
gemachtigde: mr. C.J. Spitters te Breda,
rolgemachtigde: deurwaarderskantoor Timmermans & Verdult te Bergen op Zoom,
tegen:
de naamloze vennootschap FINATA BANK N.V., gevestigd en kantoorhoudende te Utrecht,
geopposeerde,
gemachtigde: deurwaarderskantoor Timmermans & Verdult te
Bergen op Zoom.
Partijen zullen hierna "Garage Musterd" respectievelijk "Finata Bank" worden genoemd.
1. Het verloop van de procedure.
Dit blijkt uit de navolgende stukken:
in oppositie:
- de verzetdagvaarding van 30 november 2000;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek.
2. Het geschil.
In oppositie:
Garage Musterd vordert dat het tussen partijen gewezen vonnis van de kantonrechter te
Bergen op Zoom van 4 oktober 2000, tussen partijen gewezen onder zaaknummer 172985/cv expl.
00-2497, waarvan verzet, zal worden vernietigd en dat, opnieuw rechtdoende, de oorspronkelijke vordering van Finata Bank zal worden afgewezen, kosten rechtens.
Rolnr,: 00/3545 -2-
3. De beoordeling.
In oppositie:
3.1 Aangenomen wordt dat Garage Musterd tijdig en op de juiste wijze in verzet is gekomen, nu het tegendeel gesteld noch gebleken is.
3.2 Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende betwist, dan wel blijkens de niet betwiste inhoud van de producties, wordt van het volgende uitgegaan:
a. Op 15 april 1999 is bij akte een huurkoopovereenkomst gesloten tussen
Garage Musterd (in de akte aangeduid als leverancier), Finata Bank (in de akte aangeduid als bank) en [kredietnemers] (in de akte aangeduid als kredietnemer, hierna ook kredietnemers te noemen). Kredietnemers kochten daarbij van
Garage Musterd een auto, Citroën Xantia, kenteken [kenteken] voor de prijs van f. 20.2-50,--, waarvan f. 19.000,-- werd gefinancierd door Finata Bank, waarvoor de kredietvergoe-ding f. 5.131,40 bedroeg.
b. In die overeenkomst staat onder meer vermeld:
ba. kredietnemer verklaart van leverancier te hebben gekocht in huurkoop en in goede staat te hebben ontvangen: een gebruikte personenwagen van 1995, merk Citroën (etc.);
bb. waarop door kredietnemer bij ondertekening dezes aan leverancier is voldaan
f. 1.2-50,--;
bc. terwijl het restantbedrag van f. 19.000,-- door de Bank in opdracht van kredietnemer aan leverancier wordt voldaan;
bd. leverancier draagt bij deze alle vorderingen en rechten, voorrechten en aktieen voor leverancier uit voornoemde overeenkomst voortvloeiende, alsmede het eigendomsrecht van het object, over aan de bank, welke overdracht door de bank wordt aanvaard;
be. van toepassing zijn de algemene voorwaarden kredietverlening Finata bank N.V.
11-94, blad 3 (etc.), waarvan in artikel 4 (het vrijwaringsbeding) onder meer staat vermeld:
"De leverancier verklaart dat hij tegenover kredietnemer alle verplichtingen op zich neemt welke bij verkoop à contant gelden en dat het object ten tijde van de levering in huurkoop aan kredietnemer zijn volledig en onbelast eigendom was."
c. Na ondertekening van de akte heeft Finata Bank een bedrag van f. 19.000,-- aan Garage Musterd voldaan.
d. Garage Musterd heeft de auto niet aan de kredietnemers geleverd.
e. Finata Bank heeft bij dagvaarding van 30 augustus 2000 gevorderd van zowel de kredietne-mers als van Garage Musterd dat de huurkoopovereenkomst zal worden ontbonden, dat Garage Musterd zal worden veroordeeld om f. 19.000,-- met rente aan Finata Bank te betalen en dat Garage Musterd en kredietnemers hoofdelijk zullen worden veroordeeld ten titel van schadevergoeding aan Finata Bank te betalen het bedrag van f. 5.131,40.
f. Bij vonnis van 4 oktober 2000 zijn Garage Musterd en kredietnemers bij verstek veroor-deeld conform de in de dagvaarding geformuleerde vordering.
3.3 Finata Bank baseerde haar oorspronkelijke vordering, onder overlegging van de huurkoop-overeen-komst en de algemene voorwaarden op de hiervoor onder 3.2 a, c en d vermelde feiten en op de stelling, voor zover het Garage Musterd betreft, dat Garage Musterd toereken-baar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichting uit hoofde van de overeenkomst door de auto niet te leveren, zodat Garage Musterd in verzuim is, op grond waarvan zij ontbinding vordert en vergoeding van de schade, zijnde de misgelopen kredietvergoeding, die zij als gevolg van de ontbinding lijdt.
3.4 Garage Musterd voert het volgende aan:
a. Het bleek niet mogelijk het kentekenbewijs van de auto op naam van de kopers te stellen, zodat zij niet in staat was de auto te leveren, welke tekortkoming haar niet kan worden toegerekend.
b. De kopers zijn in schuldeisersverzuim geraakt, zodat zij gerechtigd is haar verplich-ting tot levering op te schorten.
c. Zij heeft uiteindelijk de koopovereenkomst ter zake de Citroën ontbonden, waarna zij de auto voor f. 15.350,- heeft verkocht. De schade van f. 20.250,-- minus
f. 15.350,-- is f. 4.900,-- komt volledig voor rekening van kopers.
d. Het bedrag van f. 1.250,-- dat kopers zouden betalen, is nooit aan haar voldaan.
e. Zij heeft naast de deelbetaling van Finata Bank de verkoopprijs ontvangen, in totaal f. 34.500,--, zodat zij, na aftrek van de waarde van de auto per 15 april 1999 in totaal f. 14.100,-- teveel heeft ontvangen.
f. Op 10 oktober 2000 heeft zij aan Finata Bank f. 14.500,-- betaald, derhalve f. 400,-- te veel.
g. Er is geen leningsovereenkomst tussen Garage Musterd en Finata Bank tot stand gekomen, noch enige andere rechtsverhouding op grond waarvan Garage Musterd nog enig bedrag aan Finata Bank dient te betalen.
h. Subsidiair betwist zij de omvang van de gevorderde schade.
3.5 Gesteld noch gebleken is dat de kredietnemers tegen voormeld verstekvonnis verzet hebben aangetekend, zodat van de in dat vonnis uitgesproken ontbinding van de huurkoopovereen-komst tussen Finata Bank en die kredietnemers wordt uitgegaan. Verder is niet betwist dat de koopovereenkomst tussen Garage Musterd en de kopers is ontbonden, zodat ook daarvan wordt uitgegaan.
Resteert de verhouding tussen Finata Bank en Garage Musterd. Volgens Garage Musterd is geen sprake van een rechtsverhouding tussen partijen, maar dat verweer gaat niet op. Uit de feiten blijkt reeds dat Garage Musterd ook jegens Finata Bank enige verplichtingen heeft uit hoofde van de overeenkomst. Gelet op de verbondenheid tussen de diverse rechtsverhoudingen van alle partijen die bij de onderhavige huurkoopovereenkomst zijn betrokken, van welke verbondenheid kennelijk ook partijen uitgaan, dient de overeenkomst ook tussen Finata Bank en Garage Musterd te worden ontbonden.
In zoverre zal het vonnis worden bekrachtigd.
3.6 Het gevolg van die ontbinding is onder meer dat op Garage Musterd de verbintenis komt te rusten het door haar van Finata Bank ontvangen bedrag aan Finata Bank terug te geven (zie daarvoor HR 23 januari 1998, NJ 1999/97). Het verweer van Garage Musterd dat zij het terug te betalen bedrag wil verminderen met haar schade gaat dus niet op. Overigens heeft zij zelf terecht reeds opgemerkt dat die schade volledig voor rekening dient te komen van de kopers, zodat haar andersluidende verweer daarmee in tegenspraak is. Bovendien heeft zij die beweerde schade deels aan zichzelf te wijten, nu enerzijds zij heeft getekend voor ontvangst van een bedrag van f. 1.250,-- van de kopers, terwijl zij thans stelt dit bedrag niet te hebben
Rolnr.: 00/3545 -4-
ontvangen en anderzijds Finata Bank onbetwist heeft gesteld dat zij nimmer op de hoogte was gesteld van de voorgenomen verkoop door Garage Musterd van de auto en dat de auto een hogere waarde vertegenwoordigde ten tijde van de verkoop dan de prijs die Garage Musterd stelt te hebben ontvangen, terwijl het toch voor de hand ligt dat Garage Musterd met Finata Bank overleg zou hebben gepleegd nadat levering van de auto niet mogelijk bleek, omdat immers het eigendomsrecht van de auto aan Finata Bank was overgedragen.
Dit betekent dat Garage Musterd aan Finata Bank het volledige bedrag van f. 19.000,-- had dienen terug te betalen, zodat ook in zoverre het vonnis, waarvan verzet, zal worden bekrachtigd.
Nu vast staat dat inmiddels f. 14.500,-- door Garage Musterd is betaald, kan dit uiteraard in mindering worden gebracht op het door haar verschuldigde.
3.7 Tot slot de vordering tot betaling van schadevergoeding. Gelet op de verbondenheid van de onderlinge rechtsverhouding tussen de bij de huurkoopovereenkomst betrokken partijen en gelet op voormeld arrest staat de mogelijkheid open dat de door Finata Bank geleden schade wordt gedragen door de partij aan wie de ontbinding valt toe te rekenen.
Volgens Finata Bank is dat Garage Musterd omdat haar verweer dat niet kon worden geleverd in verband met de onmogelijkheid van tenaamstelling van kenteken wegens openstaande boetes niet op enige wettelijke bepaling berust.
Volgens Garage Musterd kan haar geen verwijt worden gemaakt omdat zij de auto niet kon leveren, ondanks diverse pogingen daartoe te hebben ondernomen, zodat het verwijt de kopers treft.
Nu de reden van de niet-levering niet geheel duidelijk is, zal een comparitie van partijen worden gelast teneinde daarover inlichtingen van hen te verkrijgen.
Tevens zal Finata Bank dan worden gevraagd de omvang van de schade te concretiseren. Zij stelt dat de kredietvergoeding bestaat uit een kostenvergoeding en een rentecomponent. Hoe deze elementen zich tot elkaar verhouden is niet duidelijk. Verder vordert zij rente over de thans gevorderde bedragen, waaronder die van f. 19.000,--, terwijl die rente ook in de vordering tot schadevergoeding is verwerkt. Voorts is niet onaannemelijk dat Finata Bank die f. 19.000,-- opnieuw uitleent, zodat zij daarvoor opnieuw rente ontvangt.
De comparitie zal tevens worden benut een regeling tussen partijen te beproeven.
In verband daarmee zal de beslissing omtrent de vordering tot betaling van de schade en tot betaling van de proceskosten worden aangehouden.
4. De beslissing.
De kantonrechter:
in oppositie:
- bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter te Bergen op Zoom (zaaknummer 172985cv expl 00-2497) van 4 oktober 2000 waarvan verzet, met uitzondering van de hoofdelijke veroorde-ling van Garage Musterd tot betaling van f. 5.131,40 met rente en de kostenveroordeling;
- verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
Rolnr.: 00/3545 -5-
- nodigt partijen, deugdelijk vertegenwoordigd door een goed over deze zaak geïnformeerd persoon en desgewenst vergezeld van hun gemach-tigden, uit te verschijnen op de terechtzitting van:
maandag 18 juni 2001 om 9.30 uur
welke zitting zal worden gehouden in het gebouw van het kantongerecht te Bergen op Zoom, aan de Stationsstraat 28;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.J. Minnaar, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terecht-zitting van woensdag 16 mei