
Jurisprudentie
AB0560
Datum uitspraak2001-03-08
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Almelo
Zaaknummers39115 HA ZA 601-2000
Statusgepubliceerd
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Almelo
Zaaknummers39115 HA ZA 601-2000
Statusgepubliceerd
Uitspraak
ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE ALMELO
zaaknummer: 39115 ha za 601 van 2000
datum uitspraak vonnis: 8 maart 2001 (drs)
Vonnis van de arrondissementsrechtbank te Almelo, enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken, in de zaak van:
[Eiseres],
wonende te [Woonplaats],
eiseres,
hierna te noemen [Eiseres] ,
advocaat: mr. H.W. Bongers te Ommen,
procureur: mr. J. Sleeswijk-Visser,
tegen
[Gedaagde], h.o.d.n. Autogarant,
wonende/zaakdoende te [Woonplaats],
gedaagde,
hierna te noemen [Gedaagde] ,
procureur: mr. J. Dijkman.
De arrondissementrechtbank te Almelo, enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken;
Gehoord partijen;
Gezien de stukken, waaronder een door deze rechtbank tussen partijen gewezen vonnis van 11 oktober 2000;
Overweegt:
over het procesverloop:
De rechtbank neemt hier over hetgeen is overwogen in het tussenvonnis;
Als vervolg op dat vonnis zijn getuigen gehoord; proces-verbaal van de verhoren bevindt zich bij de stukken;
Partijen hebben elk een conclusie na getuigenverhoor genomen;
Tenslotte hebben partijen vonnis verzocht.
over het recht:
1. De rechtbank neemt over hetgeen te dezer zake is overwogen in het tussenvonnis.
2. [Gedaagde] heeft een garagebedrijf en verkoopt auto's. [Eiseres] heeft van [Gedaagde] een BMW gekocht. Bij de koop stond de kilometerteller van die auto op 154.016 km. Toen de auto in de handelsvoorraad van [Gedaagde] werd opgenomen stond de kilometerteller op ruim 274.000.
3. [Gedaagde] heeft de 274.000-km-teller in de BMW vervangen door een andere, waarvan de kilometrage de eerder genoemde 154.016 km bedroeg. [Gedaagde] geeft als reden daarvoor op dat de oude kilometerteller defect was.
[Eiseres] stelt dat zij de auto niet gekocht zou hebben als geweten had dat de auto zoveel kilometers had gereden.
[Gedaagde] voert aan dat aan [Eiseres] gezegd is dat de auto 100.000 km meer gereden had dan op de teller stond.
3. Voor de beoordeling van de zaak acht de rechtbank van belang dat in het bedrijf van [Gedaagde], [Gedaagde] en zijn monteur [Monteur] en misschien ook nog anderen zonder meer wisten dat de BMW zeker 274.000 km of daaromtrent had gelopen. Op die kilometerstand was de auto immers met een defecte teller bij [Gedaagde] binnengekomen. De door [Gedaagde] voorgebrachte getuigen hebben allen herinneringen aan het getal 270.000.
De getuige [Monteur] verklaart: de kilometerstand stond op rond 260.000 tot 270.000 kilometer.
Ook [Gedaagde] zelf wist van die kilometerstand. Zelf zegt hij als getuige dat op de teller was af te lezen dat de auto 250.000 of 260.000 km had gelopen. Maar ook verklaart [Gedaagde] als getuige dat hij niet met volle zekerheid kan zeggen of de auto 250.000 of 260.000 km had gereden. De auto zou ook nog (veel) meer kilometers gelopen kunnen hebben. Hij noemt dan bij wijze van spreken als kilometrage 300.000 of 400.000 km, waarmee hij kennelijk bedoelt te zeggen dat de auto nog ettelijke duizenden kilometers met een defecte teller gereden kan hebben.
De getuige [Getuige 2] verklaart dat [Gedaagde] tegen [Eiseres] gezegd heeft: ik kan er (sc. op de factuur) geen 150.000 km op zetten, omdat dat niet de goede stand is, maar ik kan er ook geen 270.000 km opzetten, omdat ik ook niet weet of dat de goede stand is. Deze getuige verklaart dat hij zich duidelijk kan herinneren dat er over kilometerstanden van 150.000 en 270.000 km is gesproken.
2. Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit deze verklaringen dat [Gedaagde] het aantal werkelijk met de BMW gereden kilometers voor [Eiseres] verborgen hield en wilde houden. Gelet op de verklaringen van [Gedaagde], [Monteur] en [Getuige 2] in onderling verband en samenhang, meent de rechtbank dat vaststaat dat [Gedaagde] wist dat de teller op 274.000 km stond, in ieder geval wist hij dat er met de BMW tenminste 250.000 km was gereden
Toch draait [Gedaagde] heel duidelijk om die hem bekende kilometerstand heen.
De getuige [Getuige 2] hoort hem zeggen dat hij de juiste stand niet weet. Ook neemt [Gedaagde] in de factuur op dat de kilometerstand onbekend is. Dat doet hij omdat hij, zoals hij verklaart, zich niet wil branden aan kilometerstanden. Maar hij hoefde zich niet aan de werkelijke kilometerstand te branden als hij op de factuur gezet had : waarschijnlijk of minstens 250.000 of 270.000km. Door onwetendheid over de kilometerstand voor te wenden geeft hij te kennen goed te weten dat àls hij daarover duidelijkheid zou hebben verschaft, de koper, [Eiseres], het zou hebben laten afweten, helemaal of voor wat de gevraagde prijs betreft.
Iemand die zegt dat hij een kilometerstand niet precies weet, dat die even goed 150.000 of wel 270.000 km kan zijn, spreekt feitelijk niet de waarheid als hij weet dat die kilometerstand 274.000 was, in ieder geval 250.000 of 260.000. Hij zet door te zwijgen waar spreken plicht zou zijn geweest de wederpartij op het verkeerde been. [Gedaagde] had [Eiseres] moeten duidelijk maken dat de auto tenminste die 250.000 of 270.000 km had gereden.
2. [Gedaagde] zegt als getuige dat hij in het eerste telefonisch contact met [Eiseres] haar heeft gezegd dat de kilometerteller op dat moment op 150.000 stond; dat de kilometerteller was gereset en dat de teller (oorspronkelijk) op 250.000 of 260.000 km stond.
[Eiseres] verklaart als getuige dat zij telefonisch naar de kilometerstand heeft gevraagd, dat haar gesprekspartner die eerst niet wilde zeggen en dat na aandringen harerzijds en aarzelingen van haar gesprekspartner het antwoord ongeveer 155.000 km luidde. Zij zegt verder dat later nooit door [Gedaagde] en door niemand van [Gedaagde] tegen haar is gezegd dat de kilometerstand feitelijk 100.000 km meer was.
De getuigen spreken elkaar tegen. De rechtbank hecht meer waarde aan de verklaring van de getuige [Eiseres] dan aan die van [Gedaagde]. Uit het verloop van de gebeurtenissen na het telefoongesprek, de aankooponderhandelingen in [Gedaagde]'s zaak in [Plaatsnaam], en uit de verklaringen van [Gedaagde] zelf én die van [Getuige 2] blijkt dat [Gedaagde] zich gedroeg alsof hij de werkelijke kilometerstand niet kende. Pratend over de kilometerstand had hij natuurlijk ook kunnen zeggen: ik had U, [Eiseres], toch al eerder gezegd dat de kilometerstand 270.000 was.
2. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat [Eiseres] bij de aankoop geen juiste voorstelling van zaken had over een essentiële eigenschap van de BMW, de kilometerstand. Had zij die gekend, dan zou zij de auto niet hebben gekocht. [Gedaagde] kende de juiste kilometerstand, maar verzweeg die, terwijl hij had moeten begrijpen dat de kilometerstand voor een koper van een tweedehands auto van essentiële betekenis is en een wezenlijk onderdeel vormt van de koopovereenkomst. En hij begreep ook dat het niet kennen van de werkelijke kilometerstand voor [Eiseres] reden was om de BMW te kopen. [Gedaagde] had als professionele handelaar de niet professionele koper [Eiseres] beter moeten voorlichten over de essentiële eigenschappen van de BMW. Deze onduidelijkheden in de voorlichting worden ten nadele van de professionele verkoper uitgelegd.
2. [Eiseres] heeft buiten rechte met goede grond de vernietiging van de overeenkomst met [Gedaagde] ingeroepen en haar beroep op vernietigbaarheid van de overeenkomst wordt aanvaard. Hetgeen [Eiseres] heeft gepresteerd vordert zij met recht terug. Haar vordering, tegen de hoogte waarvan [Gedaagde] geen verweer heeft gevoerd, ligt voor toewijzing gereed. [Gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij de kosten van het geding moeten dragen.
RECHTDOENDE:
Verklaart voor recht dat de koopovereenkomst van partijen van 16 maart 2000 is ontbonden;
Veroordeelt [Gedaagde] om tegen bewijs van kwijting aan [Eiseres] te betalen een bedrag van f 22.500,- (twee en twintig duizend vijfhonderd gulden) te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 16 maart 2000 tot de dag der algehele voldoening;
Veroordeelt [Gedaagde] in de kosten van het geding, tot aan deze uitspraak aan de zijde van [Eiseres] begroot op f. 563,75 aan verschotten en f. 3.440,- wegens het salaris van de procureur.
Verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. Drewes en is op 8 maart 2001 in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.