Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AA8820

Datum uitspraak2000-11-20
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureRaadkamer
Instantie naamGerechtshof 's-Hertogenbosch
ZaaknummersK 00.0190
Statusgepubliceerd


Uitspraak

Kl. 00.0190 GERECHTSHOF TE 's-HERTOGENBOSCH Beschikking van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, achtste kamer, van 20 november 2000 inzake het beklag ex artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering van: [klager] wonende te [woonplaats] te dezer zake domicilie kiezende ten kantore van zijn raadsman mr. C.A.J.M. Snijders, en [klager] wonende te [woonplaats] te dezer zake domicilie kiezende ten kantore van zijn raadsman mr. C.A.J.M. Snijders, over de beslissing van de officier van justitie tot het niet vervolgen van: klagers zelf, wegens diefstal. De feitelijke gang van zaken. Op 14 september 1995 heeft het warenhuis Vroom & Dreesman aangifte gedaan van winkeldiefstal, beweerdelijk jegens hem gepleegd door klagers. Aan klagers is daarop een transactie aangeboden, op welk transactieaanbod klagers na inwinning van advies daarover zijn ingegaan. Klagers hebben op 24 augustus 2000 een klaagschrift ingediend bij het hof, ingekomen ter griffie van dit hof op 4 september 2000, met het verzoek de verlangde vervolging te bevelen, teneinde bij een uiteindelijke vrijspraak het transactie-aanbod uit de klagers betreffende justitiƫle documentatie te kunnen laten schrappen, nu juist de vermelding van dit transactie-aanbod op deze documentatie als contra-indicatie geldt voor het verstrekken van een verblijfsvergunning. De advocaat-generaal heeft in het schriftelijk verslag van 7 november 2000 het hof geraden klagers niet-ontvankelijk te verklaren in hun beklag. De beoordeling. De officier van justitie heeft deze strafzaak ten aanzien van klagers afgehandeld door het aanbieden van een transactie. Uit voormeld strafdossier blijkt dat klagers in 1995 aan de gestelde voorwaarden hebben voldaan. Volgens het bepaalde in artikel 12k van het Wetboek van Strafvordering moet het beklag worden gedaan binnen drie maanden na de datum waarop aan de gestelde transactievoorwaarden is voldaan. Deze termijn is in beginsel ook in dit geval van toepassing. Daar het onderhavige beklag op 4 september 2000 ter griffie van het hof is ontvangen dienen klagers in hun beklag met betrekking tot de verlangde vervolging niet-ontvankelijk te worden verklaard, nu deze termijn reeds enkele jaren is verstreken en er geen omstandigheden zijn aangevoerd waarom in deze van de termijn zou moeten worden afgeweken nu met name niet gesteld kan worden dat klagers destijds misleid zijn door het advies de transactie te betalen nu dat advies in de gegeven omstandigheden juist en zeer voor de hand liggend was. Gelet op het voorstaande kan worden afgezien van het horen van klagers in raadkamer. De beslissing. Het hof verklaart klagers niet-ontvankelijk in hun beklag. Aldus gegeven door mr. van der Velden, als voorzitter, mrs. Jurgens en Aerden, als raadsheer, in tegenwoordigheid van dhr.de Jonge, als griffier, op 20 november 2000.